zwaaibalk (blauw) op auto die op trailer vervoerd word

Auteur Topic: zwaaibalk (blauw) op auto die op trailer vervoerd word  (gelezen 11887 keer)

0 gebruikers (en 1 gast bekijken dit topic.

imperial

  • Gast
Gepost op: 24 juli 2007, 17:25:44
Wij hebben een burnout auto met nu een blauwe zwaaibalk en sirenes er op.
Deze auto word over de weg alleen op een trailer vervoerd.
moeten de blauwe kappen dan afgedekt zijn of is dit niet verplicht.

bedankt




Maarten

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 8,543
    • Hulpverleningsforum
Reactie #1 Gepost op: 24 juli 2007, 17:34:24
Indien het zwaailicht onklaar is gemaakt, hoeft dat geloof ik niet.

Onklaar is dan niet de stekker uit de aanstekerplug, maar bijv. de lampjes of zekeringen eruit draaien. Het zwaailicht mag dus niet met een simpele handeling in te schakelen zijn.

Een afdekkap is wel aan te raden, omdat de kans dat je staande wordt gehouden voor een onderzoek aanzienlijk vergroot wordt met blauwe lampen op je dak ;)
Groeten, Maarten  
Als je snel vooruit wilt, ga dan alleen. Als je ver wilt komen, ga dan s


mon3aantje

  • Inspecteur, Politie eenheid Den Haag
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 670
Reactie #2 Gepost op: 24 juli 2007, 18:04:33
In het voertuigregelement staat het volgende beschreven:

Artikel 5.2.65
Personenauto's mogen, onverminderd het in de artikelen 29 en 30 van het RVV 1990 bepaalde inzake zwaai- en knipperlichten, niet zijn voorzien van meer lichten en retroreflecterende voorzieningen dan in de artikelen 5.2.51 en 5.2.57 is voorgeschreven of toegestaan.

Voor normale personenauto's die niet voor een hulpverlenende taak worden ingezet is het dus niet toegestaan om blauwe zwaai-knipperlichten op het voertuig te hebben. Dit is een permanente voertuigeis dus ik zal je zeker aanraden de blauwe balk af te dekken als je het voertuig gaat vervoeren. In 5.2.51 en 57 staan alle wel toegstande verlichtingseisen genoemd. Zal ze hieronder nog even knippen plakken.


Artikel 5.2.51
1.  Personenauto's moeten zijn voorzien van:
  a.  twee of vier grote lichten;
  b.  twee dimlichten, met dien verstande dat indien het voertuig is voorzien van dimlichten met gasontladingslichtbronnen en in gebruik is genomen na 31 december 2006, deze lichtbronnen voldoen aan door Onze Minister gestelde eisen, alsmede voor de installatie daarvan;
  c.  twee stadslichten indien het voertuig na 30 juni 1967 in gebruik is genomen, dan wel twee of vier stadslichten indien het voertuig voor 1 juli 1967 in gebruik is genomen;
  d.  twee richtingaanwijzers aan de voorzijde en twee aan de achterzijde van het voertuig, dan wel één richtingaanwijzer aan elke zijkant indien het voertuig vóór 1 juli 1967 in gebruik is genomen; het licht van de richtingaanwijzers van personenauto's die na 30 juni 1967 in gebruik zijn genomen moet knipperen;
  e.  waarschuwingsknipperlichten indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen;
  f.  één zijrichtingaanwijzer aan elke zijkant van het voertuig indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen.Voor voertuigen die voor 1 januari 1998 in gebruik zijn genomen worden de richtingaanwijzers aan de voorzijde van het voertuig beschouwd als zijrichtingaanwijzers indien het uitgestraalde licht hiervan duidelijk te zien is vanuit een punt gelegen op 6,00 m achter de voorzijde van het voertuig en 1,00 m zijwaarts;
  g.  twee achterlichten indien het voertuig na 30 juni 1967 in gebruik is genomen, dan wel twee of vier achterlichten indien het voertuig vóór 1 juli 1967 in gebruik is genomen;
  h.  twee remlichten indien het voertuig na 30 juni 1967 in gebruik is genomen, dan wel één of twee remlichten indien het voertuig vóór 1 juli 1967 in gebruik is genomen;
  i.  een installatie ter verlichting van de aan de achterzijde van het voertuig aangebrachte kentekenplaat;
  j.  twee niet-driehoekige rode retroreflectoren aan de achterzijde van het voertuig;
  k.  een of twee mistlichten aan de achterzijde van het voertuig indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen; in het geval van één mistlicht moet dit zich bevinden in of links van het middenlangsvlak van het voertuig;
  l.  een of twee achteruitrijlichten indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen;
  m.  twee markeringslichten aan de voorzijde en twee aan de achterzijde van het voertuig, indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen en breder is dan 2,10 m, dan wel voor 1 januari 1998 in gebruik is genomen en breder is dan 2,60 m;
  n.  zijmarkeringslichten indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen en langer is dan 6,00 m, aangebracht overeenkomstig de door Onze Minister vastgestelde eisen;
  o.  ten minste twee ambergele retroreflectoren aan elke zijkant van het voertuig, indien het voertuig na 31 december 1997 in gebruik is genomen en langer is dan 6,00 m;
  p.  een derde remlicht indien het voertuig in gebruik is genomen na 30 september 2001, aangebracht zodanig dat:
  1°.  het midden van het lichtdoorlatende gedeelte zich bevindt in het middenlangsvlak van het voertuig of de rand van het lichtdoorlatende gedeelte op een afstand van ten hoogste 0,15 m vanaf dit middenlangsvlak indien het derde remlicht niet op een vast deel van de carrosserie of bovenbouw kan worden bevestigd, en
  2°.  de onderzijde van het lichtdoorlatende gedeelte hoger ligt dan de bovenzijde van de remlichten, bedoeld in onderdeel h
2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel h, worden twee extra remlichten aangebracht, indien het derde remlicht niet op een vast deel van de carrosserie of bovenbouw binnen 0,15m vanaf het middenlangsvlak kan worden bevestigd.


