Parkeren gebeurdt in het algemeen op de daarvoor aangewezen plaatsen op de weg, niet op een rijbaan. Wanneer de berm niet is aangemerkt als verbodengebied om te parkeren hetzij door de apv of door verbodsborden dan mag iemand gewoon in de berm parkeren. Uitzonderingen zijn autowegen en autosnelwegen en voorrangswegen buiten de bebouwde kom.
Art. 43 RVV1990:
1. Het is de bestuurders verboden op een autosnelweg of autoweg hun voertuig te keren of achteruit te rijden.
2. Het is de bestuurders voorts verboden op de rijbaan van een autosnelweg of autoweg hun voertuig te laten stilstaan.
3. Behoudens in noodgevallen is het de weggebruikers verboden op een autosnelweg of autoweg gebruik te maken van de vluchtstrook, de vluchthaven of de berm.
4. Op een autosnelweg is het bestuurders van een samenstel van voertuigen met een totale lengte van meer dan 7 meter en van een vrachtauto verboden op een rijbaan met drie of meer rijstroken enig andere dan de twee meest rechts gelegen rijstroken te gebruiken. Het verbod geldt niet voor het geval zij moeten voorsorteren.
Zoals je al zei: Gebruik maken van berm (en dus stilstaan en parkeren) is dus verboden op autowegen en autosnelwegen (art. 43).
Maar nu over de voorrangsweg buiten de bebouwde kom:
Art. 24 RVV1990:
1. De bestuurder mag zijn voertuig niet parkeren:
a. bij een kruispunt op een afstand van minder dan vijf meter daarvan;
b. voor een inrit of een uitrit;
c. buiten de bebouwde kom op de rijbaan van een voorrangsweg;
d. op een parkeergelegenheid:
1°. voor zover zijn voertuig niet behoort tot de op het bord of op het onderbord aangegeven voertuigcategorie of groep voertuigen;
2°. op een andere wijze of met een ander doel dan op het bord of op het onderbord is aangegeven;
3°. op dagen of uren waarop dit blijkens het onderbord is verboden;
e. langs een gele onderbroken streep;
f. op een gelegenheid bestemd voor het onmiddellijk laden en lossen van goederen;
g. op een parkeerplaats voor vergunninghouders, aangeduid door verkeersbord E9 van bijlage I, indien voor zijn voertuig geen vergunning tot parkeren op die plaats is verleend.
In de berm van een voorrangsweg buiten de bebouwde kom mag dus
wel worden geparkeerd, de berm maakt nl. geen deel uit van de rijbaan.
Ik denk dat jij "laten stil staan" vergelijkt met parkeren. Wanneer jij met "laten stil staan" parkeren bedoeldt heb jij helemaal gelijk, echter in de andere gevallen wil ik daar mijn rechtsbijstand wel voor aanspreken.
Art. 1, lid ac definieert het begrip parkeren:
ac. parkeren: het laten stilstaan van een voertuig anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers of voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen;
Stilstaan is niet apart gedefinieerd in het RVV, maar wat dat is, volgt uit de definitie van parkeren, nl. het stilstaan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers of voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen.
Ik bedoel met stilstaan dus geen parkeren. Parkeren is in feite de "verlengde (in tijd) versie van stilstaan". Als stilstaan ergens niet mag, mag je dus ook niet parkeren. Laden/lossen, iemand in- of uit laten stappen is dus echt niet toegestaan op of langs de fietsstrook. Gaat je rechtsbijstandverzekering je dus ook niet bij helpen.
Op een suggestiestrook (= strook in een andere kleur en/of m.b.v. een onderbroken lijn afgescheiden van de rest van de rijbaan,
zonder(!) dat daar een fiets in geschilderd staat) geldt dat niet (tenzij door borden anders bepaald). Een suggestiestrook heeft juridisch geen enkele status (de term is ook niet gedefinieerd in het RVV) en dient alleen maar ter visuele versmalling van de rijbaan, om zo de snelheid van het snelverkeer omlaag te krijgen.