Campagne Alert onlineIn Nederland zijn we steeds vaker en langer online. Op het werk, op school, thuis of onderweg. Met onze telefoon, tablet of computer. Gelukkig zijn we ons steeds meer bewust dat dit risico’s met zich meebrengt. Maar weten we ook wat kunnen doen om ze te voorkomen? De campagne Alert Online een gezamenlijk initiatief van overheid, bedrijfsleven en wetenschap – helpt om de kennis over online veiligheid te vergroten en daar naar handelen te stimuleren. Bij jong en oud en van werkvloer tot boardroom. Alert Online loopt van 26 oktober tot en met 6 november 2015.
www.alertonline.nl“Vertrouw sites en mails niet zo maar”26 oktober 2015 - Openbaar Ministerie
Landelijk cybercrime-officier Martijn Egberts waarschuwt tegen phishing
“Slachtoffer van een vorm van cybercrime zullen we vermoedelijk allemaal wel een keer gaan worden. Hoe beter we ons beveiligen, hoe langer we dat uitstellen en hoe minder last we er van zullen hebben.” Dat zegt Martijn Egberts, sinds 1 juli 2015 landelijk officier van justitie cybercrime over phishing.
Phishing-criminelen bouwen sites die lijken op bestaande sites. Sites van grote online winkels zoals BCC of Wehkamp of bijvoorbeeld een bank. “Die nepsites”, zegt Egberts, “worden gemaakt om inloggegevens van mensen te kunnen afvangen. Als nietsvermoedende klant ga je naar die nepsite, je logt in met je emailadres en wachtwoord. Dat wordt allemaal vastgelegd door de crimineel en daarna kan de crimineel met die gegevens goederen bestellen of andere criminele zaken starten. De crimineel gaat bijvoorbeeld naar de echte site van Wehkamp en kijkt of hij met je emailadres en wachtwoord kan bestellen. Vaak lukt dat. De crimineel kan jouw gegevens ook verkopen. Of ze proberen met die gegevens je computer of andere online accounts te hacken.”
“Slachtoffer merken niet direct dat hun gegevens afhandig worden gemaakt of dat hun computer besmet raakt. Ik kan alleen adviseren: Wees heel alert! Kijk goed naar welke site je daadwerkelijk bent gesurft. Vertrouw er niet op dat de site die van jouw bank lijkt te zijn, dat ook écht is. Ga met je muis naar de internetregel. Als die niet klopt met die van jouw bank, weet je dat je op een nepsite zit. Als je ziet dat in die internetregel spelfouten staan (er staat niet de wehkamp maar de wehkanp ) dan weet je dat je verkeerd zit. Die basale dingen moeten mensen in acht gaan nemen.”
Politie en OM komen waar mogelijk in actie, weet de cybercrimeofficier. “Bij aangiftes over phishing en nepsites, proberen we terug te rechercheren naar alle technische sporen die we kunnen vinden. We volgen ook het geldspoor. Zo proberen we uiteindelijk bij een verdachte uit te komen. Dat blijven wel acties achteraf. Cybercriminelen werken helaas steeds internationaler, en kunnen steeds eenvoudiger hun ware identiteit of IP-adres afschermen.”
Martijn Egberts brengt geen geruststellende boodschap. Het probleem groeit, zegt hij, en ondertussen onderschatten de meeste burgers, bedrijven en overheden de risico’s van cybercriminaliteit. “Alleen gezamenlijk kunnen we het bestrijden. Ik adviseer iedereen: Voorkom dat je besmet raakt. Klik niet op elke link die je ziet. Klik niet op elke bijlage die je ontvangt. Bedenk dat een mail van je collega niet van je collega hoeft te zijn. En gebruik niet voor elke site hetzelfde wachtwoord.”
“Doe aangifte bij ransomware”28 oktober 2015 - Openbaar Ministerie
Vier vragen aan cybercrime-aanklager Martijn Egberts
Word je afgeperst met ransomware? Doe dan altijd aangifte, adviseert Martijn Egberts. Vier vragen aan de landelijk officier van justitie cybercrime.
Wat is ransomsoftware?
“‘Ransomware’ is gijzelingssoftware. Met deze malware sluiten cybercriminelen je computer af of versleutelen ze je bestanden. Zodat je niet meer bij je waardevolle foto’s kan, je schoolwerk of je proefschrift. De crimineel wil je probleem best oplossen, dan moet je even geld overmaken naar hem. Deze vorm van afpersing is succesvol: menig slachtoffer betaalt.”
Als slachtoffers weet je dus dat je wordt afgeperst?
“Klopt. Bij andere vormen van cybercrime, zoals phishing”, zie en merk je niet direct dat je slachtoffer bent. Hier weet je het meteen. Maar veel weet je niet. Stel dat je betaalt en weer toegang hebt tot je bestanden hebt, is jouw computer dan écht weer schoon? Is die ‘ransomware’ wel het enige wat de crimineel op je computer heeft geďnstalleerd?
