NVJ en NVF overwegen proefproces gebruik drones
NVF-secretaris Rosa García López en advocaat Otto Volgenant overwegen een proefproces uit te lokken om vrijwaring van het gebruik van drones voor (foto)journalisten af te dwingen. In de ter consultatie voorgelegde conceptregeling zijn eerdere opmerkingen van de NVJ en de NVF niet meegenomen. De conceptregeling biedt daarom geen oplossing voor de problematiek voor fotojournalisten, aldus NVJ en NVF.
Rosa Garciá Lopez en Otto Volgenant voerden eerder deze maand een gesprek met het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) dat onderzoek verrichte naar het gebruik van drones en de wet-en regelgeving in de omringende landen. Het onderzoek wordt in december afgerond. Minister Opstelten zal het onderzoeksrapport, vergezeld van het kabinetsstandpunt, naar de Tweede Kamer sturen.
Onwerkbaar
In een brief aan staatssecretaris mevrouw Mansveld stellen NVJ en NVF dat het ministerie van Infrastructuur en Milieu na overleg in februari dit jaar volmondig erkende dat de regelgeving momenteel voor journalisten onwerkbaar is. Concreet werd toen voorgesteld dat de Inspectie Leefomgeving en Transport (IL&T) in ontheffingen voor journalisten een afstand van minimaal 50 meter van gebouwen en mensen zal aanhouden, in plaats van 150 meter. Op een brief van de NVJ en de NVF van 27 februari 2014 waarin een oplossing op korte termijn werd gevraagd is echter niet inhoudelijk gereageerd.
Ontwerpbesluit
De NVJ en NVF reageerden afgelopen zomer op het ter internetconsultatie voorgelegde Ontwerpbesluit tot wijziging luchtvaartbesluiten waarmee regels voor op afstand bestuurde luchtvaartuigen (RPA’s) worden vastgesteld. Vervolgens is op 24 oktober 2014 een ander onderdeel van de te wijzigen regelgeving ter internetconsultatie voorgelegd. De nu ter consultatie voorgelegde conceptregeling zal helaas geen oplossing voor deze problematiek brengen, schrijven NVJ en NVF. In die voorgelegde conceptregeling zijn de opmerkingen van de NVJ en de NVF niet meegenomen.
Overigens zijn de NVJ en de NVF niet tegen het reguleren van het gebruik van drones. Journalisten die drones gebruiken realiseren zich terdege dat er hoge eisen gesteld mogen worden aan veiligheid, en dat de overheid daar een rol in heeft. Maar die regelgeving moet voor journalisten wel een werkbare situatie opleveren. Dat is momenteel niet het geval.
Verbod
Sinds 2 juli 2013 geldt een verbod voor professioneel gebruik van drones. Gebruik van een drone door een journalist zonder ontheffing is strafbaar (maximaal zes maanden celstraf en een boete van maximaal € 7.800,=). Er kan een ontheffing worden verleend, maar daar zijn stringente voorwaarden aan verbonden. Zo moet er een opleiding worden gevolgd en een praktijkexamen. De drone dient gekeurd en geregistreerd te worden, en er moet een operational manual worden geschreven. De totale kosten hiervoor zijn meer dan € 4.500,=. En in de ontheffing worden beperkingen voor het daadwerkelijke gebruik van de drone opgenomen, met name dat er 150 meter horizontaal afstand moet worden gehouden van mensen en gebouwen. Daarnaast is per vlucht een ontheffing nodig van de provincie (een zogeheten TUG-ontheffing). De aanvraag daarvoor dient een aantal weken tevoren te worden gedaan: in de praktijk kan dit zes weken duren. De regels hiervoor verschillen per provincie. Voorts moet de vlucht vijf dagen tevoren worden gemeld aan de verkeersleiding (NOTAM) en 24 uur tevoren aan de burgemeester, IL&T en de Luchtvaartpolitie.
Inperking vrijheid van nieuwsgaring
Consequentie van deze in 2013 in werking getreden regeling is dat een particulier met een drone opnamen mag maken, maar dat een journalist die dat voor zijn beroep doet dat niet mag zonder een weken tevoren aangevraagde ontheffing en voorafgaande meldingen aan diverse overheidsinstanties. Het inzetten van drones voor nieuwsgaring is op deze wijze feitelijk volledig uitgesloten. Dat is een inperking van de vrijheid van nieuwsgaring die niet voldoet aan de eisen die daaraan in artikel 10 lid 2 EVRM worden gesteld.