KNRM ontwikkelt ergonomische bootDe Koninklijke Nederlandse Reddingmaatschappij (KNRM) heeft een 15 centimeter langere en 34 ton zware opvolger voor de Arie Visser-klasse reddingboten ontwikkeld. De boot moet bestand zijn tegen 10 meter hoge brekende golven.
De voornaamste vernieuwing is een ‘gemodificeerde bijlboeg', die dankzij een rechte steven en een relatief hoog en smal voorschip het vaartuig minder gevoelig maakt voor golfbewegingen en paaltjes pikken. De modificatie omvat ook het ‘opsnijden' van de scherpe voorvoet voor het werken in ondieptes. Deze rompvorm geeft een beter zeegangsgedrag tegen de golven in en met 32 knopen weglopend voor de golven. Om ‘snijden' voor een golf te voorkomen, krijgt het schip uitschuifbare skeggen onder het achterschip.
Ook is veel aandacht besteed aan de ergonomie in het stuurhuis. In de as van het schip zit de roerganger met aan bakboord de communicator en aan stuurboord de navigator. Die twee zitten iets naar achteren, zodat de roerganger zich met veel vrij zicht optimaal op het varen kan richten. Vlak achter hem zit in de meeste gevallen de schipper. Op de tweede rij zitten aan bakboord en stuurboord de overige twee bemanningsleden. De drie op de eerste rij werken met multifunctionele beeldschermen, waarop ze naar behoefte informatie over navigatie of communicatie kunnen oproepen en dus elkaars taken kunnen overnemen.
Ergonomie betekent ook het tegengaan van lawaai, trillingen en versnellingen. Het geluid moet terug van de huidige circa 90 naar 75 decibel en de verticale versnellingen bij de boeg van 6 naar 4 G. Om trillingen tegen te gaan, is de verbinding tussen stuurhuis en romp flexibel.
De 1816 wordt onder klasse gebouwd en krijgt waterjets. Eind dit jaar begint het tenderen voor de aanbesteding en oktober volgend jaar moeten de proefvaarten en opleidingen beginnen. Dat gebeurt onder leiding van de huidige IJmuider schipper Leen Langbroek, die 1 januari 1816-schipper wordt.
Vijf keer per dagDe KNRM rukte vorig jaar gemiddeld vijf keer per dag uit. In 1880 acties werden 3356 mensen (en 56 dieren) in veiligheid gebracht. Van hen werden 34 werkelijk het leven gered en 335 uit gevaarlijke situaties bevrijd. Bij een samenwerkingsproef met strandwachten op Terschelling kwamen de wachters 364 maal in actie, waarvan 336 maal voor EHBO. Dat blijkt uit het jaarverslag van de reddingmaatschappij.
De reddingmaatschappij telde vorig jaar op het hoofdkantoor in IJmuiden en op de 42 reddingstations (70 vaartuigen) 1089 vrijwilligers. Het betaalde personeel bestond uit 10 beroepsschippers en 42 voltijds banen. Veere en Elburg kregen nieuwe reddingboten.
Meer sponsoringDe uitgaven bedroegen 12,4 miljoen euro, de inkomsten 7,1 miljoen euro, zodat circa vijf miljoen uit het eigen vermogen moest komen. Aan reserves en fondsen had de KNRM eind 2010 ruim 84 miljoen. Zij wil daarom meer fondsen werven om minder afhankelijk te zijn van het belegde vermogen. ‘De zekere inkomsten uit fondsenwerving en sponsoring moeten fors omhoog en de kosten moeten worden beheerst of verlaagd.'
In 2010 lukte het de sponsoring te verhogen van 123 naar 195 mille, maar de vrijwillige scheepsbijdragen van scheepseigenaren en reders (via de cargadoorsnota) daalden van 190 naar 155 mille. De algemene giften daalden met 140 naar 830 mille. Het KNRM-gala bracht met 278 mille ongeveer een halve ton meer op dan in 2009.
Dit jaar staat 1,3 miljoen aan investeringen in vaartuigen op de begroting, waarvan acht ton voor de ontwikkeling van het nieuwe 1816-type. Voor het rijdend materieel is 383 mille begroot en voor gebouwen en havens 620 mille.
De KNRM denkt onder meer extra geld te kunnen verdienen met een school voor maritieme veiligheidsopleidingen. Dat gebeurt in samenwerking met een externe aanbieder van zulke opleidingen. Naast het eigen personeel kunnen daar vanaf 2012 ook buitenstaanders worden getraind.
MotorstoringenDe voornaamste aanleidingen voor de KNRM-hulp waren (voor zover bekend) motorstoringen (471), navigatiefouten (257), roer- of schroefproblemen (102), averij aan romp of tuigage (86) en slecht weer (59). In 55 gevallen was sprake van ‘onvoldoende kennis en ervaring'.
Zoals gewoonlijk werden de meeste acties uitgevoerd bij relatief weinig wind. Tot windkracht vijf waren dat er ruim 1500. Bij zes waren het er nog 174 en bij meer wind in totaal 160. Vijf acties hadden plaats bij windkracht 10 en meer.
De dagen met meer dan 20 acties lagen alle in juli, augustus en september. Meest voorkomende windrichtingen waren zuidwest (451 acties), noordwest (332) en noordoost (302). Bij oosten- en zuidenwind hadden slechts 81 en 84 acties plaats.
Meer dekkingOp de ruime binnenwateren streeft de KNRM naar een volledige bootdekking, maar komt krap 10% tekort. Een deel is niet oplosbaar door te ondiep water, maar op het Zwartemeer, Nuldernauw, Wolderwijd, bezuiden Lelystad, op Krammer en Volkerak en op de oostelijke Oosterschelde kan het beter door herstructurering van stations en reddingbrigades. Overigens kunnen op de Randmeren brandweerkorpsen hulp bieden en op Krammer en Volkerak is bergershulp voorhanden.
www.schuttevaer.nl