Netcentrisch werken: Ontwikkeling van actueel totaal informatiebeeld (crisis informatiesystemen)

Auteur Topic: Netcentrisch werken: Ontwikkeling van actueel totaal informatiebeeld (crisis informatiesystemen)  (gelezen 25474 keer)

0 gebruikers (en 1 gast bekijken dit topic.

Lt. Col. Me

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,568
  • Nederland moet door!
Nog als aanvulling:

Juist bij het aannemelijk maken dat C4I een essentieel onderdeel is van rampenbestrijding, en dat hier misschien wel verbeterpunten zijn, ben je hier op het forum aan het juiste adres. Alle hulpverleners op het forum kunnen verhalen vertellen over samenwerking met en tussen de eigen dienst en de andere diensten/actoren, en waar dat wel goed gaat en niet goed gaat.

Om een voorbeeld uit mijn eigen ervaring te geven: vanuit mijn functie (niet bij een hulpverleningsdienst overigens) ben ik aanwezig geweest bij het ongeluk in de Grolsch Veste. Nog even los van alle hulpverlening in het stadion liepen en reden daar op een gegeven ogenblik tenminste 6 partijen in het gebied rond het stadion om wegen af te sluiten, verkeer te regelen, hulpdiensten te begeleiden, etc. (politie, KMar, milieupolitie, gemeentelijke handhaving, stewards van FC Twente, particuliere verkeersregelaars). Het is niet gelukt om tussen al deze partijen een modus te vinden waarin iedereen van elkaar wist wat de bedoeling was. Verschillende mensen riepen verschillende dingen, zodat opgeheven posten er nog stonden, essentiële posten al waren opgeheven, bepaalde routes onbedoeld werden afgesloten, sectorgrenzen werden zonder instructies verschoven, etc. etc. Uiteindelijk wordt dat opgelost door vooral hard werken, heel veel bellen, rennen en heen en weer rijden, maar ideaal is dat natuurlijk niet. Hier zat duidelijk een knelpunt in enerzijds het verzamelen en verdelen van informatie en anderzijds het opzetten en in stand houden van een werkende commandostructuur.
"Success is not final, failure is not fatal: it is the courage to continue that counts." -- Winston Churchill


bco_student

  • Werkzaam in de ICT
  • Nieuwe gebruiker
  • *
  • Berichten: 4
Bedankt voor de reactie Lt. Col. Me.

Ik zit inderdaad in de oriënterende fase van het onderzoek (bij de Vrije Universiteit Amsterdam). Mijn achtergrond is een HBO propedeuse Integrale Veiligheidskunde, een WO bachelordiploma Psychologie en ik volg nu de master Beleid, Communicatie en Organisatie.

De informatie in mijn eerste post is niet perse bedoeld als onderbouwing voor een verondersteld probleem of aanleiding van het onderzoek etc. Het is eigenlijk vooral bedoeld als achtergrond info om globaal weer te geven waar ik mij de afgelopen tijd op heb ingelezen (anders komt zo'n vraag nogal uit de lucht vallen). Na wat globaal inlees werk ben ik eigenlijk heel benieuwd geworden naar de problemen uit de praktijk. Op basis daarvan hoop ik een nuttige probleemstelling/vraagstelling te gaan formuleren die potentie heeft om werkelijk iets bij te dragen. Uiteraard ben ik tegelijkertijd ook opzoek naar onderbouwing vanuit de theorie en praktijk.

Het voorbeeld van de Grolsch Veste is al erg interessant. Wat mijn interesse daarin wekt is dat er dus verschillende partijen zijn die in hetzelfde gebied overlappende taken uitvoeren waarbij de verschillende partijen (dit even bekeken vanuit een beginnende leek op dit gebied) niet met hetzelfde totaalbeeld opereren. Ik ga er in dit geval even vanuit dat er ergens een partij was die bijvoorbeeld vond dat een bepaalde post essentieel was, terwijl een andere partij deze post kennelijk al had opgeheven. Dus er zit dan, lijkt me, een discrepantie tussen het beeld van partij A en partij B. Interessant is echter wel dat het werken/niet werken van de commandostructuur inderdaad ook een grote invloed heeft. Interessant om dat zo te horen. Dat geeft direct alweer een bredere kijk.

