De Brandroos: de nieuwe manier voor het bepalen van de inzettactiek Repressie wordt, zeker bij niet-brandweermensen, nog altijd gezien als het echte brandweerwerk. Het zwaailicht en de sirene aan, de slangen uitrollen en blussen maar. Intern hebben we het tegenwoordig echter over de kwadranten: de offensieve en defensieve binneninzet en de offensieve en defensieve buiteninzet. Doel van deze indeling is brandweerpersoneel bewust te maken van repressieve gevaren.
Brandroos-1Brandweer Hoorn koppelde er het project De Brandroos aan, als aanvulling op de bestaande leerstof over gevaarherkenning. Met behulp van beelden en tekst worden de criteria belicht die aan de vier manieren om 'aan te vallen' vooraf zouden moeten gaan.
Initiatiefnemer Gerard Zomer: "Ik noem het in gesprek gaan met brandweermensen. Niet op een belerende manier, maar met een presentatie waarbij ruimte is voor interactie. Mensen moeten de kans krijgen terug te grijpen op eigen ervaringen."
De afgelopen decennia heeft de brandweer in Nederland zich met name geconcentreerd op de binneninzet. Deze staat al jaren centraal in opleidingen en oefeningen. Maar zoals een timmerman niet genoeg heeft aan alleen een hamer, zo kan de brandweer niet alle branden bestrijden met een binneninzet.
Vier inzettactiekeninzetkwadranten-geheelDe Brandroos, de nieuwe gereedschapskist voor gebouwbrandbestrijding, kent vier inzettactieken: de defensieve buiteninzet, de defensieve binneninzet, de offensieve buiteninzet en de offensieve binneninzet. Bij een brand wordt op basis van vastgestelde criteria gekozen voor één van deze vier opties. Iedere inzettactiek heeft een doelstelling en een basistactiek. Eventueel kan, afhankelijk van de effecten van de inzet, op een later tijdstip worden overgeschakeld naar een andere tactiek.
Bij drie van de vier kwadranten (met uitzondering van de offensieve binneninzet) wordt voorafgaand aan de inzet eerst een veiligheidsplan gemaakt. Hierbij geldt als opdracht: hoe garanderen we dat er geen persoonlijke ongevallen onder het eigen personeel plaatsvinden? Dat wordt SUST genoemd: samen uit, samen thuis.
De topprioriteit bij de offensieve binneninzet is inzetsnelheid. Het gaat dan vooral om branden in woningen waarin nog mensen zijn. Uiteraard is ook bij de offensieve binneninzet het voorkomen van persoonlijke ongevallen van belang, maar de kans hierop is in woningen zoveel kleiner, dat niet eerst een SUST-plan gemaakt hoeft te worden.
Gerard Zomer: "Anders dan we gewend waren, is veiligheid bij deze kwadranten geen aandachtspunt, maar een topprioriteit. De veiligheid van onze eigen mensen komt op de eerste plaats, het bestrijden van de brand op de tweede."
http://www.brandweernederland.nl/algemene_onderdelen/innovaties/2012/organisatie/brandroos-nieuwe/