http://www.onderzoeksraad.nl/nieuws/pb20080917.htmPersbericht
17 september 2008
Voorzitter Onderzoeksraad voor Veiligheid opent 'Veilig door het Verkeer'.
(16 kB)
Prof. mr. Pieter van Vollenhoven bezorgd over mindere registratie verkeersongevallen.
Bij de opening van de tentoonstelling "Veilig door het Verkeer" op 18 september aanstaande in het Veenkoloniaal Museum te Veendam, zal prof. mr. Pieter van Vollenhoven, als voorzitter van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid stellen dat de veiligheid in het wegverkeer de afgelopen decennia aanzienlijk is verbeterd. "In mijn tijd als voorzitter van de toenmalige Raad voor de Verkeersveiligheid werd de samenleving nog geconfronteerd met jaarlijks meer dan 3000 verkeersdoden (en in 1972 ruim 3.250 doden) en moesten 70.000 gewonden in een ziekenhuis worden opgenomen. In 2007 waren deze dramatische aantallen teruggebracht tot rond de 750 verkeersdoden en zo'n 17.500 ziekenhuisgewonden. Een schitterend resultaat, maar geen reden om deze aantallen voor de toekomst te blijven accepteren."
Om dit jaarlijks terugkerend leed te kunnen verminderen, is het dan wel nodig dat gegevens worden geregistreerd van ongevallen en de aantallen slachtoffers. In de praktijk blijkt echter dat steeds minder van deze gegevens worden vastgelegd, als gevolg van taakverschuivingen of bezuinigingen. Berekeningen van de SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid) laten zien dat de registratiegraad van het aantal verkeersdoden nog op zo'n 90% ligt, maar van het aantal ziekenhuisgewonden is dat nog slechts 50% en van de minder ernstig gewonden is dat zelfs 10%. Van het beroepsvervoer (vrachtwagens, bussen, bijzondere voertuigen) is weinig bekend over hoe veel kilometers zij rijden. Of een daling van het aantal ongevallen betekent dat het veiliger is geworden of juist niet, is daarom onbekend. Het teruglopen van de registratie van ongevallen en andere gegevens is overigens een fenomeen dat de Onderzoeksraad ook in andere sectoren heeft waargenomen.
Het gevaar bestaat niet alleen dat het slechts ogenschijnlijk veiliger wordt, maar door het ontbreken van dergelijke gegevens wordt het ook moeilijker om in het onderzoek naar ongevallen te constateren of er sprake is van een structureel veiligheidsprobleem. Het zoeken naar die problemen, structurele veiligheidstekorten, is nu juist één van de belangrijkste onderdelen van de onderzoeken van de Onderzoeksraad. Voor partijen die het beleid moeten maken en uitvoeren, zoals het ministerie van Verkeer en Waterstaat, de wegbeheerders, de politie en de toezichthouders, betekent het ontbreken van gegevens dat zij de nodige onderbouwing voor hun verkeersveiligheidsbeleid moeten ontberen.
In zijn driejarig bestaan heeft de Onderzoeksraad nog maar weinig onderzoeken gedaan in de sector wegverkeer. Dat kwam niet alleen door de noodzaak de organisatie van het onderzoek in de diverse nieuwe sectoren op te bouwen, maar daar kwam ook nog het grootschalige onderzoek naar de brand in het cellencomplex Schiphol-Oost tussendoor. Die opbouwfase is nu grotendeels achter de rug en de raad heeft zich voorgenomen vanaf het komende jaar weer meer aandacht te gaan schenken aan ongevallen in het wegverkeer. Hierbij zullen onder andere ongevallen met vrachtwagens en ongevallen met landbouwvoertuigen nader worden onderzocht. Juist bij dergelijke thematische onderzoeken, waarbij niet wordt gekeken naar één enkel ongeval maar een hele serie wordt onderzocht, is het noodzakelijk te kunnen beschikken over goede registratiegegevens opdat de achterliggende oorzaken, de structurele veiligheidstekorten, achterhaald kunnen worden.