De basis van een ATEX risico-beoordeling is het maken van een zone-indeling van de installatie, machine en werkplek. Hiervoor zijn voor zowel stofexplosiegevaar als gasexplosiegevaar een tweetal NPR richtlijnen beschikbaar:
- NPR 7910-1 voor gasexplosiegevaar;
- NPR 7910-2 voor stofexplosiegevaar.
Deze twee normen hanteren de volgende zone-indelingen:
Zone (stof)
Zone (gas)
Omschrijving
20
0
is een gebied waarbinnen een ontplofbare atmosfeer voortdurend of gedurende lange perioden aanwezig is (meer dan 10% van de bedrijfsduur op werkzaamheid)
21
1
is een gebied waarbinnen de kans op de aanwezigheid van een ontplofbare atmosfeer bij normaal bedrijf groot is (meer dan 0,1% van de bedrijfsduur of werkzaamheid).
22
2
is een gebied waarbinnen de kans op de aanwezigheid van een ontplofbare atmosfeer bij normaal bedrijf gering is of waarbinnen een dergelijk mengsel, indien aanwezig, slechts zelden en gedurende korte duur bestaat (minder dan 0,1% van de bedrijfsduur of werkzaamheid).
Een benzinepomp valt in deze laatste catagorie.
Een AED is een mogelijke ontstekingsbron en mag dus niet gebruikt worden binnen de gedefineerde zone
Een belangrijke vraag hierbij is: " wanneer is er nu sprake van een explosieve atmosfeer?"
Hiervan is sprake indien de stof of gas concentratie zich bevindt tussen de onderste en bovenste explosielimiet (de LEL en de UEL-waarden). Daarnaast dient het uiteraard te gaan om brandbaar gas en brandbaar stof in de aanwezigheid van zuurstof.
Bij het beoordelen of berekenen van deze omstandigheden kunnen wij van dienst zijn. Onze adviseurs hebben een chemische achtergrond.