Wat mij erin aanspreekt is de uitdaging dat verschillende partijen tijdens een incident over verschillende informatie en kennis beschikken. Deze informatie moet (lijkt me) op een of andere wijze gebundeld worden tot een totaalbeeld zodat A) alle betrokken partijen hetzelfde naar het incident kunnen kijken en B) er betere aansturing/coördinatie/beslissingen mogelijk zijn.

De uiteenzetting van C4I geeft me wel een betere kijk op het geheel. Ik vind het geheel van C4I erg interessant, maar mogelijk is dit te breed. Het geeft me wel al een beter handvat om te overwegen welk gedeelte je nou precies wilt gaan bekijken.

In mijn concept onderzoeksvraag die ik nu heb staan wil ik kijken naar welke processen een rol spelen bij de transformatie van versnipperde informatie (of kennis) naar een actueel totaalbeeld en welke invloed dit (totaalbeeld) heeft op de (crisis)coördinatie. Dit is nog een concept onderzoeksvraag, en zal komende weken zeker nog herhaaldelijk aangepast, bijgeschaafd herschreven of compleet veranderd worden. Maar dat is ongeveer de hoek waarin ik wil proberen te zitten, zolang het dus wel ook praktische relevantie heeft!


Lt. Col. Me

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,568
  • Nederland moet door!
Wat ik met het verhaal "aanleiding - probleemstelling - doelstelling - vraagstelling" probeer aan te geven is dat probleemstellingen en onderzoeksvragen niet uit de lucht komen vallen; zeker niet bij toegepast onderzoek. Een vraagstelling (onderzoeksvraag) komt pas aan de orde zodra de voorgaande stappen duidelijk zijn, een probleemstelling volgt uit een bepaalde suboptimale toestand van de praktijk of de wetenschap (dus de aanleiding). Gelet op je zoektocht naar praktijkvoorbeelden ben je volgens mij dus bezig met het in kaart brengen van de toestand van de praktijk, om daarin iets te vinden wat een probleemstelling rechtvaardigt. Zoals gezegd weet ik niet wat er bij de VU wordt aangeleerd voor wat betreft een onderzoeksopzet, dus ik kan niet beoordelen of jouw aanpak om te beginnen met een onderzoeksvraag past binnen de geldende procedures van de VU. Misschien is het slechts een kwestie van terminologie. Dit dus ter overweging! (Ter referentie: de door mij gebruikte opbouw is met wat vrijheden gebaseerd op een boek van Verschuren en Doorewaard.)

Inhoudelijk:

(...) Het voorbeeld van de Grolsch Veste is al erg interessant. Wat mijn interesse daarin wekt is dat er dus verschillende partijen zijn die in hetzelfde gebied overlappende taken uitvoeren waarbij de verschillende partijen (dit even bekeken vanuit een beginnende leek op dit gebied) niet met hetzelfde totaalbeeld opereren. Ik ga er in dit geval even vanuit dat er ergens een partij was die bijvoorbeeld vond dat een bepaalde post essentieel was, terwijl een andere partij deze post kennelijk al had opgeheven. Dus er zit dan, lijkt me, een discrepantie tussen het beeld van partij A en partij B. Interessant is echter wel dat het werken/niet werken van de commandostructuur inderdaad ook een grote invloed heeft. Interessant om dat zo te horen. Dat geeft direct alweer een bredere kijk.

Er zijn inderdaad meerdere verschillende partijen die in hetzelfde gebied dezelfde taken uitvoeren; echter niet noodzakelijkerwijs ook overlappende taken. Het is voorgekomen dat partij 1 op locatie A een wegafzetting had opgeworpen, terwijl op locatie B de wegafzetting door partij 2 werd geregeld. Ook kwam het voor dat op één locatie mensen van meerdere partijen aanwezig waren.
De vraag is nu of al deze partijen hetzelfde totaalbeeld nodig hebben, en mijn gedachte is dat dit niet noodzakelijk is. Het totaalbeeld moet bestaan bij de verantwoordelijke commandant binnen het CoPI: hij moet weten op welke posten welke mensen van welke partijen staan en hoe hij deze mensen effectief kan bereiken. Het is niet interessant of partij 1 op locatie A weet welke partij op locatie B staat; partij 1 moet alleen weten dat locatie B óók afgesloten is. Het gaat mis zodra partij 2 op locatie B vindt dat de post opgeheven kan worden en dit niet juist omhoog doorgeeft, of de post opheft in opdracht van iemand hoger in de lijn die juist niet het totaalbeeld heeft. De commandostructuur kan in dit verband nooit los gezien worden van de gebeurtenissen.
Hierbij opgemerkt dat ik zelf ter plaatse op geen enkel moment een totaalbeeld heb gehad, ondanks dat ik voor een aantal van de aanwezige partijen de coördinerende rol naar me toegetrokken heb en contact heb gehad met de hogere commandant. Mijn beeld op dit moment is mede ingevuld door informatie welke achteraf nog is doorgekomen.

