Helaas, helaas.... de communicatie tussen de verschillende ministeries loopt wat traag maar nog niet alles is verschoten
Chronologisch eerst maar een overzichtje.
Zondag 7 oktober het lobbie gesprekje met de heer Teeven.
Woensdag 10 oktober het telefoontje van ministerie V en J met de belofte een contact adres te verstrekken via de mail.
Die zelfde avond trof ik inderdaad een contactadres in de mailbox
en natuurlijk uitgebreid beantwoord zie onderstaande.
Onderwerp: Landelijke ontheffing Optische en geluidssignalen oldtimer hulpverleningsvoertuigen (Re gegevens)
Geachte Hr .......
Aller eerst zal ik een kleine uitleg geven van mijn hobby,
Ik bezit een voormalige brandweerbus van het vrijwillige brandweerkorps Grimmenstein Markt in Oostenrijk. Hoewel ik het voertuig onbeladen heb gekocht van het korps (en zelf de kazerne uitgereden heb) is inmiddels zo'n 90% van de belading weer terug gebracht in het voertuig. Zo hebben we onder andere weer een pomp, ademluchtbescherming en een behoorlijk aantal slangen en andere watervoerende armaturen.
Naast het voertuig bezitten we ook nog een Motorspuitaanhanger en een Poederblusaanhanger.
Er is ons dus behoorlijk veel aan gelegen ons voertuig in originele uitvoering te behouden, thans is het deenige Volkswagen LT die als (nagenoeg) compleet brandweervoertuig bewaard is gebleven. Een deel van die originaliteit is ook het behoud van de optische en geluidssignalen (OGS) op het voertuig.
Sinds de aanschaf in 2009 hebben we met het voertuig aan vele brandweer en goodwill evenementen mee gewerkt, nagenoeg altijd voor eigen rekening wat opzich niet echt een probleem is. Het voertuig is tijdens de import gekeurd incl. de aanwezige OGS, voor de goede orde e.e.a. is buitengebruik gesteld middels extra schakelingen in de pompruimte zodat deze tijdens het rijden niet bereikbaar zijn. Op 1 juli 2010 is echter de regeling voertuigen aangepast ten aanzien van de OGS. De huidige artikelen 5.2.65 en 5.3.65 zeggen dat het voor voertuigen welke niet in dienst zijn bij de erkende hulpverleningsdiensten niet mogen beschikken over armaturen voor blauwe zwaai- en / of knipperlichten ook niet wanneer de lamp is verwijderd. Zie de zwarte tekst voor de mail welke ik van uw collega's van Infra structuur en Milieu mocht ontvangen.
Geachte heer Rieuwerts,
In antwoord op uw vraag inzake Optische en geluidssignalen oldtimer voertuig kan ik u het volgende mededelen:
Sinds 1 juli 2010 is het niet langer toegestaan om blauwe zwaai-, flits- of knipperlichten te voeren op een bedrijfsauto,
ook als de lamp uit de armatuur verwijderd is (artikel 5.3.65, tweede lid, van de Regeling voertuigen - http://wetten.overheid.nl/BWBR0025798/Hoofdstuk51092086/Afdeling3/10/Artikel5365). Voor 'voorrangsvoertuigen'
(in gebruik bij politie, brandweer etc., zie artikel 29, eerste lid, van het RVV 1990 - http://wetten.overheid.nl/BWBR0004825/HoofdstukII/12/Artikel29) is hierop een uitzondering gemaakt. Een oplossing voor uw voertuig zou zijn om de blauwe armaturen te vervangen door armaturen met een andere kleur (bijv. oranje).
Gele signaalverlichting mag enkel gevoerd worden in de specifieke gevallen omschreven in artikel 6 van de Regeling optische en geluidssignalen 2009 (te raadplegen via: http://wetten.overheid.nl/BWBR0025357).
Indien het veranderen van de armaturen ongewenst is en indien de brandweerauto alleen voor speciale evenementen (of op specifieke wegen) wordt gebruikt, kan een ontheffing voor de blauwe armaturen worden aangevraagd bij de betreffende wegbeheerder(s). Het is niet de RDW die een dergelijke ontheffing kan verlenen, maar de Minister (Rijkswaterstaat) voor snelwegen, gedeputeerde staten voor provinciale wegen of het college van B&W voor gemeentelijke wegen. Deze bevoegdheid is geregeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet 1994 (en uitgewerkt in H. 9 van de Regeling voertuigen). De ontheffing kan gegeven worden ten aanzien van alle permanente eisen in de Regeling voertuigen. Mogelijk moet de ontheffing ook gelden voor de hoorn waarmee dit voertuig is uitgerust. Het blijkt niet uit onderstaande informatie of de hoorn wel of niet voldoet aan de technische eisen van artikel 5.3.71 van de Regeling voertuigen. Als sprake is van een tweetonige hoorn die enkel is toegestaan op voorrangsvoertuigen, dan moet er een ontheffing verstrekt worden van het bepaalde in de artikelen 5.3.65, tweede lid, en 5.3.71, zesde lid, van de Regeling voertuigen.
