Donner heeft het zekere voor het onzekere genomen. Als hij het aan de rechter voor gelegd had en hij had verloren had hij dit niet meer kunnen doen. Zie artikel 10:37 Algemene bestuurswet. Alleen is er beroep mogelijk op het bezwaar en dan komt artikel 10.38 om de hoek. Volgens mij gaat Donner het verliezen... Ik kan er alleen niet uit opmaken of de gemeente nu naar de bestuursrechter moet of naar de Raad van State??? Wie kan dit er wel uit halen??? En ik vind het ook nog vaag of ze tegen de schorsing in beroep kunnen gaan of alleen straks tegen de vernietiging??
Wie o wie....
(ik kan de gemeente
http://www.houthoff.com/nl-nl/content.aspx?cid=757&mid=1 aanbevelen
Die zijn erg goed op bestuursrecht
)
Onderstaande wetten van
http://wetten.overheid.nl Gemeentewet:
Artikel 268
1.
Een besluit dan wel een niet-schriftelijke beslissing gericht op enig rechtsgevolg van het gemeentebestuur kan bij koninklijk besluit worden vernietigd.
2.
Ten aanzien van de vernietiging van een niet-schriftelijke beslissing gericht op enig rechtsgevolg zijn de artikelen 273 tot en met 281a alsmede de afdelingen 10.2.2 en 10.2.3 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing.
Artikel 273
1.
Indien een besluit naar het oordeel van de burgemeester voor vernietiging in aanmerking komt, doet hij daarvan binnen twee dagen nadat het te zijner kennis is gekomen, door tussenkomst van gedeputeerde staten, mededeling aan Onze Minister wie het aangaat. Hij geeft hiervan tegelijkertijd kennis aan het orgaan dat het besluit nam, en zo nodig aan het orgaan dat met de uitvoering van het besluit is belast.
2.
Gedeputeerde staten zenden de stukken, vergezeld van hun advies, binnen een week na de dagtekening van de mededeling van de burgemeester toe aan Onze Minister wie het aangaat.
3.
Het besluit ten aanzien waarvan het eerste lid toepassing heeft gevonden, wordt niet of niet verder uitgevoerd, voordat van Onze Minister wie het aangaat de mededeling is ontvangen, dat voor schorsing of vernietiging geen redenen bestaan. Indien het besluit niet binnen vier weken na de dagtekening van de mededeling van de burgemeester is geschorst of vernietigd, wordt het uitgevoerd.
Artikel 274
1.
Een voordracht tot schorsing wordt gedaan door Onze Minister wie het aangaat.
2.
Over de voordracht pleegt Onze Minister wie het aangaat overleg met Onze Minister, tenzij schorsing onverwijld plaats dient te vinden. In de voordracht wordt het achterwege blijven van overleg gemotiveerd.
Artikel 277
Indien een bekend gemaakt besluit niet is vernietigd binnen de tijd waarvoor het is geschorst, wordt hiervan door het gemeentebestuur openbaar kennis gegeven.
Artikel 278
1.
De voordracht tot vernietiging wordt gedaan door of mede door Onze Minister.
2.
Artikel 15, derde lid, van de Wet op de Raad van State is niet van toepassing.
(
Wet op de Raad van State
Artikel 15
1. Wij horen de Raad over:
a. de voorstellen van wet door Ons aan de Staten-Generaal te doen;
b. de ontwerpen van algemene maatregelen van bestuur;
c. de voorstellen tot goedkeuring van een verdrag of van het voornemen tot opzegging van een verdrag.
2. Wij horen de Raad voorts in de gevallen waarin een wet dit voorschrijft, zomede over alle zaken waaromtrent Wij het nodig oordelen. Wij horen de Raad niet over de bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal of bij de Staten-Generaal in verenigde vergadering door een of meer leden aanhangig gemaakte voorstellen van wet, voordat zij door de Staten-Generaal zijn aangenomen.
