‘Blijven vissen om drama te verwerken’BRUGGE - Het vissersschip Vidar, waarop tien dagen geleden de jonge matroos Kevin uit liefdesverdriet van boord sprong, is dinsdag in Zeebrugge teruggekeerd. De bemanning is na het drama blijven vissen. 'Samen bezig blijven is de eerste vorm van verwerking', zegt traumapsycholoog Erik De Soir.
Het schip B462 Vidar is gisterochtend rond 4 uur de haven van Zeebrugge binnengelopen. De bemanning van het vissersschip is zwaar onder de indruk van wat zich tien dagen geleden heeft afgespeeld op twintig mijl voor de Engelse kust.
Matroos Kevin, het jongste bemanningslid, sprong bewust van boord, het ijskoude water van het kanaal in. De jongeman kampte met liefdesverdriet.
'Velen van ons hebben het allemaal met eigen ogen zien gebeuren. We hebben nog een reddingsboei gegooid. Die is op ongeveer twee meter van Kevin in het water terechtgekomen', zegt schipper Bart De Waegenaere.
Of Kevin de reddingsboei bewust niet gegrepen heeft, zal voor altijd onduidelijk blijven. 'Ik vermoed dat hij hem niet meer heeft kunnen grijpen, omdat hij al onderkoeld was. Het zeewater is er amper twee of drie graden. Als je daar in terechtkomt, weet je dat je nog weinig kans hebt als je niet onmiddellijk uit het water wordt gehaald', verteld De Waegenaere.
Het lichaam van de jonge matroos is nog altijd niet gevonden.
De bemanning van het schip werd na het drama niet van boord gehaald en naar huis gestuurd, psychologische hulp vonden ze niet nodig. 'Met de hulpdiensten hebben we eerst nog vier uur naar Kevin gezocht', zegt De Waegenaere. 'Daarna hebben we een verklaring afgelegd. Zodra het schip 's anderendaags werd vrijgegeven, zijn we weer vertrokken. We wisten waar Kevin in zee was gesprongen, en rekening houdend met de stroming hebben we daar in de buurt de netten weer uitgegooid, in de hoop dat we hem zouden vinden. Helaas is ons dat niet gelukt.'
Eerste verwerkingHet schip bleef in zee, tot gisteren, zodat De Waegenaere en zijn bemanningsleden pas tien dagen na de gruwelijke feiten terug thuiskwamen. Al die tijd hebben ze gezocht en doorgewerkt. 'Dat is niet onlogisch', zegt traumapsycholoog Erik De Soir. 'Voor psychologen zou het sowieso erg moeilijk geweest zijn om als buitenstaander met die groep, die door de feiten waarschijnlijk ook heel sterk aaneenhangt, te gaan praten over wat ze hebben meegemaakt. En dat blijven doorwerken, dat zie je ook bij reddingswerkers en hulpverleners. Samen bezig blijven, dat is een eerste vorm van verwerking.'
Pas nu ze weer thuis zijn, zal het besef van wat gebeurd is ten volle doorsijpelen, denkt De Soir. 'En dan kunnen ze best bij elkaar te rade gaan en veel praten over wat is gebeurd. Maar vissers vormen natuurlijk een speciale groep. Zwijgen en op jezelf de pijn verbijten, komt daar misschien nog het vaakst voor. Je kunt de bemanning in ieder geval nooit dwingen om hulp te zoeken. Maar erover praten zullen ze toch moeten doen om uit de tunnel te geraken.' Bron: Nieuwsblad.be