http://www.ad.nl/binnenland/crash/3033987/Het_leek_of_ze_elkaar_hadden_getroost.htmldonderdag 26 februari 2009
'Het leek of ze elkaar hadden getroost'
Door FRANK VAN DEN ELSEN
ROTTERDAM/SCHIPHOL - ,,Gearmd zaten twee dode passagiers in hun vliegtuigstoelen. Het waren stoelen aan weerszijden van het gangpad geweest. Door de crash waren ze in elkaar geschoven, zo waren de mannen tegen elkaar beland. Maar het leek wel of ze elkaar hadden getroost.''
http://www.ad.nl/multimedia/archive/00199/Albert_Visser_Traum_199503h.jpgAlbert Visser: FOTO MAARTEN VAN DER VOORDE
De 'overtreffende trap' van wat hij ooit in zijn werk tegenkwam: zo omschreef Albert Visser gisteren, met spierpijn in zijn hele lijf, dit en andere taferelen die hij aantrof in het rampvliegtuig op Schiphol. Visser (45) is verpleegkundige op de Rotterdamse traumahelikopter.
,,Eén passagier overleed, terwijl ik met hem zat te praten, aan shock door bloedverlies. Het ene moment was hij vol bij bewustzijn, het volgende moment was het afgelopen. Dat heb ik nog nooit meegemaakt in twintig jaar ambulancewerk, waarvan elf jaar op de traumaheli. We konden hem geen infuus geven tegen het bloedverlies, want hij lag volledig bekneld.''
Na deze bizarre ervaring, volgde een al net zo bijzondere beslissing voor de hulpverleners: de keuze om niet te pogen de man te reanimeren. ,,We konden niet bij hem komen en er waren andere slachtoffers met meer overlevingskansen. Maar het gaat heel erg tegen je gevoel in.''
Drie kwartier nadat de Boeing was neergekomen, landde de Rotterdamse heli ernaast, weggeroepen van een ongeval op de snelweg bij Barendrecht. Hulpverleners waren er toen al volop, in en om het vliegtuig. Het team van Visser en trauma-arts Martin Eversdijk kreeg opdracht het ramptoestel binnen te gaan door de scheur in de romp, tussen de U en de R van 'Turkish'. Visser: ,,Ik kon er nét doorheen.''
Samen met ambulancepersoneel en brandweerlieden moesten ze zich een weg richting cockpit banen, tegemoetgewerkt door een ander traumateam. De chaos was onbeschrijflijk in dit zwaarst getroffen segment, waar zes doden en vijf zwaargewonden vielen.
Visser: ,,Een enorme kluwen materialen, met mensen ertussen, dood en levend, op en onder elkaar. Kastjes, tassen, naar beneden gevallen, alles op één hoop geveegd. Ik heb op overledenen moeten staan om bij overlevenden te kunnen komen.''
Ze troffen een ernstig beknelde man, wiens gebroken arm in een rare hoek stond. Visser: ,,Hij bloedde erg uit zijn gezicht, maar hij dacht dat zijn arm zo bloedde. Daarom had hij met zijn riem zelf een tourniquet aangelegd, om de bloedsomloop af te knellen. Maar zijn arm bloedde helemaal niet.''
De redders moesten minder dan 10 meter overbruggen, maar in een hoog tempo en badend in het zweet, kostte het de teams anderhalf uur om elkaar tegen te komen en de laatste gewonden en doden te laten afvoeren. Alle lichter gewonden waren toen al uit het toestel.
Visser: ,,Normaal zijn wij gericht op medisch handelen. Nu waren we vooral bergingswerkers.''
Trauma-arts Eversdijk liet de brandweer een kleine opening in de achterwand van de in elkaar gedrukte cockpit maken en kroop erin, om met zekerheid te kunnen vaststellen dat de drie daar aanwezige bemanningsleden waren overleden. Visser: ,,Door de voorruit hadden we die indruk al gekregen.'' Om één uur 's middags was de heli terug op Rotterdam Airport. Daar wachtte binnen vijf minuten de volgende klus.