3. Wij brengen bij de Raad ter overweging de ontwerpen van krachtens enige wet te nemen koninklijke besluiten tot vernietiging.
4. Aan het hoofd van de voorstellen en ontwerpen, bedoeld in het eerste lid, en van de besluiten, bedoeld in het derde lid, wordt vermeld dat de Raad van State daaromtrent is gehoord.)Artikel 279
Het koninklijk besluit tot schorsing, opheffing of verlenging van de schorsing of tot vernietiging wordt in het Staatsblad geplaatst.
Artikel 281
Het gemeentebestuur neemt opnieuw een besluit omtrent het onderwerp van het vernietigde besluit, waarbij met het koninklijk besluit wordt rekening gehouden.
Artikel 281a
1.
In afwijking van artikel 8:4, onderdeel a, van de Algemene wet bestuursrecht kan een belanghebbende tegen een koninklijk besluit als bedoeld in artikel 268, eerste lid, dan wel tegen een vernietigingsbesluit als bedoeld in de artikelen 85, tweede lid, en 87a, eerste lid, beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Artikel 7:1 van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing
2.
In afwijking van artikel 6:2 van de Algemene wet bestuursrecht kan geen beroep worden ingesteld tegen de weigering om de vernietiging te bevorderen en tegen het niet tijdig nemen van een besluit tot vernietiging.
Algemene wet bestuursrecht
Artikel 10:35
Vernietiging kan alleen geschieden wegens strijd met het recht of het algemeen belang.
Artikel 10:37
Een besluit waarover de rechter uitspraak heeft gedaan of waarbij een in kracht van gewijsde gegane uitspraak van de rechter wordt uitgevoerd, kan niet worden vernietigd op rechtsgronden welke in strijd zijn met die waarop de uitspraak steunt of mede steunt.Artikel 10:38
1.
Een besluit dat nog goedkeuring behoeft, kan niet worden vernietigd.
2.
Een besluit waartegen bezwaar of beroep openstaat of aanhangig is, kan niet worden vernietigd.
Artikel 10:40
Een besluit dat overeenkomstig artikel 10:43 is geschorst, kan, nadat de schorsing is geëindigd, niet meer worden vernietigd.
Artikel 10:41
1.
Vernietiging vindt niet plaats dan nadat aan het bestuursorgaan dat het besluit heeft genomen, gelegenheid tot overleg is geboden.
2.
De motivering van het vernietigingsbesluit verwijst naar hetgeen in het overleg aan de orde is gekomen.
Artikel 10:42
1.
Vernietiging van een besluit strekt zich uit tot alle rechtsgevolgen waarop het was gericht.
2.
In het vernietigingsbesluit kan worden bepaald dat de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit geheel of ten dele in stand blijven.
3.
Indien een besluit tot het aangaan van een overeenkomst wordt vernietigd, wordt de overeenkomst, zo zij reeds is aangegaan en voor zover bij het vernietigingsbesluit niet anders is bepaald, niet of niet verder uitgevoerd, onverminderd het recht van de wederpartij op schadevergoeding.
Artikel 10:43
Hangende het onderzoek of er reden is tot vernietiging over te gaan, kan een besluit door het tot vernietiging bevoegde bestuursorgaan worden geschorst.
Artikel 10:44
1.
Het besluit tot schorsing bepaalt de duur hiervan.
2.
De schorsing van een besluit kan eenmaal worden verlengd.
3.
De schorsing kan ook na verlenging niet langer duren dan een jaar.
4.
Indien bezwaar is gemaakt of beroep is ingesteld tegen het geschorste besluit, duurt de schorsing evenwel voort tot dertien weken nadat op het bezwaar of beroep onherroepelijk is beslist.
5.
De schorsing kan worden opgeheven.
Artikel 10:45
Op het besluit inzake schorsing zijn de artikelen 10:36, 10:37, 10:38, eerste lid, 10:39, eerste en derde lid, en 10:42, derde lid, van overeenkomstige toepassing.