http://www.nrc.nl/binnenland/article1098668.ece/TU_Delft_had_geen_gebruiksvergunningTU Delft had geen gebruiksvergunning
Water afgesloten, stroom niet
Gepubliceerd: 23 mei 2008 10:10 | Gewijzigd: 23 mei 2008 10:14
Door onze redacteur Harm van den Berg
Rotterdam, 23 mei. Voor de faculteit Bouwkunde van de TU Delft was geen gebruiksvergunning afgegeven, hoewel dit volgens de wet vereist is. Dat bevestigt een woordvoerder van de gemeente Delft.
„Op het moment van de brand werd nog gewerkt om aan de eisen van de brandweer te voldoen. Als dat klaar was zou de vergunning worden afgegeven. Het was een formaliteit”, aldus de woordvoerder. Meer uitleg wordt met het oog op het lopende onderzoek niet gegeven.
Het ontbreken van de wettelijk verplichte gebruiksvergunning is een van de onbeantwoorde vragen rond de brand die anderhalve week geleden het universiteitsgebouw verwoestte.
Gepensioneerd architect Hans Boot (83) worstelt ook met zo'n vraag. „Gek dat niemand op het idee kwam om de stroom uit te schakelen”, zegt hij na voor de achtste keer bij de ruïne te hebben gekeken. Want Bouwkunde is helemaal zijn gebouw, het is zijn creatie. Die nu, vraagt hij zich af, verloren is gegaan door een blunder van TU-medewerkers? Het universiteitsbestuur wacht de resultaten vanhet justitieel onderzoek af.
Boot maakte in de jaren zestig de voorstudie en werkte de plannen uit onder supervisie van de bekende architect en hoogleraar Johan van den Broek. Nu beukt de sloopkogel op de betonnen pijlers.
Op dinsdagmorgen 13 mei keek Boot toe hoe een hevig vuur zich door het hele gebouw verspreidde en de brandweer machteloos toekeek. Hij zag hoe de werkkamer van zijn dochter in de vlammen verdween. „Verschrikkelijk en nu is alles weg. Punt er achter.” Binnen de TU gaan stemmen op om een prijsvraag uit te schrijven voor een nieuw ontwerp.
Boot hoopt dat het onderzoek van politie en justitie of van de verzekering een helder antwoord geeft op de vraag
waarom wel de druk van de waterleiding werd gehaald maar niemand de stroom uitschakelde. „In de lift stond veel water door een lekkage, dat hebben medewerkers en studenten die ochtend geconstateerd. Korte tijd later wordt op de zesde verdieping een koffiemachine aangezet en volgt een forse steekvlam, alles staat direct in lichterlaaie”, vertelt Boot.
Over de ernstige lekkage die al tijdens het Pinksterweekeinde moet zijn begonnen, heeft de politie de loodgieter gehoord die was opgeroepen om het lek op die bewuste dinsdagmorgen te repareren. Een slechte las bleek de oorzaak. De reparatie was een kwartiertje werk. Ook de loodgieter was stomverbaasd dat de stroom niet werd uitgeschakeld. De wateroverlast in het hoge gebouw was enorm. Op de zevende verdieping stond wel vijf centimeter water, dat betekent ook overlast op alle lagere verdiepingen en in de liftschachten.
De loodgieter stelde vast dat de hydrofoor, de installatie waarmee onder meer druk op de brandblussers wordt geregeld, was uitgeschakeld. Maar dat bleek niet het enige, er was ook een klep in het leidingsysteem dichtgezet. Het gevolg was verstrekkend, want toen na de reparatie de hydrofoor weer werd ingeschakeld, kwam er geen of veel te weinig druk in het leidingsysteem waardoor de brandblussers later die morgen niet konden worden gebruikt.Geen water voor de bedrijfshulpverlening om het begin van de brand te blussen. En later op de morgen kon de brandweer het gebouw niet meer in omdat het veel te gevaarlijk was. „De brandlast was enorm, in alle ruimtes en in de gangen was papier en hout,
het verkeer van personen was immens, daardoor stonden tussendeuren steeds open”, zegt Boot. Hoe langer de brand woedde, hoe groter het risico voor personen door de hangende tussenvloeren in de hoge tekenruimtes van de faculteit. Deze grote betonnen vlakken waren met het oog op de toeloop van studenten al in de jaren zestig bevestigd met metalen strips. In de hitte van de brand zouden de vloeren naar beneden komen, zo was de verwachting. Zo zag iedereen in de loop van de dinsdagmorgen dat er steeds minder overbleef van „een onverwoestbaar gebouw”.
Het gemeentebestuur van Delft heeft laten weten dat Bouwkunde voldeed aan de eigentijdse eisen voor brandveiligheid. de gebruiksvergunning was in orde. Maar de belangrijke gebruiksvergunning voor het gebouw waarin ruim 3000 studenten colleges volgden, ontbrak nog.
Eerst moesten brandwerende schotten worden aangebracht en daar werd volgens een woordvoerder van de gemeente Delft hard aan gewerkt.In het verleden werd eerder een aantal maatregelen genomen, niet zozeer gericht op bestrijding van een brand, maar vooral op een snelle ontruiming. Aan de buitenzijde kwam wel een nieuwe brandtrap, ontworpen door het Rotterdamse architectenbureau BroekBakema (de huidige naam), oorspronkelijk opgericht door professor Van den Broek en zijn collega- architect Bakema. Maar wegens de hoge kosten werd van een sprinklerinstallatie afgezien. Toch moet het faculteitsgebouw ook intern aan allerlei veiligheidseisen voldoen, bijvoorbeeld dat het vuur zich niet te snel mag verspreiden. Volgens de gemeente Delft waren er tussenwanden aangebracht met een brandwerendheid van tenminste twintig minuten.
Waar de schotten al waren geïnstalleerd werd de bescherming van 20 minuten tegen doorslaan van de brand niet geboden doordat de wanden van de compartimenten waren doorgebroken, bijvoorbeeld om er kabelgoten doorheen te leiden. De meeste betrokkenen, belangrijke bestuurders van de universiteit voorop, vonden het niet meer zo interessant „want iedereen was op tijd uit het gebouw, er zijn geen slachtoffers”.