SOS-arts zoekt samenwerking met eerstelijnDe SOS-arts biedt aan om alle visites over te nemen van huisartsenposten (HAP) en reguliere huisartsenpraktijken. De eerstelijnszorg is echter kritisch.
Initiator van SOS-arts Arnold Verhoeven wil met de samenwerking de kwaliteit van de eerstelijnszorg verbeteren. Verhoeven denkt ook dat de kosten drastisch zullen dalen. Indien de huisartsen positief tegenover het aanbod staan, moet de werkwijze van de SOS-arts voor die visites wel veranderen. Tot nu toe rijden de SOS-artsen voor niet-medisch noodzakelijke oproepen terwijl de HAP's en huisartsenpraktijken voor medisch noodzakelijke oproepen uitrijden.
De methode van Verhoeven kost de patiënt niets extra. Bij medische noodzaak wordt de visite volgens Verhoeven ook geheel binnen de basisverzekering vergoed. “Indien er geen medische noodzaak is, dan kan de SOS-arts alsnog komen. Dan betalen de patiënten een eigen bijdrage van dertig procent. Deze bijdrage werkt tevens als drempel en voorkomt dat patiënten onnodig naar de spoedeisende hulp gaan.”
Aanslag op de kosten
Hans Nobel, bestuurslid van de Landelijke vereniging praktijkhoudende huisartsen (VPHuisartsen), is van mening dat de huidige manier van zorg door huisartsen op dit moment in Nederland heel efficiënt is georganiseerd. “De aanbieding van Verhoeven is geen oplossing want het is een toevoeging aan het huidige systeem. Wij krijgen momenteel 13,50/22,- euro per standaardbezoek aan kosten vergoed. Het tarief van de SOS-arts ligt rond de 65 euro. Dat betekent dat elk bezoek van de SOS-arts een aanslag is op de zorgkosten en die zijn momenteel al erg hoog. Als het ministerie van VWS dan toch geld over heeft, besteed dat dan aan ouderenzorg of thuiszorg, zou ik zeggen.” Nobel vindt overigens niet dat de SOS-arts hoeft te verdwijnen van de markt. “Maar dan moet de organisatie wel opereren buiten publieke zorgmiddelen. Anders betaal ik straks mee aan deze wensvisites. Mensen kunnen zich prima extra verzekeren voor deze dienst.”
Inschrijfgeld huisartsen
Verhoeven erkent het verschil in kosten maar stelt dat Nobel geen rekening houdt met het inschrijfgeld dat praktijkhoudende huisartsen krijgen van zorgverzekeraars voor elke patiënt. “Voor 24-uurs beschikbaarheid ontvangen deze huisartsen gemiddeld 57 euro per patiënt. Als huisartsen 3500 patiënten hebben, dan loopt dat bedrag al aardig op. Wanneer zij nachtdienst draaien en een patiënt helpen die niet bij hun praktijk ingeschreven staat, dan rekenen zij het passantentarief van 65 euro. Het verschil is dat patiënten van SOS-arts een eigen bijdrage betalen van dertig procent, en tijdens de experimentele fase waarin SOS-arts zich nu bevindt is dat zelfs vijftig procent.” Verhoeven stelt dat prestatiebeloning bijvoorbeeld een oplossing kan zijn. “Verhoog de beloning per consult of bezoek en schrap het inschrijfgeld dat de huisartsen ontvangen. Het probleem is alleen dat niemand durft te hakken. Er moet dus een systeem neergezet worden waarbij huisartsen niet gaan staken.”
Samenwerking
Verhoeven legt uit dat de kwaliteit er niet onder zal lijden. “Alle SOS-artsen zijn BIG-geregistreerd en volgen een aanvullende opleiding spoedeisende hulp. Daarmee is de kwaliteit voldoende gegarandeerd en kunnen de artsen alle noodzakelijke hulp verlenen. Voor de patiënt verandert er niets met deze samenwerking. De beslissing voor een visite kan, net als nu, door de eigen huisarts of de huisartsenpost worden bepaald.”
Schippers
Woordvoerder Lilian Jansen legt uit dat minister Schippers het voorstel met veel interesse bekijkt. Daarbij stelt Jansen wel dat de minister dit soort initiatieven zoveel mogelijk door het veld zelf wil laten oplossen.
www.zorgvisie.nl