Onlangs hebben we twee jongens aangehouden op verdenking van verspreiding van ransomware. Hen verdenken we er óók van dat ze tegelijkertijd een ‘keylogger’ installeerden, waarmee ze passwords en inloggegevens wilden vangen. Ook verdenken we hen ervan dat ze bij het slachtoffer een programma hadden geďnstalleerd waarmee op diens computer bitcoin-wallets konden worden leeggetrokken.”
Wat moeten slachtoffers doen?
“Aangifte! En doe dat snel. Dan kunnen politie en OM snel een sample van de malware vinden. Daarmee kunnen wij, samen met andere bedrijven, onderzoek doen naar mogelijke dadersporen. Zo konden we in die recente zaak die twee jongens achterhalen.”
Maak je met je aangifte juist niet bekend wat je geheim wilt houden?
“Het ligt eraan wat je geheim wilt houden. Als je illegale software hebt geďnstalleerd – een verkeerde versie van Adobe bijvoorbeeld – dan zou dat vooral geen drempel moeten zijn om naar de politie te gaan. Maar ik zie inderdaad dat mensen terughoudend zijn. Dat ze denken: moet ik nou wel aangifte doen, want ik heb zelf ook iets gedaan dat niet helemaal klopt. Toch is mijn advies: doe aangifte.”
Officier Martijn Egberts over ‘tech scam’-cybercriminelen30 oktober 2015 - Openbaar Ministerie
In de digitale wereld doen criminelen zich voor als helpers. Landelijk officier van justitie Martijn Egberts waarschuwt bijvoorbeeld tegen 'Microsoft tech scam'.
"Goedemiddag mevrouw, u spreekt met de security afdeling van Microsoft. Ik bel u omdat ons is gebleken dat uw computer besmet is. U loopt gevaar, en dat wil ik graag verhelpen. Vindt u het goed als ik u software laat downloaden waarmee ik kan meekijken? Doen we gelijk even een update van het systeem, akkoord?"
Wie zo’n belletje krijgt, vaak van iemand die gebroken Engels spreekt met een Indiaas/Pakistaans dialect, moet direct beseffen: dit is geen zuivere koffie. Maar cyberofficier Martijn Egberts snapt wel dat mensen erin trappen. "Als wij bij het OM een probleem met onze netwerkcomputer hebben, laten we ook wel eens iemand van de helpdesk meekijken en het systeem overnemen. Maar de criminele nep-servicedesk installeert vervolgens malware op je computer waarmee je computer juist besmet raakt. Daarna kan de crimineel daarmee strafbare feiten kan plegen."
"Slachtoffers moeten aangifte doen. We proberen terug te rechercheren via technische en financiële sporen die we kunnen vinden. Zo kunnen we in sommige gevallen bij een verdachte uitkomen. Hoe eerder digitale opsporing erbij betrokken raakt, hoe meer sporen er meestal nog aanwezig zijn.
Helaas opereren de groeperingen die hier achter zitten, voor een groot deel vanuit het buitenland. We proberen wel bij de criminele organisatie uit te kunnen komen. Daarvoor is onderzoek in georganiseerd en internationaal verband nodig."
"Of we als OM en politie een deuk in een pakkie boter slaan? Ja, bij bepaalde criminaliteit zeker. Als we zeer geavanceerde cybercriminaliteit zien, zijn we daar erg alert op. We willen helemaal 'aan de voorkant' zitten en proberen onze bedrijven en vitale infrastructuur zo goed mogelijk te beveiligen. Dat doen we met veel organisaties, zoals de Nationaal Coördinator Terrorisme en Veiligheid.
We slagen er ook steeds meer in om 'botnets' neer te halen. Die botnets is de basisvorm van veel cybercriminaliteit. Een botnet of robotnetwerk is een groep van geďnfecteerde computers ('zombies'), die op afstand vanuit een centraal punt worden gemanipuleerd. Eenmaal geďnfecteerd met een kwaadaardige robot voert de computer willoos opdrachten van buiten uit. Botnets worden door criminelen gebruikt om op grote schaal spam te versturen, creditcard- of bankgegevens te onderscheppen of aanvallen op websites uit te voeren.
Bij de tech scam-oplichtingspraktijken benadert een crimineel wereldwijd mensen. Hij probeert zoveel mogelijk mensen te besmetten, en probeert van veel kruimels veel geld te maken. Dat is lastig opsporen."
"In het algemeen onderschatten burgers, bedrijven en overheden de risico’s van cybercriminaliteit. Met gezond wantrouwen kunnen burgers, bedrijven en overheid voorkómen dat ze slachtoffer worden van cybercrime. Mijn boodschap is: beveilig je zo goed mogelijk. Klik niet op elke link die je ziet, open niet elke bijlage. Mailers en bellers zijn niet altijd wie ze zeggen te zijn. Hoe alerter je online bent, hoe minder last je ervan hebt."