Standpunt ten aanzien van draadloze brandmeldsystemen in relatie tot
NEN 2535 en certificatie van het fabrikaat Profibas
Inleiding.
De noodzaak en de kwaliteit van Brandmeldsinstallaties zijn vastgelegd
in de (model) Bouwverordening (toekomst Gebruiksbesluit). Ten aanzien
van de kwaliteit vindt een verwijzing plaats naar NEN 2535 (inclusief
aanvullingsblad A1). Op dit moment is er een ontwerpnorm NEN 2535
opgesteld, welke in de loop van 2007 een definitief karakter krijgt. In deze
norm wordt wel op diverse onderdelen aandacht besteed aan draadloze
brandmeldsystemen.
Volgens de Bouwverordening is het noodzakelijk dat de meeste
brandmeldinstallaties moeten worden doorgemeld naar een
alarmcentrale van de brandweer. In dat geval wordt ook vereist dat deze
installatie over een certificaat dient te beschikken.
Naast een technisch inhoudelijke beoordeling, dient derhalve ook te
worden onderzocht of dergelijke brandmeldsystemen kunnen worden
gecertificeerd.
In Nederland wordt in diverse gemeenten brandmeldinstallaties ter
goedkeuring aangeboden van het fabrikaat Profibas. Dit betreft een
systeem waarbij gebruik wordt gemaakt van draadloze communicatie. Op
zich is dit geen bezwaar. Door de cluster Installaties van het LNB/NVBR
is een memo opgesteld (28 november 2006) welke duidelijkheid geeft
hoe met dergelijke systemen dient te worden omgegaan.
NEN 2535 vermeldt onder andere eisen met betrekking tot de aanleg van
transmissiewegen in de vorm van eisen voor leidingaanleg (kabels). De
betreffende norm vermeldt echter niet dat transmissie altijd met behulp
van bekabeling dient plaats te vinden. Draadloze transmissie wordt dus
niet verboden.
Een toetsing van het brandmeldsysteem van het fabrikaat Profibas dient
te worden gebaseerd op twee kanalen, te weten:
• Voldoet de installatie (technisch) aan NEN 2535 en de normen
(Europees) waarnaar wordt verwezen?
• Op welke wijze is de installatie te certificeren?
NEN 2535.
Om een waarborg te hebben van een goede kwaliteit, betrouwbaarheid
en doelmatigheid van een brandmeldinstallatie en de daarvoor
toegepaste apparatuur, moeten de verschillende onderdelen aan de
daarvoor geldende normen voldoen. In NEN 2535 wordt daarvoor
verwezen naar Europese normering in de vorm van de NEN-EN 54-
reeks. Naast delen die specifiek brandmeldcomponenten (productnorm)
betreffen, zijn er ook normdelen met betrekking tot systeemeisen.
Componenten.
Componenten in een brandmeldinstallatie, waarbij gebruik wordt
gemaakt van een draadloze transmissie, moeten naast de van
toepassing zijnde productnorm uit de NEN-EN 54-reeks, ook voldoen aan
de toekomstige NEN-EN 54-25 (“Components using radio links en
systems requirements”). Deze norm geeft de components- en
systeemeisen weer voor draadloze brandmeldsystemen.
Het is dus in dat geval noodzakelijk dat betreffende
brandmeldcomponenten aan meerdere normen voldoen (NEN-EN 54- X
en NEN-EN 54-25)
Voorbeeld:
Een rookmelder moet dus zowel aan NEN-EN 54-7 als aan
NEN-EN 54-25 voldoen. Indien aan beide normen wordt voldaan
mag de melder worden voorzien van een CE-markering. (zie
hiervoor de Annex ZA van de betreffende normen).
Het is bij draadloze brandmeldsystemen niet ondenkbaar dat
een deel (zend- en ontvangunit) in de bijbehorende
meldersokkel is ondergebracht. In dat geval dient het geheel,
inclusief sokkel, in de testprocedure te worden beschouwd.
Of een component aan de gestelde normering voldoet, dient te worden
aangetoond in een rapport dat is opgesteld door een “Notified Product
Certification Body”. Dit betekent dat deze instelling door de nationale
acrreditatie-installin in het betreffende land, waarin deze is gevestigd, is
erkend (geaccrediteerd). In Nederland is dit de “Raad voor Accreditatie”.
Brandmeldcentrale MCK3000 (Profibas)
Voor deze brandmeldcentrale is een rapport overlegd dat is opgesteld
door TNO Electronic Products & Services (EPS) B.V. (projectnummer
06072103)
Het blijkt echter dat deze brandmeldcentrale is beoordeeld op de
hoofdstukken 1 t/m14 en de bijlagen A t/m/ J van NEN-EN 54-2. Dit
betekent dat alleen een functionele beoordeling heeft plaatsgevonden. Er
dient echter eveneens te worden aangetoond dat de brandmeldcentrale
voldoet aan de in de NEN-EN 54-2 aangegeven omgevingstesten
(environmental tests). Of hieraan wordt voldaan is dus niet aangetoond.