Wat mij erin aanspreekt is de uitdaging dat verschillende partijen tijdens een incident over verschillende informatie en kennis beschikken. Deze informatie moet (lijkt me) op een of andere wijze gebundeld worden tot een totaalbeeld zodat A) alle betrokken partijen hetzelfde naar het incident kunnen kijken en B) er betere aansturing/coördinatie/beslissingen mogelijk zijn. [1]

De uiteenzetting van C4I geeft me wel een betere kijk op het geheel. Ik vind het geheel van C4I erg interessant, maar mogelijk is dit te breed. Het geeft me wel al een beter handvat om te overwegen welk gedeelte je nou precies wilt gaan bekijken. [2]

[1] De geschetste uitdaging is inderdaad terecht. Echter vraag ik me af in hoeverre een totaalbeeld over alles en iedereen in het inzetgebied gedeeld moet worden. Zit een poppetje bij een wegafzetting te wachten op informatie over de toestand van een slachtoffer? Heeft het nut om een poppetje bij een wegafzetting te informeren over welke partijen in het inzetgebied aanwezig zijn? Ik denk dat je per werkniveau moet bekijken welk beeld van de situatie nodig is.

[2] Ik kan me voorstellen dat het gehele model van C4I te breed is. C4I is alles omvattend, maar een essentieel onderdeel van vrijwel alle activiteiten waarbij meerdere mensen en/of organisaties betrokken zijn. Mogelijk dat het bedrijfsleven voor C4I nog andere terminologie heeft. Voor je scriptie zal het volgens mij nodig zijn om in beeld te brengen waar het gehele proces uit bestaat, en hoe jij je onderzoek gaat afbakenen...

In mijn concept onderzoeksvraag die ik nu heb staan wil ik kijken naar welke processen een rol spelen bij de transformatie van versnipperde informatie (of kennis) naar een actueel totaalbeeld en welke invloed dit (totaalbeeld) heeft op de (crisis)coördinatie. Dit is nog een concept onderzoeksvraag, en zal komende weken zeker nog herhaaldelijk aangepast, bijgeschaafd herschreven of compleet veranderd worden. Maar dat is ongeveer de hoek waarin ik wil proberen te zitten, zolang het dus wel ook praktische relevantie heeft!
Lijkt me op zich een nuttige onderzoeksvraag. In de basis lijkt het me dus te gaan om de wijze waarop de verantwoordelijke commandant (c.q. coördinator) de gewenste informatie bij zich krijgt, daar een totaalbeeld van kan maken en wat hij daar vervolgens mee kan doen.
"Success is not final, failure is not fatal: it is the courage to continue that counts." -- Winston Churchill


bco_student

  • Werkzaam in de ICT
  • Nieuwe gebruiker
  • *
  • Berichten: 4
Wederom bedankt voor de uitgebreide reactie, het geeft me zeker een beter beeld van het veld.

De commandostructuur kan in dit verband nooit los gezien worden van de gebeurtenissen.
Duidelijk, dit ga ik zeker meenemen in de verdere verkenning van het onderzoeksveld. En in ieder geval goed in mijn achterhoofd houden.