De geopperde oplossing waarbij de blauwekappen worden vervangen voor een andere kleur is voor mij geen optie aangezien dit de originaliteit van het voertuig aantast. Tevens betekent de huidige regelgeving ook dat alle oldtimer hulpverleningsvoertuigen in bezit van hulpverleningsdiensten de blauwe armaturen dienen te verwijderen, immers zijn de oldtimers niet meer in dienst en hebben ook geen roepnummers meer. Hiermee speeld het probleem dus niet alleen voor mij persoonlijk maar ook voor zeer veel brandweerkosrpsen en bijvoorbeeld de Stichting Historisch brandweermateriaal in Den Haag die toch een respectabel aantal voertuigen bezit.
De tweede optie is dat ik bij elke wegbeheerder een onthaffing aanvraag, dit heb ik gedaan en dan komt het probleem dat nederland zo ongeveer beschikt over 450 wegbeheerders die allen een ontheffing "mogen" verlenen hetgeen betekent dat ze dus bij langen na niet altijd verleend worden. Zo heb ik afwijzingen waarbij de reden wordt gegeven dar de RDW vind dat de wegbeheerder niet bevoegd is, regionale politie vvind dat het verwarring kan zaaien of dat ik wellicht per ongeluk toch gebruik zal maken van de OGS en zo zijn er legio voorbeelden van afwijzingen maar, ook de verleende ontheffing zijn lang niet altijd eenduidig en bevatten veel verschillende voorwaarden.
De kosten van het behandelen van de 450 aanvragen voor slechts een enkel voertuig bedrag voor de samenleving een slordige 285000 euro als we dan vast stellen dat er in Nederland zo'n 1000 oldtimer hulpverleningsvoertuigen aanwezig zijn dan begrijpt u dat de kosten voor de samenleving behoorlijk oplopen indien voor al deze voertuigen alle ontheffing worden aangevraagd.
Inmiddels hebben we het ministerie van I en M kunnen overtuigen dat dit een onwenselijke situatie is en daarom wilde men de regelgeving aanpassen, door alle voertuigen van 25 jaar en ouder vrij te stellen van artikel 5.2.65 en 5.3.65 helaas is dit door uw minsiterie tegen gehouden.
Tot zover de reden van het verhaal. Natuurlijk zijn wij als eigenaren ons zeer wel bewust van de reden waarom per 1 juli 2010 de regels zijn aangescherpt, ook wij begrijpen dat het niet wenselijk is als iedereen maar blauwe armaturen op zijn / haar voertuig gaat monteren en al zeker niet zal gebruiken echter, met de huidige regelgeving is het hulpverleners erfgoed zoals nederland gelukkig kent gedegradeerd tot oudijzer en dat kan natuurlijk nooit de bedoeling zijn geweest.
De reden dat vele eigenaren niet uit de voeten kunnen met de huidige regelgeving ligt mede in het fiet dat we, particulieren, stichtingen en korpsen, met regelmaat onze medewerking verlenen aan evenementen om speciale groepen kinderen kennis te laten maken met de hulpverlenings voertuigen, denk aan het Kinderbeestfeest in Artis of de Opkikkerdagen en vele anderen maar wellicht nog belangrijker de evenementen georganiseerd door de diverse hulpverleners om de hulpverlening onder de aandacht van het grote publiek te brengen en daarmee bij te dragen aan meer respect voor die hulpverleners, iets wat heden tendage helaas meer dan nodig blijkt te zijn, denkt u hierbij aan bijvoorbeeld Resceu Vlissingen, 112 Spektakel in de regio Brabant en niet te vergeten de Nationale Hulpverlenersdag afgelopen 7 oktober.
Om deze reden heb ik staatsecretaris daarom afgelopen zondag aangesproken samen met een vertegenwoordiger van de Stichting Historisch Brandweermateriaal om mee te denken en te werken aan een oplossing voor het behoud van de OGS op onze voertuigen.
Natuurlijk hebben wij ook nagedacht over hoe e.e.a. te regelen/ organiseren.
Voorbordurend op de huidige mogelijkheden tot het verlenen van ontheffingen door de wegbeheerder willen wij pleiten voor de mogelijkheid tot het afgeven van één landelijke ontheffing (die ook geldig is ten aanzien van de APK) waarbij dan ook de mogelijkheid bestaat hieraan extra voorwaarden te stellen wij vragen wel om de ontheffing niet te beperken ten aanzien van het gebruik van het voertuig.