Artikel 5.2.57
1.  Personenauto's mogen zijn voorzien van:
  a.  twee mistlichten aan de voorzijde van het voertuig;
  b.  parkeerlichten indien het voertuig niet langer is dan 6,00 m en niet breder dan 2,00 m;
  c.  twee extra richtingaanwijzers en waarschuwingsknipperlichten aan de achterzijde van het voertuig;
  d.  één zijrichtingaanwijzer aan elke zijkant van het voertuig indien het voertuig voor 1 januari 1998 in gebruik is genomen;
  e.  ambergele retroreflectoren aan de zijkanten van het voertuig, indien deze retroreflectoren niet reeds ingevolge artikel 5.2.51 verplicht zijn;
  f.  twee witte retroreflectoren aan de voorzijde van het voertuig;
  g.  twee markeringslichten aan de voorzijde en twee aan de achterzijde van het voertuig, indien deze lichten niet reeds ingevolge artikel 5.2.51 verplicht zijn en het voertuig breder is dan 1,80 m;
  h.  zijmarkeringslichten, indien deze lichten niet reeds ingevolge artikel 5.2.51 verplicht zijn, aangebracht overeenkomstig de door Onze Minister vastgestelde eisen;
  i.  een richtlicht;
  j.  een bermlicht aan de voorzijde van het voertuig;
  k.  werklichten;
  l.  een derde remlicht, indien het voertuig in gebruik is genomen voor 1 oktober 2001, aangebracht zodanig dat:
  1°.  het midden van het lichtdoorlatende gedeelte zich bevindt in het middenlangsvlak van het voertuig of de rand van het lichtdoorlatende gedeelte op een afstand van ten hoogste 0,15 m vanaf dit middenlangsvlak indien het derde remlicht niet op een vast deel van de carrosserie of bovenbouw kan worden bevestigd, en
  2°.  de onderzijde van het lichtdoorlatende gedeelte hoger ligt dan de bovenzijde van de remlichten, bedoeld in artikel 5.2.51, onderdeel h.;
  m.  twee dagrijlichten;
  n.  een markering aan de achterzijde van het voertuig bestaande uit een rechthoekig bord dan wel uit een set van twee of vier rechthoekige borden, welke zijn voorzien van rood fluorescerende parallel lopende diagonale strepen, indien de toegestane maximum massa van het voertuig meer bedraagt dan 3.500 kg;
  o.  inwendig verlichte transparanten die voor het overige verkeer bij regeling van Onze Minister vast te stellen informatie over het gebruik of de bestemming van het voertuig bieden. De verlichting moet afzonderlijk zijn geschakeld en mag naar achteren niet rood stralen. Bij regeling van Onze Minister worden nadere eisen vastgesteld ten aanzien van de uitvoering van de transparanten en de plaats waar zij op of aan het voertuig zijn aangebracht.
2.  Lichten die ingevolge artikel 5.2.51 verplicht zijn gesteld voor voertuigen die na een in dat artikel genoemd tijdstip in gebruik zijn genomen, mogen zijn aangebracht op voertuigen die voor of op dat tijdstip in gebruik zijn genomen mits wordt voldaan aan de in artikel 5.2.53 met betrekking tot die lichten, met uitzondering van markeringslichten en zijmarkeringslichten gestelde eisen. Markeringslichten en zijmarkeringslichten moeten alsdan voldoen aan het bepaalde in de onderdelen g onderscheidenlijk h van het eerste lid.
3.  Personenauto's mogen zijn voorzien van extra witte retroreflecterende voorzieningen aan de voorzijde, extra niet-driehoekige rode aan de achterzijde en extra ambergele aan de zijkanten van het voertuig.
4.  In afwijking van het eerste lid, onderdeel l, kunnen twee extra remlichten worden aangebracht, indien het derde remlicht niet op een vast deel van de carrosserie of bovenbouw binnen 0,15m vanaf het middenlangsvlak kan worden bevestigd.