Echter vraag ik me af in hoeverre een totaalbeeld over alles en iedereen in het inzetgebied gedeeld moet worden. Zit een poppetje bij een wegafzetting te wachten op informatie over de toestand van een slachtoffer? Heeft het nut om een poppetje bij een wegafzetting te informeren over welke partijen in het inzetgebied aanwezig zijn? Ik denk dat je per werkniveau moet bekijken welk beeld van de situatie nodig is.
Dat is inderdaad waar, voor dergelijke informatie die geen invloed heeft op de keuzes of handelen van persoon X zal het waarschijnlijk alleen maar zorgen voor information-overload. Wat ik me echter wel kan voorstellen is dat het beeld dat een hulpverlener heeft van de situatie invloed heeft op welke informatie deze persoon relevant acht om in de lijn naar boven door te spelen (ondanks wat een specifiek protocol misschien voorschrijft). Maar wellicht moet ik het niet totaalbeeld noemen, omdat dit eigenlijk een specifieke vakterm is. Ik zal het aan de hand van twee zelfbedachte (wellicht onwaarschijnlijke) voorbeelden toelichten:

Er is een brand en er komt asbest vrij. De gevaren straal voor asbest besmetting is in eerste instantie 100 meter. Tussentijds wordt dit bijgesteld naar 250 meter. Stel dat ambulancebroeders niet direct op de hoogte zijn dat de straal van de gevarenzone zojuist verhoogd is. De ambulance broeders komen omstanders tegen in een straal van 150 meter en verzoeken deze mensen vrijwillig weg te gaan. Als zij op de hoogte waren geweest van het verhoogde asbest gevaar dan hadden ze wellicht deze informatie hogerop doorgespeeld zodat de politie (of andere verantwoordelijke partij) de mensen direct kon evacueren.

of

Er is hoogwater en het risico wordt steeds groter op een dijkdoorbraak bij gemeente X. Maar tot nu toe is de situatie nog stabiel. Op een bepaald moment bereikt dijk Y een kritiek punt, en is het niet meer toegestaan om met voertuigen over de dijk te rijden. Zolang de aanwezige hulpdiensten bij de dijk, bijv. politie, niet het beeld heeft dat er nu daadwerkelijk een kritieke situatie is ontstaan kan het bijvoorbeeld voorkomen dat een voertuig zich toch over de dijk verplaatst. De politie geeft dit niet door want de situatie is nog niet kritiek. Hierdoor gaat men in het coördinatie centrum er (onterecht) vanuit dat er zich geen voertuigen op de dijk bevinden.

Het zijn misschien onrealistische of vreemde voorbeelden, maar puur even ter illustratie. Misschien zie ik het wel helemaal verkeerd voor me. Maar daar zat ik eigenlijk over te denken met het idee van totaalbeeld (waarbij de term totaalbeeld dus misschien misplaatst was). Dat het wellicht mogelijk is dat als verschillende hulpverleners een verschillend beeld hebben van de situatie zij wellicht op een andere wijze informatie selecteren om hogerop door te spelen. Wat uiteindelijk invloed heeft op het ontwikkelen van het totaalbeeld voor de coördinerende eenheid, met mogelijk grote invloed op de beslissingen die uiteindelijk genomen gaan worden.

(Ter referentie: de door mij gebruikte opbouw is met wat vrijheden gebaseerd op een boek van Verschuren en Doorewaard.)
Die heb ik hier ook inderdaad. Maar soms is het verleidelijk om even af te wijken en van achter naar voor en weer terug te gaan, om op nieuwe ideeën te komen :)


Nick

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,458
Als je op zoek bent naar een praktijkverhaal om in deze oriënterende fase te gebruiken is wellicht het boekje 'Drie Minuten' van Bas Eenhoorn (burgemeester Alphen ad Rijn) interessant. Helemaal niet wetenschappelijk, ook niet erg diepgaand. Maar het geeft -mijn inziens- wel een aantal knelpunten aan in de crisiscommunicatie tussen 'gezag' en 'operationeel' en daarnaast tussen het 'gezag' en het 'publiek'. Misschien kun je het ergens lenen op de universiteit! Succes met je onderzoek.
Senior GGP / Oost-Brabant


