Ik schat in dat er wat meer beroepsposten gaan komen....
http://www.minbzk.nl/aspx/download.aspx?file=/contents/pages/91915/ontwerpbesluitveiligheidsregios.pdf§ 2 Opkomsttijden
Artikel 3.2.1
1. Voor de opkomsttijd van een eerste basisbrandweereenheid gelden de normtijden die
zijn opgenomen in bijlage 1 bij dit besluit.
2. Voor de opkomsttijd van een eerste ondersteuningeenheid voor hulpverlening geldt
een normtijd van 15 minuten.
3. Het bevoegd gezag stelt vast voor welke objecten de inzet van een
ondersteuningseenheid voor redden en blussen op hoogte altijd noodzakelijk is. In
die gevallen gelden voor de opkomsttijd van een eerste ondersteuningseenheid voor
redden en blussen op hoogte de normtijden die zijn opgenomen in bijlage 1 bij dit
besluit.
Artikel 3.2.2
Het bevoegd gezag draagt er zorg voor dat een sluitende registratie van de
gerealiseerde opkomsttijden wordt bijgehouden.
Artikel 3.2.3
De gerealiseerde opkomsttijden overschrijden in niet meer dan 10% van de gevallen
de normtijden die in het dekkingsplan zijn vastgesteld.
Artikel 3.2.4
In het dekkingsplan wordt inzichtelijk gemaakt hoe voor de normtijden, bedoeld in artikel
3.2.1, de volgende theoretische dekkingspercentages worden gerealiseerd:
a. ten minste 80% van de objecten binnen het verzorgingsgebied van de brandweer
kan binnen de vastgestelde normtijd worden bereikt;
b. ten minste 95% van de objecten binnen het verzorgingsgebied van de brandweer
kan binnen de eerste op de vastgestelde normtijd volgende tijdschijf worden
bereikt, en
c. alle objecten binnen het verzorgingsgebied van de brandweer kunnen binnen 18
minuten worden bereikt.
http://home.planet.nl/~vuurvreter/tijden.JPG[/img]
http://www.minbzk.nl/aspx/download.aspx?file=/contents/pages/91915/ontwerpnotavantoelichtingbesluitveiligheidsregios.pdfToeliching
Opkomsttijden basisbrandweerzorg
De veiligheidsregio’s en de gemeenten sturen de operationele prestaties van hun
brandweerorganisatie door het stelsel van de opkomsttijden. Dit stelsel leidt niet alleen tot het tijdig
arriveren van de brandweer bij een incident, maar dwingt ook tot processen bij veiligheidsregio’s en
gemeenten gericht op een optimaal en efficiënt georganiseerde basisbrandweerzorg. Mogelijkheden
hiervoor zijn ondermeer de samenwerking met omliggende regio’s, het innoveren van werkprocessen
en het investeren in preventieve maatregelen.
De normtijden in het besluit zijn ontleend aan de handleiding Brandweerzorg5 inclusief de Technische
Aanvulling6 en de concept-Leidraad Repressieve Basisbrandweerzorg7.
Bij het vaststellen van de normtijden is rekening gehouden met de bestaande bouwregelgeving. Het
Bouwbesluit en het (toekomstig) Gebruiksbesluit – waarbij gestreefd wordt naar landelijke uniformiteit
– vormen de basis. Waar de bouwregelgeving gericht is tot gebruikers en ondernemers, is het
onderliggend besluit uitsluitend gericht tot het bevoegd gezag voor de brandweer en doet dit niets af
aan de verplichtingen die in de bouwregelgeving zijn neergelegd.
Bij het vaststellen van de normtijden is ervan uitgegaan dat de brandweer binnen 30 minuten na het
ontstaan van een brand levensreddend kan optreden en de brand kan bestrijden. Hierbij is er van uit
gegaan het 15 minuten kan duren voordat een brand is ondekt. Dat maakt dat de
brandweerorganisatie nog circa 15 minuten (afhankelijk van het type gebouw) beschikbaar heeft om
een effectieve inzet te plegen. In deze 15 minuten moet de brandweer gealarmeerd worden, zich naar
de kazerne begeven (in het geval van vrijwilligers), zich omkleden, het voertuig bemensen en naar het
incident rijden. Ter plaatse dient een eerste snelle verkenning uitgevoerd te worden en dient de
bestrijding ter hand te worden genomen. De brandweer zal in het merendeel van de gevallen binnen 8
minuten ter plaatse moeten zijn, zodat er nog 7 minuten resten ter voorbereiding op een adequate
inzet.
Er zijn echter objecten en incidenten waarvoor het op basis van een risico-inschatting van belang is
dat er een kortere opkomsttijd vereist is of juist met een langere opkomsttijd kan worden volstaan. Dit
leidt tot een normenstelsel dat loopt van 5 minuten voor bepaalde objecten waarin zich veel al dan niet
zelfredzame personen bevinden tot 15 minuten voor hulpverlening bij enkelvoudige of niet-complexe
verkeersongevallen en voor risico’s waarbij niet direct mensen gevaar lopen. De maximale opkomsttijd
ligt in alle gevallen op 18 minuten.
Bandbreedten
De opkomsttijd is opgebouwd uit de verwerkingstijd van de alarmcentrale, de uitruktijd en de
aanrijdtijd. De norm is niet overal en in alle gevallen realistisch. Zeker in dunbevolkte gebieden met
verspreide bebouwing zou een strikte toepassing van deze norm onevenredige kosten met zich
meebrengen. Ten aanzien van het dekkingspercentage, d.w.z. het percentage van het aantal objecten
dat theoretisch binnen de normtijd kan worden bereikt, gelden de volgende bandbreedten:
1. Tenminste 80% van het totaal aantal objecten in een bepaald gebied moet binnen de daarvoor
vastgestelde normtijd worden bereikt;
2. Waar niet aan het uitgangspunt onder 1 kan worden voldaan, moet tenminste 95% van de objecten
in de eerstvolgende tijdschijf worden bereikt;
3. Voor de overige 5% van de objecten geldt dat deze binnen een maximale opkomsttijd van 18
minuten moet worden bereikt.
Het theoretische dekkingspercentage is evenwel iets anders dan het daadwerkelijke
overschrijdingspercentage van de normtijden. Bij overschrijdingen spelen ook factoren als
verkeersdrukte en de weersomstandigheden een rol, die in het repressieve dekkingsplan niet kunnen
worden verdisconteerd. Ten aanzien van het daadwerkelijke overschrijdingspercentage wordt de lat
gelegd op maximaal 10%. Maar alles dient wel plaats te vinden binnen de maximale opkomsttijd van
18 minuten.