Ik denk wel dat het een menselijke fout betrof. De hele weg er naar toe gebeurd er niets. Ter plaatse gekomen slaan ze ineens om. Als je aan lij van zo'n vrachtschip gaat liggen en daar de problemen bekijkt sla je niet om, ook al lig je dwars.
Henk
Probeer maar eens sleep verbinding te maken( dat waren ze aan het doen) als je zelf aan lijzijde bent (tegen wappertje 11 ingooien zal niet meevallen).
Voor het hele relaas zie onderstaande bericht uit de leeuwarder courant;
DRIE KEER EEN PROOI VAN DE GOLVEN
De Amelander redders beleefden woensdag een wild avontuur op de Noordzee. Drie keer rolden ze met hun reddingsboot om hun as door de woeste zee.
Door Arend van der Meulen
NES (Am,)-Alsof je in de trommel van een draaiende wasmachine zat. Zo voelde het. Maar gelukkig liep het goed af voor schipper Cees de Boer en zijn drie bemanningsleden van de Amelander reddingboot Anna Margaretha. Een paar schrammen, wat bulten en hier en daar een hechtinkje. Maar het was wel een avontuur. Drie keer rolde hun boot om de lengteas in een zee met golven tot wel 20 meter hoog. Dat wil je niet nog een keer meemaken;
Ameland maakt zich woensdagmorgen grote zorgen om de bemanning van de boot. Om tien over vier was de ploeg vertrokken naar de coaster Cementlna die boven Schier problemen had met het roer. Het schip dreigde op de verraderlijke gronden tussen Schier en Rottum te lopen. Omdat een sleepboot nog niet ter plaatse was, besloot Cëes de Boer zelf een lijn naar de coaster te brengen. „Het was niet zo'n groot schip. Tachtig meter. En het had alleen maar roerproblemen. We hoefden alleen hun kop maar In de wind te trekken. Aandrijving hadden ze zelf wel."
Op het moment dat ze een tros wilden overgooien, en de drie bemanningleden op het dek stonden, zag Cees een enorme breker aankomen. Hij kon zijn mannen nog net binnenroepen. Maar voordat ze de deur van de stuurhut konden sluiten, had de enorme golf hen te pakken. De Anna Margaretha sloeg om, de stuurhut liep vol, het schip rolde door en richttefzich weer op.
Nadat het water weggelopen was, probeerde De Boer de motoren - die automatisch uitslaan als het schip opzij geworpen wordt - te starten om de kop in de wind te gooien. Maar voor hij zover was had een tweede golf het scheepje te pakken en weer sloegen de mannen door de stuurhut. Ze hadden nog wel de deur kunnen sluiten, maar hadden niet eens de tijd gehad zich op hun zetels vast te gespen.
Na deze golf wilden de mannen naar buiten om de tros binnen te halen en had ook Cees de Boerr die als enige wel vast zat op zijn stoel, zich losgemaakt om de apparatuur te inspecteren en weer aan te zetten. Maar net toen ze de deur hadden geopend, kwam de derde breker en werd het schip voor de andermaal ondersteboven gegooid. „Je voelt je als in een wasmachine. Ik lag bovenop het dashboard en een van de jongens die achterin hadden gestaan lag bovenop mij." Pas na deze golf kregen de mannen even rust: Met slechts één motor die aan wilde slaan kon Cees de Boer de kop in de wind gooien en uit de woeste zee boven de gronden varen.
Het water had in de stuurhut alle apparatuur onklaar gemaakt met als gevolg dat het schip door de kustwacht ook niet meer kon worden gevolgd. Daarop werd groot alarm geslagen. Bijkomstig was dat de bemanning ook geen navigatieapparatuur beschikbaar had. „Maar we wisten waar de wind vandaan kwam, hoe laat het was en waar de zon stond/' Dat was voor de redders genoeg om een globale koers naar Ameland uit te zetten. Hun missie om de coaster Cementina verder te helpen werd afgebroken.
Cees de Boer, plaatsvervangend schipper, machinist Jan Hoekstra en de opstappers Pieter Mosterman en Paul Veenstra hadden geen van alle ooit een kanteling meegemaakt. „Je weet dat het schip het kan want het is er op getest, maar als redder maak je het eigenlijk nooit zelf mee. We hebben echt ons leven aan de boot te danken."