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616


Lt. Col. Me

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,568
  • Nederland moet door!
(...)
Het zijn misschien onrealistische of vreemde voorbeelden, maar puur even ter illustratie. Misschien zie ik het wel helemaal verkeerd voor me. Maar daar zat ik eigenlijk over te denken met het idee van totaalbeeld (waarbij de term totaalbeeld dus misschien misplaatst was). Dat het wellicht mogelijk is dat als verschillende hulpverleners een verschillend beeld hebben van de situatie zij wellicht op een andere wijze informatie selecteren om hogerop door te spelen. Wat uiteindelijk invloed heeft op het ontwikkelen van het totaalbeeld voor de coördinerende eenheid, met mogelijk grote invloed op de beslissingen die uiteindelijk genomen gaan worden.
Terechte constatering denk ik. Onderdeel van de commandovoering moet zijn dat de commandant aangeeft hoe hij wanneer en van wie wil horen of er iets is veranderd in de situatie, en wat er dan is veranderd. Dat betekent dus ook dat de uitvoerenden zich daar aan moeten houden, en dit bij aflossing of verplaatsing ook moeten doorgeven aan hun opvolgers. Omgekeerd moet de commandant ook aan de uitvoerenden laten weten dat de situatie veranderd is. De consignes voor betreffende eenheid kunnen dan gewijzigd zijn. Commandant en uitvoerend personeel zijn van elkaar afhankelijk. Ik zie een uitdaging voor je om daar iets zinnigs in te onderzoeken.  >:D
"Success is not final, failure is not fatal: it is the courage to continue that counts." -- Winston Churchill


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Brandweer en GHOR vergaderen gezamenlijk over informatiemanagement
Op 2 februari 2012 vond er een gezamenlijke bijeenkomst plaats van de netwerken Informatiemanagment van de NVBR en GHOR-NL. Ongeveer 30 mensen uit beide netwerken discussieerden over de gezamenlijke onderwerpen en mogelijke samenwerking.

De beide voorzitters (Jos van den Berkmortel voor de NVBR en Robert-Jan Schouwerwou voor GHOR-NL) gaven onder de titel "toen en nu" een toelichting op de plannen en stand van zaken van de activiteiten binnen de beide netwerken. Hieruit bleek al snel dat er enkele onderwerpen zijn die in beide netwerken aangepakt worden: basisregistraties, netcentrisch werken, informatiearchitectuur en ontwikkelen IM vaardigheden.

In aparte groepjes zijn vervolgens de gezamenlijke onderwerpen Basisregistraties, Governance en Architectuur verder uitgediept, waarna samenwerkingsvoorstellen op deze onderwerpen plenair zijn gepresenteerd. Na de uitgebreide netwerklunch is uitgebreid stilgestaan bij de onderwerpen basisregisaties en kennisuitwisseling. Er zijn concrete afspraken gemaakt om op deze twee onderwerpen gezamenlijk aan de slag te gaan.

Aan het einde van de middag is er uitgebreid gediscussieerd over de teksten over informatievoorziening in de Wet op de Veiligheidsregio's (Wvr) staat. De aanleiding daarvoor is de beleidsevaluatie Wvr die vanuit de NVBR is gestart. Ook hierin komen onder andere de onderwerpen basisregistraties en informatiearchitectuur aan de orde. Het delen van informatie tijdens een ramp wordt soms belemmerd vanuit privacy wetgeving, terwijl de hulpdiensten er vanuit de Wvr wel verantwoordelijk voor worden gesteld. Informatiedeling over de keten heen is niet in de Wvr geregeld.

http://www.nvbr.nl/actueel/nvbr_nieuws/?ActItmIdt=31305


Lt. Col. Me

  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 1,568
  • Nederland moet door!
Wellicht interessant in dit verband, het artikel over LCMS bij het hoogwater in Groningen in Nationale Veiligheid en Crisisbeheersing februari 2012:

Hier te vinden, p. 40-41.
"Success is not final, failure is not fatal: it is the courage to continue that counts." -- Winston Churchill


RAdeR

  • Hoofd Rode Kruis Noodhulpteam, BLS instructeur
  • Senior gebruiker
  • ****
  • Berichten: 14,616
Netcentrisch Werken opgeschaalde gezondheidszorg
Begin 2011 zijn de ROAZ’en van Zwolle en Euregio gestart met een project dat moet resulteren in een brede invoering voor alle convenantpartijen van een nieuwe werkwijze: Netcentrisch Werken.

