Hoe hou ik onze vrijwilligers gemotiveerd om te blijven komen?
In het algemeen is de personeelssterkte voor vrijwillige brandweer om 1 TAS te kunnen bemannen meestal gesteld op zo'n 250%.
Dus voor 6 personen worden 15 personen gealarmeerd. Zes rukken er uit en de rest blijft achter.
(Meestal) Is er is dan nog een personeels/materiaalwagen en wordt in overleg bepaald of de paar mensen die nog over zijn nuttig kunnen worden ingezet. En dit is dan zeker niet als extra inzetploeg voor een binnenaanval want dat kan de 1e bevelvoerder niet behappen. Wat nakomt zijn dan de extra handjes die nog helpen om de waterwinning op te bouwen, of een straaltje aan de buitenkant bemannen. En wat nakomt staat ook altijd onder leiding van een 2e bevelvoerder.
Vaak heb je ook geen behoefte aan een extra voertuig, want de eigen TAS kan meestal genoeg water pompen, maar wat extra mannetjes met wat extra slangen om aan de buitenkant wat af te schermen / cq. vol water te hozen.
Kwa watercapaciteit en mensen zit je dan eigenlijk op het niveau middelbrand.
De wens is nu dat er geen extra personeel meer naar het brandadres mag komen maar er wordt Middelbrand gemaakt en dan komt er een tweede TAS (uit een andere gemeente). De extra eigen mensen die dus zijn opgekomen, zien dus een ander voertuig langs komen rijden, en mogen niet komen.
Ik voorzie nu dat er een aantal vrijwilligers de brui aangeven, want het zijn vaak dezelfde personen die niet mee gaan op het eerste uitrukvoertuig. Konden ze zich voorheen meestal nog nuttig maken als aanvulling, nu worden ze naar huis gestuurd.
Hoe wordt dit opgepakt in andere vrijwillige korpsen? (laten we zeggen tot zo'n 20 personen, want die zijn er nog genoeg denk ik).
cu,
Loe