Congres Spoedzorg Spoedzorg - Recente internationale, nationale en regionale ontwikkelingen in beleid, veld en onderzoek
Elfde nationale congres
Datum: 23 september 2011
Locatie: Educatorium Universiteit Utrecht
Inleiding
Spoedzorg moet toegankelijk, van goede kwaliteit en doelmatig zijn. Daar zijn we het in Nederland over eens. Dit geldt niet alleen voor de dagelijkse acute zorg door de huisarts, de ambulance of de afdeling spoedeisende hulp (SEH) maar ook voor opgeschaalde zorg bij crises en rampen. Maar hoe staan we er eigenlijk voor mocht een grootschalige inzet van zorgprofessionals nodig zijn? Beschikken zorginstellingen over een slagvaardige crisisorganisatie? Hoe zijn we opgeleid en geoefend (OTO)? Hoe zit het met de regulering van de toegang tot de acute zorg, ofwel triage in de dagelijkse praktijk maar ook ten tijde van grote zorgvraag? Hoe zorgen we voor doelmatige zorg: nieuwe zorgaanbieders of andere samenwerkingsvormen? En als we het hebben over doelmatige zorg dan moeten we ook weten wat goede kwaliteit van zorg is. Hoe meten we dat en hoe verhoudt concentratie van zorg zich tot de kwaliteit? Deze vragen staan centraal tijdens het elfde nationale congres over spoedzorg.
PLENAIRE LEZINGEN
Guus Schrijvers volgt al bijna 25 jaar de ontwikkelingen in de spoedzorg en doet veel wetenschappelijk onderzoek op dit gebied. Hij opent het congres met een verhaal over de spoedzorg in (inter)nationaal perspectief en blikt vooruit op de toekomst. Hierna volgen vijf thema’s waarin tien plenaire presentaties worden gegeven.
Nationale veiligheid en crisisbeheersing
Wij hebben Rob van Wijk, directeur van het Den Haag Centrum voor Strategische Studies, en Martin Smeekes, directeur GHOR Nederland en lid stuurgroep OTO, gevraagd hoe het meest recente beleid voor de nationale veiligheid en crisisbeheersing eruit ziet en hoe goed of hoe slecht de zorgsector is voorbereid. Praktijkervaringen met opgeschaalde zorg heeft Bert Wiegman, directeur patiëntenzorg AMC. Hij vertelt over zijn kennis en ervaring met respons op incidenten met CBRN-middelen (chemische, biologische, radiologische of nucleaire middelen). Voor verdere expertise kijken we ook over de grens. Twee sprekers werkzaam bij het St Georges Hospital in Londen, één van de vier traumacentra in Londen, vertellen over hun ervaringen met opgeschaalde zorg en concentratie van traumazorg. Hazel Gleed gaat in op de opvang tijdens de Londen bombings in 2005 alsook de problemen afgelopen winter met hevige sneeuwval en schaarste aan personeel. Heather Jarman is betrokken bij de traumacentrumfunctie en bespreekt de effecten van concentratie van traumazorg.
Innovatief aanbod spoedzorg
Na de opgeschaalde zorg maken we de overstap naar de dagelijkse praktijk. De acute basiszorg moet voor elke inwoner in Nederland in de buurt beschikbaar zijn, aldus het Ministerie van VWS. Hoe spelen zorgaanbieders hierop in? Een voorbeeld is het nieuwe zorgaanbod door de SOS artsen. In 2011 is de SOS arts gestart als innovatieproject. Het laatste woord is hierover nog niet gezegd. Voor en tegenargumenten door Arnold Verhoeven, initiator van SOS-arts, en Hansmaarten Bolle, directeur van de Vereniging van huisartsenposten (VHN,) passeren de revue tijdens de eerste sessie na de lunch. Nieuw aanbod in de vorm van verregaande samenwerking tussen ketenpartners is een ander idee. Daarvoor is in de provincie Utrecht het project GAAF! (Geïntegreerde Aansturing Ambulante Functies) opgezet. Jack Versluis, arts en directeur van de regionale ambulancevoorziening Utrecht, licht dit project toe. Hij geeft zijn visie, onderbouwd met cijfers, op doelmatige samenwerking in de spoedzorg. Hij vertelt over successen, succesfactoren en te nemen hobbels.
Triage
Vijf jaar geleden is de richtlijn Nederlands Triage Standaard (NTS) aan de minister van VWS aangeboden. De ontwikkeling en invoering van het NTS is niet zonder slag of stoot gegaan. Paul Giesen, onderzoeker bij IQ healthcare, leidt het wetenschappelijk onderzoek naar de NTS pilot. Hij vertelt over de resultaten van het onderzoek en gaat in op het perspectief van de patiënt bij urgentiebeleving versus de urgentiebepaling door de zorgprofessionals. De triage wordt veelal uitgevoerd door doktersassistenten, SEH-verpleegkundigen en centralisten van de meldkamer. Maar wat te doen ten tijde van een pandemie? Denk aan de mexicaanse griep in 2009. Zorgmeldpunten met geneeskunde studenten werden opgericht. De organisatie van goede triage bij grote vraag is complex. Jan Jelrik Oosterheert, projectleider Influenza Pandemie, gaat in op de ervaringen met triage bij opgeschaalde zorg.
Kwaliteit meten
Het laatste thema betreft het meten van de kwaliteit van zorg op de SEH. Nanne Bos, onderzoeker bij het Julius Centrum UMC Utrecht, voert een grootschalig onderzoek uit naar het meten van patiëntenervaringen bij 20 SEHs verspreid over het land. Zij vertelt hoe het meetinstrument (CQI SEH) is ontwikkeld, wat patiënten op de SEH belangrijk vinden, in hoeverre er verschillen zijn tussen de SEHs en wat aanknopingspunten voor verbeteringen zijn. Hierna komt het ontwikkelen en toetsen van de kwaliteit van zorg vanuit professioneel perspectief aan bod. Wim Schellekens, voormalig hoofdinspecteur Curatieve Gezondheidszorg bij de IGZ, spreekt over het ontwikkelen van kwaliteitsindicatoren. Hij gaat in op de vastgestelde basis kwaliteitseisen voor de SEH en de toezichtsstrategie en het handhavingsplan van de IGZ hierbij. Hij sluit af met een veel bediscussieerd onderwerp: de concentratie van zorg waar de profielindelingen van de SEHs aan kunnen bijdragen.
Kijk voor meer informatie over het programma, de sprekers en de inschrijving in de
brochure.
http://www.juliuscentrum.nl/julius/Education/PublicHealth/ContinuingBioMedicalEducation/Aankomendecongressen/Congresspoedzorg/tabid/1196/Default.aspx