(...)
Ik weet niet waar die extra beveiligingen uit bestaan, maar zoals ik het stuk nu lees zouden er extra beveiligingen/maatregelen getroffen kunnen worden waardoor de tent wellicht dit noodweer aan had gekunt??
(...)
Ik ben geen tentenbouwer, maar wel opgeleid in de constructieberekeningen. Een tent bestaat, net als heel veel andere constructies, uit een set kolommen ("pilaren", "palen") en een set liggers ("balken"). Al die kolommen en liggers worden in vierkantjes gelegd. Je legt liggers in een vierkant op de grond, je zet op alle hoeken kolommen, je maakt daarop weer een vierkant met liggers, en een dak bouw je door op twee tegenover elkaar staande kolommen liggers schuin tegen elkaar te leggen. Simpel gezegd ben je daarmee klaar. Je maakt de nog open vierkanten dicht met zeilen, bakstenen, hout of iets anders en je hebt een dichte constructie.
Zolang je recht van boven op de constructie drukt, is er niks aan de hand. De vierkanten van kolommen en liggers kunnen dat houden. Zo snel je tegen de zijkanten drukt, of schuin van boven, of willekeurig welke andere belasting op deze constructie zet, zakt je constructie met de minste belasting in elkaar. Vierkanten alleen zijn geen stabiele constructie. Dit kun je zelf eenvoudig testen door vier potloden met een elastiekje of touwtje op de uiteinden aan elkaar te binden, zodat een vierkant ontstaat. Met het minste of geringste bewegen wordt je vierkant een ruit
De oplossing is het aanbrengen van zogeheten windverbanden: kruislings aangebrachte stangen of kabels die voorkomen dat je vierkantje een ruitje wordt. Hoeven geen dikke stalen balken te zijn, ze hoeven alleen maar te "trekken". Neem je vier potloden en maak met 2 touwtjes een kruis in het vierkant door de schuin tegenover elkaar geplaatste hoeken met elkaar te verbinden. Doordat de trekkracht wordt opgenomen door de touwtjes, kun je het vierkant niet meer naar een ruit bewegen. Er ontstaan driehoeken, en driehoeken zijn wel een stabiele constructie. Dit was ook de belangrijkste reden dat een deel van het dak op de Grolsch Veste instortte: onvoldoende stabiliteit (te weinig of te zwakke driehoeken).
Terug naar de tent: de interne constructie van de tent kun je dus verbeteren door meer windverbanden aan te brengen (windverbanden zijn ALTIJD aanwezig). Hierdoor voorkom je dat delen van de tent instabiel kunnen raken door druk van de zijkant of schuin van boven (wind, neerslag). Bovendien kun je de externe constructie verbeteren: je kunt de tent ook afschoren op de aarde. Je maakt in feite een driehoek van de tentpaal met de grond. Met voldoende schoren (in tentjargon volgens mij scheerlijnen) houd je de constructie uiterst stabiel.
Blijven er twee problemen over:
De zwakke plek bij een gesloten constructie (alle zeilen dicht) wordt het tentzeil. De constructie kan de belasting aan, maar de vraag is of het tentzeil het fijn vindt dat de wind er hard tegenaan blaast. Dit kun je je voorstellen als twee bakstenen iets uit elkaar op de grond met een latje er bovenop. Als je midden tussen de bakstenen op het latje gaat staan, vinden de bakstenen dat niet erg. Het latje is echter te zwak. Als dit het geval zou zijn zal het tentdoek scheuren op het zwakste punt.
Het andere probleem is een (deels) open constructie. Dan komt de belasting namelijk niet (alleen) van buiten, maar ook van binnen. Tweede probleem ontstaat sowieso wanneer het eerste probleem optreedt (
), maar bij feesttenten met (deels) open wanden kan het ook direct optreden. Nadeel hierbij is veelal dat de stabiliteit van de schoren niet berekend is op druk van binnenuit. Immers zijn de schoren bedoeld om het ding niet in elkaar te laten vallen (naar binnen), maar zijn ze niet bedoeld om het ding uit elkaar te laten vallen (naar buiten). Een scheerlijn van een campingtent doet hetzelfde. Bovendien ontstaat opwaartse druk onder het dak: de hele constructie wil met de voetjes van de vloer. En daartegen moet je de zaak goed aan de aarde verankeren. Want ook hier geldt dat de meeste constructies bedoeld zijn om niet dichter bij de aarde te komen, maar niet bedoeld zijn om opstijgen tegen te gaan. Dit is tegen te gaan door 1) voldoende contragewicht (aan de tent gaan hangen!) en 2) voldoende en sterke ankerpunten.
Een constructeur (een tentenbouwer is ook een soort constructeur m.i.) kan iedere constructie uitrekenen op de gewenste belasting. Een tent voor windkracht 12 is constructietechnisch geen probleem, zolang je maar bereid bent om te investeren in voldoende stabiliteit en verankering (duur!!). Ik ben alleen bang dat er geen tentzeil verkrijgbaar is voor dat soort windbelastingen. En bovendien kun je je afvragen of je zoveel geld moet investeren voor een weerfenomeen wat maar heel incidenteel voorkomt.