Voordelen Netcentrisch Werken?
Voorheen werd 80% van de tijd gespendeerd aan beeldvorming en kwamen besluiten te laat tot stand en waren per definitie gedateerd. Met netcentrisch werken wordt met name de beeldvorming voor alle betrokken partijen van de opgeschaalde zorg verbeterd en blijft daarom meer tijd over voor oordeelsvorming en besluitvorming. Dit kan doordat alle betrokkene partijen relevante informatie publiceren in een Gedeeld Geneeskundig Beeld.
Dat klinkt allemaal simpel maar in de praktijk moeten betrokkenen goed van te voren overleggen wie voor welke informatie verantwoordelijk is, en hoe die informatie in het Gedeelde Geneeskundige Beeld (GGB) ten goede komt aan de besluitvorming. De GHOR voert de regie over het GGB. Dat wil niet zeggen dat de GHOR alle informatie invoert maar de GHOR bewaakt dat het GGB consistent en overzichtelijk is. Iedereen is immers verantwoordelijk voor het invoeren en actualiseren van zijn eigen bijdrages aan het GGB. De GHOR vertaalt de gegevens uit het medisch vertrouwelijke GGB naar een actueel en betrouwbaar slachtofferbeeld voor de eventueel betrokken Veiligheidsregio’s. Omgekeerd vertaalt de GHOR het Totaalbeeld van een calamiteit zoals dat door de Veiligheidsregio op netcentrische wijze tot stand komt voor de partijen in de witte kolom die ook opgeschaald zijn. Dit kan dan weer ondersteunen bij de besluitvorming om aanbod en vraag naar zorg weer op elkaar afgestemd te krijgen.

Het project in Zwolle en Euregio
In de ROAZ regio’s Zwolle en Euregio is in de eerste fase (eerste helft 2011) van de invoering van Netcentrisch Werken een nulmeting uitgevoerd waarbij de bestaande knelpunten zijn geïnventariseerd en enthousiasme en draagvlak zijn gecreëerd voor de netcentrische werkwijze. Vervolgens zijn de informatiemanagementprocessen en -organisatie beschreven ten behoeve van het netcentrisch werken door een werkgroep met vertegenwoordigers van alle convenantpartijen. Eind 2011 is positief besloten door beide ROAZ’en om de organisatie mee te nemen in de volgende fase. Doelstelling van deze fase is breder draagvlak te creëren voor het netcentrisch werken bij de betrokken convenantpartijen, informatiecoördinatoren te werven, en de ontwikkelde werkwijze door operationele tests verder te verfijnen. Er wordt naar gestreefd om, als aan de door de betrokken ROAZ besturen gestelde voorwaardes is voldaan, eind 2012 de netcentrische werkwijze operationeel te verklaren.

Verwachtingen?
Het is de bedoeling dat het beeld over slachtoffers, aard van de ramp, soort aandoening, aanbod van patiënten snel en glashelder voor alle convenantpartijen in het Gedeelde Geneeskundige Beeld staat. Zo is duidelijk waar de knelpunten zitten en kan er geanticipeerd worden in plaats van achter de feiten aan te lopen. Tegelijk kan de algemene commandant geneeskundige zorg (GHOR) een betrouwbaar en actueel slachtofferbeeld aan het Regionaal Operationeel Team presenteren. Ten slotte kan zo de maatschappij snel en betrouwbaar worden geïnformeerd.

Aansluiting met andere interregionale projecten en landelijke trajecten
Momenteel zijn beide regio’s bezig om het registratieproces en verwanteninformatieproces te verbeteren. Dit gebeurt vanuit de ZiROP-beheerders van de deelnemende ziekenhuizen in nauwe afstemming met de GHOR-bureaus van de betreffende regio’s. Daarnaast wordt afgestemd met GHOR Nederland over het landelijke traject om verbeteringen in het registratieproces aan te brengen. Vanzelfsprekend wordt hierbij ook gekeken naar het implementatietraject van Netcentrisch Werken binnen de witte kolom. Op dit moment wordt het registratieproces vanuit de ziekenhuizen verder in kaart gebracht en beschreven welke informatie bij de Informatiecoördinator Netcentrisch Werken beschikbaar moet zijn om in het gedeelde Geneeskundige Beeld te plaatsen.
Landelijk wordt de OTO-Toolkit verder uitgewerkt. In de huidige beschrijving van de crisisorganisatie en de kwalificatieprofielen komt de functie Informatiecoördinator niet voor. Ervaringen vanuit Zwolle en Euregio worden dan ook landelijk ingebracht met als doel uniformiteit te bewerkstelligen die dan ook landelijk gebruikt kan worden bij OTO activiteiten ter ondersteuning van de invoering van Netcentrisch Werken in de witte kolom.

http://www.crisisplein.nl/nieuws/netcentrisch+werken+opgeschaalde+gezondheidszorg+_252