Gezien het voorstaande is het noodzakelijk, om een goedkeuring te
verlenen aan de brandmeldcentrale MCK3000 van het fabrikaat Profibas,
beproevingsrapporten te overleggen waaruit blijkt dat wordt voldaan aan:
• NEN-EN 54-2 (totaal)
• NEN-EN 54-4 (indien de energievoorziening onderdeel van de
brandmeldcentrale is)
• NEN-EN 54-25
Bij een toetsing van de andere componenten dient dezelfde werkwijze te
worden gehanteerd.
Daarnaast is uit onderzoek gebleken dat TNO Electronic Products &
Services (EPS) B.V., niet door de Raad voor Accreditatie is
geaccrediteerd voor het testen van brandmeldappartuur. Derhalve kan
aan het uitgebrachte rapport geen waarde worden toegekend.Systeemeisen.
In geval van draadloze brandmeldsystemen is het mogelijk dat in de
praktijk gebruik worden gemaakt van componenten van verschillende
typen en fabrikaten. Naast de noodzaak om aan te tonen dat de
betreffende componenten (brandmeldcentrale, brandmelders, zend- en
ontvangunits enz.) aan de betreffende normering voldoet, zal eveneens
moeten worden aangetoond dat het gehele brandmeldsysteem
compatibel is. Dit wil zeggen dat alle onderdelen op elkaar moeten zijn
aangepast, zodat het gehele systeem als eenheid kan functioneren en
waarbij alle afzonderlijke onderdelen binnen hun normtechnische
specificaties blijven functioneren. Ook mag de samenstelling van het
brandmeldsysteem de gestelde prestatie-eisen niet nadelig beïnvloeden.
Daarom is een rapport, eveneens opgesteld door een “Notified Product
Certification Body”, noodzakelijk waarin wordt aangetoond dat het gehele
systeem voldoet aan het gestelde in NEN-EN 54-13 (“Compatibility
assessment of system components)
Certificering.
Indien een brandmeldinstallatie moet worden doorgemeld naar de
alarmcentrale van de brandweer, wordt vereist dat de installatie moet zijn
gecertificeerd. Hiertoe wordt in de model Bouwverordening verwezen
naar de Regeling Brandmeldinstallaties 2002. In het concept
Gebruiksbesluit wordt verwezen naar de Regeling Brandmeldinstallaties
2006. Deze regeling is op dit moment nog in ontwikkeling.
Een onderdeel van de regeling is de kwaliteit van het
branddetectiebedrijf. Dit moet een erkend bedrijf zijn. Deze erkenning
moet zijn afgegeven door een certificatie-instelling. Op de web-site van
het Centrum Criminaliteitspreventie Veiligheid (CCV) te Den Haag
(
www.hetccv.nl) zijn de betreffende certificatie-instellingen vermeld.
Indien wordt aangetoond dat de gehele brandmeldinstallatie, inclusief de
toegepaste componenten, aan de daarvoor geldende normering voldoet,
kan de installatie worden gecertificeerd. M.i. is hiervoor de Regeling
Brandmeldinstallaties 2002 uitstekend geschikt en is het niet noodzakelijk
een gelijkwaardige regeling (schema) vast te stellen.
De Regeling Brandmeldinstallaties 2002 geeft garanties voor het
kwaliteitsniveau van het geleverde werk en de bedrijven die betrokken
zijn in het proces om te komen tot een brandmeldinstallatie. Deze
regeling geeft aan wat van de diverse marktpartijen wordt verwacht en
hoe handhaving en controle plaatsvindt. In dat kader wordt vereist dat
alleen met erkende partijen in zee mag worden gegaan. Om een
erkenning te verkrijgen moet aan een aantal voorwaarden in de vorm van
kwaliteitseisen voor het bedrijf en de medewerkers, worden voldaan. Het
kan niet zo zijn dat er ten aanzien van het bedrijf Profibas hiervan wordt
afgeweken. Een dergelijke regeling is een goede basis voor de kwaliteit.
Dat er, in verband met bijvoorbeeld de afwijkende transmissie van
signalen, aanvullende kennis noodzakelijk is, spreekt voor zich.
Conclusie.
Draadloze brandmeldsystemen van het fabrikaat Profibas kunnen
worden toegestaan mits is aangetoond dat aan alle daarvoor geldende
normen wordt voldaan en gecertificeerd kan worden volgens de huidige
Regeling Brandmeldinstallaties 2002 van het CCV te Den Haag.
Het is dan ook niet wenselijk dat in de gemeentelijke Bouwverordening
en/of Gebruiksbesluit verwezen wordt naar verschillende
certificeringregelingen. Het is wel mogelijk een andere regeling als
gelijkwaardig te beoordelen
Of het voorgestelde certificeringschema van de firma Profibas
gelijkwaardig is valt te betwijfelen. Onder andere geeft deze regeling m.i.
geen enkele garanties met betrekking tot de kwaliteit van het bedrijf en
zijn medewerkers.