Ehv-er

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 676
Reactie #3 Gepost op: 25 juli 2007, 10:56:19
maar nou een moeilijke vraag he, de auto rijdt niet 'zelf' over de openbare weg, maar wordt vervoerd op een trailer. is het dan niet zo dat de auto gewoon mag worden vervoerd met de lichtbalk erop?? en dat het voertuigregelement alleen geld voor de trailer omdat deze opde openbare weg rijdt en de auto erop niet? want die staat immers op de trailer en is opdat moment dus gewoon lading??

voorzover ik lees staat er alleen iets over het voertuig wat daadwerkelijk op de openbareweg rijdt en niets over de lading op of in het voertuig. daarnaast zolang de lichten en eventueel sirene niet in werking zijn is er toch geen enkel probleem, omdat het voertuig opdat moment nog geen voorrangsvoertuig is door uitgerust te zijn met een blauwe lichtbalk??


Gast

  • Gast
Reactie #4 Gepost op: 25 juli 2007, 12:04:40
DING DING DING, I BELIEVE WE HAVE A WINNER  O0 O0

Inderdaad, hij staat op een trailer, dan doet het niet terzake. Zodra het met de wieltjes de openbare weg raakt zijn alle reglementen van toepassing. Als belading van de trailer niet.


imperial

  • Gast
Reactie #5 Gepost op: 26 juli 2007, 23:14:31
bedankt voor de info.
ik knoop er tijdens het vervoer wel een vuilniszak omheen.
scheelt weer een hoop uitleg.
bedankt
remco


Ehv-er

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 676
Reactie #6 Gepost op: 27 juli 2007, 20:18:00
dat mag ook, maar t schijnt ook zo te zijn dat je er gewoon mee mag rijden op de openbare weg wanneer de lampjes en sirene niet inwerking zijn.


Ultimato

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 860
Reactie #7 Gepost op: 28 juli 2007, 08:33:52
dat mag ook, maar t schijnt ook zo te zijn dat je er gewoon mee mag rijden op de openbare weg wanneer de lampjes en sirene niet inwerking zijn.

nee:
als ze niet aangesloten zijn..
je moet ze dus niet met een simpele handeling aan kunnen zetten (dus niet een schakelaartje in dashboard of een sigarettenplug die je er nog in moet duwen)
Politie Aspirant niveau 4


Ehv-er

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 676
Reactie #8 Gepost op: 28 juli 2007, 10:28:30
;D ;) ::) zekeringetje eruit trekken en ernaast leggen..... vervolgens kapje weer dicht. want een zekeringetje erindrukken is immers een heeele moeilijke handeling die alleen door een technicus uittevoeren is ::) ::)


Gast

  • Gast
Reactie #9 Gepost op: 28 juli 2007, 10:49:25
Ja, en dat mág dus niet he (quote debiteuren-crediteuren)

Maar de originele vraagsteller is er allang uit hoor, op een aanhangwagen mag het en maakt het niet uit maar hij doet er toch een zak overheen.
Klaar, ook weer opgelost.