Aanvullende voorwaarden zouden bijvoorbeeld kunnen zijn:
- Ontheffing op naam EN kenteken.
- voertuig kennelijk ingericht voor het uitvoeren van de originele taak, lees een brandweerauto ook werkelijk inrichten als brandweerauto en een ambulance ook inrichten als ambulance.
- chauffeur verplicht beschikken over diploma EHBO, je rijd immers met een hulpverleningsvoertuig dus mag men verwachten dat je ook in elk geval levensreddende eerstehulp kunt bieden.
- OGS zodanig buitengebruik gesteld dat de OGS niet ingeschakeld kan worden zonder het voertuig tenminste tot stilstand te brengen.
- geldigheidsduur ontheffing verbinden aan de geldigheid van het EHBO diploma.
Tevens kunnen er middels de ontheffing zware sancties gesteld worden op het gebruik c.q. misbruik van de OGS op de openbareweg:
- terplaatse inbeslagname OGS en zonder tussen komst van de rechter verbeuren
- inname ontheffing.
- voor een periode van bijv. tenminste één jaar niet in aanmerking komen voor een nieuwe ontheffing.
Uiteraard hopen we op medewerking vanuit uw ministerie zodat we nog veel met onze originele voertuigen kunnen meewerken aan evenementen die bijdragen aan het respect, begrip en bekentheidvan de hulpverleners. Ons inziens moet dit tot de mogelijkheden kunnen behoren immers kan men ook onder voorwaarden de beschikking hebben over een vuurwapen en andere in basis verboden zaken.
- Op deze mail op maandag 15 oktober het antwoord geregen dat men er in elk geval aandacht aan zou besteden.
- Dinsdag 23 oktober een teleurstellende brief van het ministerie I en M, ach waarom ook niet we hadden al drama's genoeg....
- Woensdag 24 oktober..... het bewijs dat onderlinge communicatie tussen de ministeries vertraagd werkt
Geachte heer Rieuwerts,
Op verzoek van staatssecretaris Teeven zal worden bezien of er mogelijkheden zijn om tegemoet te komen aan uw wensen inzake het gebruik van (kort gezegd) historische hulpverleningsvoertuigen. Of dat zal lukken, kan ik nu nog niet overzien, omdat ik eerst een beeld moet hebben van de geldende regels, en de belangen die door die regels worden beschermd. Dit zal wel enige tijd vergen, aangezien er nogal wat betrokkenen zijn – zoals u als beste weet. Ook is het een aangelegenheid waaraan niet de hoogste prioriteit kan worden gegeven. Maar we gaan er mee aan de slag!
Uw mail aan de heer ***** van het ministerie bevat veel nuttige informatie over de problematiek, over uw wensen en over mogelijke oplossingen. Ook is het handig dat u ruim citeert uit de brief van IenM. Kunt u me kunt helpen aan de naam en telefoonnummer van de behandelend ambtenaar (‘steller’) van die brief? Doorgaans staat dat ergens op het voorblad van een brief Als er geen naam staat, zou ook een kenmerk al nuttig zijn.
Verder schrijft u dat u het ministerie van IenM bereid was de regelgeving aan te passen, maar dat het ministerie van VenJ dat heeft tegengehouden. Voor beide reacties geldt dat als u ook daarover een brief hebt ontvangen, ik benieuwd ben naar de hiervoor genoemde gegevens (naam, telefoonnummer, kenmerk).
Het zou natuurlijk helemaal mooi zij als ik een kopie van die brieven kan krijgen, maar ik weet niet of dat mogelijk is.
Overigens: ook zonder nadere informatie zal het me uiteindelijk wel lukken de stukken te achterhalen (alles is ongetwijfeld ergens gearchiveerd), maar omdat ik verwacht dat in ieder geval het doorgeven van enkele gegevens voor u een kleine moeite is, ben ik zo vrij daarom te vragen.
Mocht u nader contact willen: mijn e-mail adres heeft u (denkt u om alle puntjes!). Mijn telefoonnummer is *** ***
Met vriendelijke groet,
Uiteraard zijn de gevraagde gegevens, zo beetje alle communicatie welke niet telefonisch is verlopen naar deze medewerker van V en J gemaild.
Kortom, we gaan weer een tijdje in de wacht maar ik heb er alle vertrouwen in dat het langzaam maar zeker goed moet gaan komen nu V en J er serieus mee aan het werk gaat, Dhr. Teeven aanspreken was kennelijk de beste zet in het hele spel