28-02-2008: Open brief aan het Openbaar Ministerie betreffende De zaak Henk Schuurman
OPEN BRIEF INZAKE DE MOORD OP HENK SCHUURMAN
Bij de behandeling van de zaak Henk Schuurman kregen wij als nabestaanden en vrienden een flinke klap uit onverwachte hoek; het Openbaar Ministerie (OM) zette deze zaak op één lijn met de in 2003 vermoorde Sedar Soares. Sedar werd doodgeschoten door de bestuurder van een auto die door een sneeuwbal was geraakt. Die bestuurder was boos geworden, en had daarom de 13 jarige Sedar Soares doodgeschoten. De vergelijking met de zaak Henk Schuurman is volgens het OM, dat ook Henk Schuurman boos is geworden. Daarbij illustreerde het OM dat “boos worden” vergaande gevolgen kan hebben, en dat boos worden daarom niet goed is. Echter, de enige overeenkomst tussen beide zaken is dat er een bekogeling heeft plaatsgevonden. Vanaf dat moment gaat ieder vergelijk mank; Henk werd bekogeld en is niet meer in leven.
We hebben “te korte lontjes”. En dat kan, zo blijkt uit deze twee zaken, de dood tot gevolg hebben, althans volgens het OM. Wie maakt wie nu boos, is de boodschap van het OM. Dit moralistische lesje, én het op één lijn zetten van deze twee zaken verbijsterde ons ontzettend. En maakte ons boos.
Henk Schuurman, een persoonlijkheid waar je er in het licht van het normen en waarden debat van Balkenende, niet genoeg van kan hebben. Respect, eerlijkheid en fatsoensnormen, opkomen voor de zwakkeren in de samenleving, dat zijn de trefwoorden die bij zijn persoonlijkheid passen.
Op 14 juli 2007 reed Henk samen met zijn vrouw over de … weg. Vanuit een zijweg werd hun auto bekogeld met eieren. Eierstruif vlieg door het raam naar binnen op zijn vrouw, de impact van de eieren weerklinken als donderslagen door de laadruimte van de mini-transporter. Wat is een realistische reactie:
doorrijden en doen of er niets aan de hand is. De daders voelen zich gesterkt in hun onaantastbaarheid. Misschien gooien ze volgende keer wel een steen. Of verliest iemand van schrik de macht over het stuur en rijd andere mensen aan.
- of-
handelen volgens het credo van Balkenende: mensen aanspreken op hun gedrag en fatsoen, op normen en waarden.
Henk was boos want zijn vrouw en zijn bezittingen werden onrespectvol behandeld, lees “bekogeld”. Henk draait de straat in en ontmoet op de plek vanwaar gegooid werd L.F. Henk is boos en spreekt deze persoon aan. L.F. geeft aan niet tot de daders te behoren, maar zegt wel te weten wie het zijn. Henk pakt de fiets van L.F. om te laten gelden als waarborg, zodat de echte daders zich melden. Een “burgerarrestatie” van een fiets. Gelijktijdig sommeert Henk zijn vrouw de politie te bellen.
In de directe omgeving van het voorval krijgt dader R.A. op een bepaald moment in de gaten dat er “iets” aan de hand is in zijn buurt. Als, naar eigen zeggen, leider van de groep, voelt hij zich geroepen de zaak “op te lossen” of zich er in ieder geval mee te bemoeien. Wetende dat hij een groot, naar eigen zeggen “niet zo vriendelijk mes” op zak heeft besluit hij op Henk en dader L.F. af te stappen. Hij kiest er dus bewust níet voor om het mes níet mee te nemen en in plaats daarvan de politie te bellen. Te kwalificeren als zg. “eigenrichting” met voorbedachte rade?
Volgens dader R.A. leven hij en zijn buurtgenoten volgens “codes”; de codes van de straat. Rapmuziek en al hetgeen daarmee verworven is spreekt hun aan. Wie niet meedoet telt niet mee, de noodzakelijke status verwerf je door te voldoen aan het verwachtingspatroon die deze straat/rap cultuur met zich meebrengt. Naar blijkt is inmiddels het aanzien en de status van dader R.A. in zijn groep na de moord op Henk Schuurman aanzienlijk gestegen.
Terug naar 14 juli 2007. Henk was boos en pakt een fiets als onderpand. Mag conform de Wet misschien niet, maar een wettelijke veroordeling zou hem een waarschuwing opleveren. Nadat dader R.A. en Henk enige woorden en handgemeen hebben gewisseld, besluit dader R.A. om Henk zijn “niet zo vriendelijke” mes als waarschuwing te tonen. De discussie loopt op, handgemeen over en weer en beide daders en hun groepsgenoten besluiten, boos als zij zijn, zich collectief op Henk te storten. De één stompt Henk op z’n hoofd, de ander trapt Henk in z’n rug. Met 3 a 5 man gaan ze tekeer. (Henk is licht invalide en kan zonder krukken hooguit 2 stappen zetten). Naar blijkt valt het mes van R.A. op de grond, waarna dader L.F. het opraapt, het mes uit de schede haalt en in Henk’s rug steekt. Henk is op slag bewusteloos en overlijdt daarna binnen een uur.
Dat de leden van de dadergroep zo boos zijn, wordt kennelijk door het OM opgevoerd als verzachtende omstandigheid. Had Henk maar niet zo boos moeten zijn, stelt het OM. Wie maakt wie nu boos? De daders krijgen elk een persoonlijk onderzoek naar hun psychisch welbevinden; misschien zijn er redenen die hun daad enigszins relatieveren? Moeilijke jeugd gehad misschien? Worden er voor Henk’s boosheid ook verzachtende omstandigheden opgevoerd? Of hoeft dat niet bij een slachtoffer dat niet meer in leven is.
Het OM zou keihard moeten optreden tegen personen of groepen die geweld of misdaad niet schuwen. Het gehele justitiële apparaat zou eens boos moeten, en doeltreffend te werk moeten gaan om haar burgers te beschermen en wetsovertreders rechtvaardig te straffen.Wie maakt wie nu boos, vraagt het OM zich af. Het OM maakt ons boos.
Bron: meldpuntstraatcriminaliteit.nl