Wat zijn voorbehouden handelingen in de Wet BIG?
Voorbehouden handelingen zijn geneeskundige handelingen die onverantwoorde risico's met zich mee brengen voor het leven of de gezondheid van de patiënt, als ze door niet-deskundigen, dus onbevoegden, worden uitgevoerd. Deze geneeskundige handelingen worden uitgevoerd door beroepsbeoefenaars die de in Wet Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) bevoegd zijn verklaard. Vandaar de term 'voorbehouden handelingen'.
In principe mag iedereen alle geneeskundige handelingen uitvoeren. Dit is de grondgedachte van de Wet BIG.
Alleen voor het uitvoeren van voorbehouden handelingen geldt de bevoegdheidsregeling uit de Wet BIG.
Lijst met voorbehouden handelingen
In artikel 36 van de Wet Big staan de voorbehouden handelingen opgesomd. Dit zijn:
heelkundige behandelingen;
verloskundige behandelingen;
catheterisatie en endoscopieën;
puncties en injecties;
narcose;
gebruik van radio-actieve stoffen en ioniserende straling;
cardioversie;
defibrillatie;
elektroshock;
steenvergruizing;
kunstmatige fertilisatie.
Er is gekozen voor een beperkte lijst. De wetgever heeft gekeken of de handeling niet in een andere wet is geregeld. Ook is gekeken of een handeling duidelijk is te omschrijven en af te bakenen van andere handelingen. Om deze reden is er vanaf gezien om bijvoorbeeld psychotherapie op te nemen in de lijst.
Niet alle geneeskundige handelingen zijn voorbehouden handelingen
Niet alle geneeskundige handelingen zijn voorbehouden handelingen. Komt de handeling niet op de in de wet genoemde lijst van voorbehouden handelingen voor, dan is het geen voorbehouden handeling. Voorbeelden van niet voorbehouden handelingen zijn bijvoorbeeld:
het meten van de bloedddruk;
het verwijderen van hechtingen.
Niet alle risicovolle handelingen zijn voorbehouden handelingen
Het verwijderen van bepaalde drains en het bijstellen van een uitwendige pacemaker bijvoorbeeld zijn handelingen waaraan risico's zijn verbonden. Toch behoren ze niet tot de voorbehouden handelingen. Ook het separeren of isoleren van een patiënt kan risicovol zijn en toch geen voorbehouden handeling.
Als de handeling in de wet niet als voorbehouden is omschreven, wil dit dus niet zeggen dat de desbetreffende handeling zonder risico is en geen deskundige en zorgvuldige uitvoering nodig heeft. Beroepsbeoefenaren moeten steeds de nodige zorgvuldigheidseisen in acht nemen bij het uitvoeren van risicovolle handelingen.
Zelfstandig bevoegd en niet zelfstandig bevoegd
De voorbehouden handelingen moeten op een deskundige en zorgvuldige wijze worden uitgevoerd, omdat anders onverantwoorde risico's voor de gezondheid van de patiënt ontstaan. Daarom is in de wet slechts een beperkt aantal beroepsbeoefenaren genoemd die zelfstandig bevoegd zijn om voorbehouden handelingen te verrichten. Wie niet zelfstandig bevoegd is, mag alleen in opdracht en onder voorwaarden een voorbehouden handeling uitvoeren. Is aan deze voorwaarden voldaan, dan is ook degene die in opdracht een voorbehouden handeling uitvoert, bevoegd.
Bekwaamheid
De belangrijkste voorwaarde waaraan altijd voldaan moet worden, is de bekwaamheid van de uitvoerder. Onbekwaam maakt volgens de Wet BIG onbevoegd en dus strafbaar. Een onbevoegde die een voorbehouden handeling verricht is strafbaar.
Onbevoegden
Alle anderen die niet zelfstandig bevoegd zijn of niet door een opdracht bevoegd zijn geworden, is het verboden om voorbehouden handelingen uit te voeren, tenzij er sprake is van een noodsituatie.
Resumerend zou je kunnen zeggen dat als het inbrengen van een mayo-tube gelijk gesteld wordt aan intubatie, welke weer valt onder catheteriseren (het inbrengen van een catheter in een natuurlijke lichaamholte) het een voorbehouden handeling betreft.
Echter, geldt de Wet BIG alleen voor diegene die in het BIG register ingeschreven staan. Als voorbeeld: het toegestaan om bijv. je oma een injectie insuline te geven (de normale dosis, niet om vroegtijdig je erfenis te collecteren
) mits je weet wat je doet.
Gaat dat mis, dan kun je civielrechtelijk en strafrechtelijk aangeklaagd worden, de BIG geregistreerde ook nog tuchtrechtelijk.
(nou ja, twee of drie klappen.... het doet allebei pijn).
De grondgedachte is dat het eenieder verboden is bij wet om schade aan een ander aan te richten, waardoor het punt weer naar voren komt; mits je weet wat je doet.
En daarmee vallen de strandwachters en ambulancepersoneel onder de zelfde noemer, niet bekwaam is niet bevoegd.
Dus, als een strandwachter van mening is dat hij niet bekwaam is in het inbrengen van een mayo, moet hij het ook niet doen.
In dezelfde groep vallen dan dus ook het geven van zuurstof en het defibrilleren met AED.
Als je niet weet wat je doet, blijf er dan vanaf.
Groet,
Luke