http://www.prikpagina.nl/read.php?f=10&i=57449&t=57449Auteur: ladder49 (---.cable.casema.nl)
Datum: 30-04-2007 10:25
Eindelijk !
Het MT van Utrecht heeft een motie van wantrouwen aan haar broek gekregen. Terecht, want het is een zooitje. Trots ben ik er niet op want Utrecht loopt hierdoor wel schade op, dankzij een stelletje amateurs. Maar ik ben bang dat wanneer zij elders aan de slag gaan, niets geleerd hebben en ook die stad/gemeente of dorp met hun bizarre ideeen om zeep zullen helpen.Hoezo competentieprofiel....?
Dan volgt hier de motie van wantrouwen,
OR-Brandweer Utrecht
T.a.v. de voorzitter
p/a Belcampostraat 10
3544 NG UTRECHT
Datum: 27 april 2007
Betreft: Motie van wantrouwen tegen MT-Brandweer Utrecht
Geachte mevrouw / mijnheer de Voorzitter,
Middels dit schrijven willen wij, via u, een motie van wantrouwen indienen tegen enkele leden van het managementteam (MT) van Brandweer Utrecht die een relatie hebben met de afdeling repressie. Vooral door de afgelopen periode en de manier waarop het MT is omgegaan met de problematiek over het gewijzigde arbeidstijdenbesluit (ATB) is de bekende “druppel” in de emmer gevallen, én overgelopen. De kloof die tussen de korpsleiding en de incidentbestrijders is ontstaan heeft dermate grote vormen aangenomen dat deze onzes inziens onoverkoombaar is geworden en daardoor daarom niet meer op een aanvaardbaar niveau zal terugkeren!
Om deze motie van wantrouwen kracht bij te zetten is er tevens een lijst rondgegaan om te bekijken hoeveel personen de motie steunen en daaruit blijkt dat ongeveer 70% van de incidentbestrijders de motie steunt. Dit percentage is inclusief het middenkader!
De motie van wantrouwen is om de volgende redenen (in willekeurige volgorde):
1. Het terugbrengen van de minimale bezetting van 28 naar 20 personen, wat als gevolg heeft dat de veiligheid van de burgers van Utrecht nu ècht in gevaar dreigt te komen, om nog maar niet te spreken over de eigen veiligheid van de incidentbestrijders zelf! Dit alles in het licht van het feit dat de ondernemingsraad te kennen heeft gegeven dat er oplossingen mogelijk zijn waardoor dit niet nodig hoeft te zijn.
2. Het in het kort geding uitgesproken wantrouwen in de oprechtheid van de (leden van de) ondernemingsraad.
3. Het doen uitgaan van een persbericht waarin grofweg vermeld werd, althans dit is wel zo door de pers opgevat / gepubliceerd, dat de incidentbestrijder van de stad Utrecht het niveau van brandweerzorg van inferieur belang vond ten aanzien van een “sociaal rooster”.
4. Het onzes inziens verschaffen van incomplete / onjuiste informatie in relatie tot het dienstrooster aan zowel de pers als aan het College van B&W en de gemeenteraad.
5. Het niet serieus nemen van de handreikingen die de ondernemingsraad gedaan heeft om uit de impasse te komen.
6. Het gebrek (volledig!) aan vertrouwen en geloofwaardigheid bij de incidentbestrijders en het middenkader.
7. Het ter zitting ingebrachte document m.b.t. de geoefendheid bevat gegevens van veel oud- collega’s die reeds geruime tijd uit dienst zijn en de afdeling repressie heeft deze gegevens ondanks deze wetenschap toch als “productie” ingebracht bij het kort geding m.b.t. het dienstrooster. De aangegeven referentieperiode van 6 jaar staat volledig niet in verhouding met het net 6 maanden lopende project betreffende de ploeginstructeurs.
8. Wij nemen het de betreffende MT-leden bijzonder kwalijk dat zij het ATB niet kennen of niet wensen te begrijpen, maar wel plegen te kennen.
9. Wij vinden de keuze om juist in deze periode van het jaar, die men toch al in 2005 had kunnen zien aankomen, 3 oefenweken te Zweden te plannen welke zoals bekend toch al enorm veel druk geven op de minimale bezetting en dit dan zonder de huidige personele problemen.
10. Alles wat tot op heden gebeurd is heeft onzes inziens alle schijn van een voor opgezet plan.
11. Sommige leden van het MT “beschadigen” (bewust) personen die niet “in de pas meelopen”.
12. De repressieve MT-leden creëren bewust onduidelijk- / onzekerheid en daarmee onrust ten aanzien van het werkrooster door de invoeringsdatum alsmaar voor zeer korte perioden vooruit te schuiven.
13. Verder is de roosterproblematiek, in de ogen van de eerder genoemde MT-leden, allemaal “de schuld” van de vakbonden, terwijl wij van mening zijn lang genoeg te zijn voorgelogen door onze overheid. Wij hebben nu eindelijk ons gelijk gehaald en het is de dienstleiding die verzuimd heeft om adequaat in te spelen op de aangekondigde wijziging van het arbeidstijdenbesluit. Zelfs na de invoering van het nieuwe arbeidstijdenbesluit heeft men onzes inziens geen duidelijke acties ondernomen om meer personeel in dienst te nemen, danwel het zittende personeel op een correcte wijze te verzoeken hiervoor ruimte te bieden.
14. De MT-leden lijken geen “gevoel” of een band meer te hebben met het eigen personeel.
15. Ideeën vanaf de werkvloer worden niet gehoord, laat staan uitgevoerd of geprobeerd. Een voorbeeld hiervan is misschien wel het sporten. Het voorstel was om in de zomer maanden buiten te gaan sporten om zodoende wellicht budget te creëren voor zaaluur in de wintermaanden. Welnu, de sportzaal in de zomer maanden wordt niet langer gehuurd, maar dit komt niet terug in de wintermaanden. Het is zelfs zo ver gegaan dat op de maandag en vrijdag zowel geen accommodatie als sportinstructeur meer wordt ingehuurd en hierdoor onze conditie mogelijk verslechterd.
16. Er wordt adhok beleid bedacht én direct ingevoerd, zonder de OR hierin te kennen. Bijvoorbeeld: “HBT-bevelvoerder” en de “OVD-stage” voor enkele brandmeesters.
17. Er worden zaken toegezegd en vervolgens, zonder tegenbericht, toch niet of anders uitgevoerd.
Wij vertrouwen er op dat u gepaste actie zult ondernemen richting de korpsleiding en het gemeente bestuur met deze motie van wantrouwen.
In afwachting van uw, hopelijk spoedige, reactie verblijven wij,
hoogachtend,
Uitrukpersoneel Brandweer Utrecht
CC. College van Burgemeester en Wethouders
Gemeenteraad Utrecht
Secretaris Commissie van Overleg, de heer H. Schaap
Centrale Ondernemingsraad Utrecht, de heer M. Veltman
Regiobestuurder ABVAKABO FNV, de heer M. Jansma
Regiobestuurder CNV Publieke Zaak, de heer B. Schnoor