Ik grijp maar weer naar de feiten in mijn afstudeeropdracht (overigens als excellent beoordeeld) welke door een mr. in het strafrecht is medebeoordeeld.
citaat:
"Een hulpverlener die naar beste weten en kunnen eerste hulp verleent (Artikel 450 uit boek 3 van het Wetboek van Strafrecht) kan wel een aanklacht tegen zich krijgen, maar het is voor een rechter zeer moeilijk om aan te tonen of er sprake is geweest van grove nalatigheid waardoor letsel is ontstaan."
Kortom, als Karel mij behandeld en hij staat namens organisatie X op een evenement, dan kan ik Karel aanklagen.
Dan moet ik wel aan kunnen tonen dat Karel nalatig heeft gehandeld en dingen doet waarvan hij niet weer of hij bekwaam is, enz, enz.
Nog een citaat:
"Er moet onderscheid gemaakt worden tussen een stichting met een bestuur en werknemers en een stichting met een bestuur en vrijwilligers.
Een stichting als werkgever heeft een aansprakelijkheidsverzekering voor haar personeel. Daarnaast is er een (zelfstandige) beroepsaansprakelijkheidsverzekering voor verpleegkundigen en artsen.
Bij een stichting die werkt met vrijwilligers ligt het wat complexer. Voor verpleegkundigen blijft een beroepsaansprakelijkheid bestaan. Maar in hoeverre kan een stichting aansprakelijk kan worden gesteld voor het handelen van een vrijwilliger?
Als een patiënt schade lijdt door een fout van iemand die de stichting inzet voor werkzaamheden ten behoeve van een patiënt, dan is normaal gesproken de zorgaanbieder daarvoor aansprakelijk. Het maakt daarbij niet uit of diegene werknemer of vrijwilliger is.
Dit verschil is wel relevant als de zorgaanbieder de schade wil verhalen op degene die de schade veroorzaakt heeft. Als de schade is veroorzaakt door een werknemer, dan kan hij de schade alleen op hem verhalen als de schade is veroorzaakt door opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. Deze wettelijke beperking van de mogelijkheid om schade te verhalen, geldt niet voor vrijwilligers. Schade kan op hen dus ook verhaald worden als zij een fout hebben gemaakt zonder dat zij opzettelijk of bewust roekeloos gehandeld hebben. De stichting kan ervoor kiezen dit niet te doen, of dit al bij voorbaat toe te zeggen, door in de vrijwilligersovereenkomst op te nemen dat hij dergelijke schade niet op de vrijwilliger zal verhalen, tenzij de schade is veroorzaakt door opzet of bewuste roekeloosheid van de vrijwilliger.
Over dit laatste zal binnen de rechtspraak veel jurisprudentie bestaan. De materie is buitengewoon complex. Een oplossing hiervoor aandragen is voor mij onmogelijk en dit gaat voor dit verslag te ver."
Dus, de tekst zegt het al. Veel jurisprudentie, maar zeker niet onmogelijk.
Kortom, maakt een hulpverlener een fout, dan kan deze via de eigen organisatie alsnog aansprakelijk worden gesteld.
Wel komt dan het eerste citaat aan de orde, namelijk aantoonbaar maken dat er sprake is van opzet of nalatigheid.