De Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers (VBV) luidt de noodklok: terwijl de werkdruk van brandweervrijwilligers toeneemt, hebben zij naar eigen zeggen ook steeds vaker te maken met geweld en bedreiging. De uitstroom van vrijwilligers is al begonnen, en de vakvereniging ziet de toekomst met zorg tegemoet.
Er zijn in Nederland 22.000 vrijwillige brandweerlieden en 5000 beroepsbrandweermannen- en vrouwen. Uit een peiling van NOS Headlines onder de leden van de vereniging blijkt dat 59 procent te maken heeft (gehad) met geweld. In de meeste gevallen -75 procent- ging dat om schelden, uitlachen of beledigen. 40 procent van de vrijwilligers die te maken hadden met geweld werd bedreigd. In driekwart van de gevallen waren de daders omstanders. Een groot deel van de vrijwilligers verwacht in de toekomst nog met geweld te maken te krijgen: 80 procent. Driekwart zegt dat de hoeveelheid geweld de laatste tien jaar (fors) meer is geworden.
Geschokt
De vakvereniging is geschokt door de signalen en zegt dat dit de uitstroom alleen maar zal vergroten. “Dit is onaanvaardbaar”, zegt VBV-voorzitter Cees van Beek. “De vrijwilligers krijgen al veel op hun bordje. Er is steeds meer bureaucratisering, en er gaat veel meer tijd en moeite in zitten dan vroeger”, legt hij uit. “En als je iedere keer hoort dat vrijwillige brandweerlieden worden bedreigd, vergaat je helemaal de lust om je nog aan te melden.” Ook de aangekondigde bezuinigingen op de beroepsbrandweer zullen alleen maar voor meer druk op de vrijwillige korpsen zorgen. VBV gaat in een brief het ministerie van Binnenlandse Zaken vragen om de problemen op korte termijn aan te pakken.
Ook de brandweerlieden die NOS uitgebreider sprak bevestigen het beeld van een hogere werkdruk en een grimmiger maatschappij om dat werk in uit te voeren. Dat laatste wordt eensgezind genoemd als reden voor het geweld. Allemaal hebben ze te maken gehad met scheldpartijen en werden ze bestookt met vuurwerk en bierflesjes. “Er gaat geen uitruk voorbij waarbij we niet worden uitgescholden”, vertelt Bert van Silfhout van het vrijwillige brandweerkorps in de Apeldoornse wijk De Maten. “Wat er aan de hand is, is dat we onze eigen grenzen aan het verleggen zijn. We beginnen het normaal te vinden.” Sinds één van de collega’s thuis werd opgezocht na een uitruk, halen de vrijwilligers in Apeldoorn soms hun naamplaatje van het pak. “Bij bepaalde meldingen, of in bepaalde buurten, halen we onze naamplaatjes van de pakken. We willen het niet, maar het moet soms uit voorzorg.”
Stoppen?
Slechts een enkele vrijwillige brandweerman zegt dat het geweld reden is om te stoppen. Maar twijfelen of ze ermee door moeten gaan, doen ze wel. “Ik heb weleens overwogen om te stoppen, na een jaarwisseling met veel incidentjes waarbij de ME te hulp moest schieten om een vuurtje uit te maken”, vertelt Van Silfhout. “De grens ligt bij mijn huis en familie, als die zouden worden belaagd is die grens bereikt.” Het is in het Apeldoornse vrijwilligerskorps één keer voorgekomen dat er iemand stopte vanwege geweld. “Dat was een vrouwelijke collega die was bestookt met een lawinepijl. Dat was voor haar de druppel.”
Bron:
http://headlines.nos.nl/forum.php/list_messages/21249 inclusief filmpje