Nou dat denk ik niet. Kijk maar eens op www.knmi.nl naar de procdure van het weeralarm.
Aanleiding: wanneer WeeralarmEen weeralarm is alleen van toepassing wanneer het weer gevaar oplevert en aanleiding kan geven tot grote overlast. In de periode van 12 tot 24 uur voorafgaand aan een weeralarm geeft het KNMI zo mogelijk een voorwaarschuwing uit. De kans dat het tot een weeralarm komt is dan al minstens 50%. Het eigenlijke weeralarm wordt op zijn vroegst 12 uur tevoren uitgegeven. Het is dan voor minstens 90% zeker dat het extreme weer ook werkelijk volgt. Het weeralarm biedt naast gedetailleerde verwachtingen ook de risico’s en de mogelijke gevolgen van het zware weer.
Criteria
Het weeralarm geldt alleen voor bepaalde weersomstandigheden als die op grote schaal (een standaardgebied ter grootte van ten minste 50 x 50 kilometer of over een lengte van minstens 50 kilometer) optreden. De criteria gelden voor: storm (afhankelijk van het seizoen vanaf windkracht 9 of 10), zeer zware windstoten (vanaf 100 km/uur), zware sneeuwval (in een uur minstens 3 cm of in 6 uur minstens 10 cm), sneeuwjacht of sneeuwstorm (minstens windkracht 6 in combinatie met sneeuw), gladheid door ijzel, zwaar onweer en overvloedige regen (in 24 uur minstens 75 mm of binnen drie dagen minstens 100 mm). Uitgebreide omschrijvingen van de criteria onder nader verklaard.
Meer dan een waarschuwing
Het weeralarm is de hoogste trap van waarschuwingen. Het KNMI, dat in ons land de officiële instantie is om weerwaarschuwingen uit te geven, geeft ook waarschuwingen uit voor het verkeer, watersport en recreatie en voor de scheepvaart. Het bekendst zijn de wind- en stormwaarschuwingen die vanaf windkracht 6 van kracht zijn. Ook bij mist en (lokale) gladheid door bevriezing of ijzel wordt gewaarschuwd, niet in de vorm van een weeralarm maar met een “gewone” waarschuwing.
Verspreiding
Wanneer het tot een weeralarm dreigt te komen informeert het KNMI naast weerbedrijven en particuliere weerkundigen ook instanties die zich bezighouden met calamiteitenbestrijding en voorlichting zoals verkeersdiensten, politie, brandweer en gemeenten. Op basis van de verwachtingen kan een gemeente dan beslissen om bijvoorbeeld een kwetsbaar evenement in de open lucht zoals een markt of groot feest met voor de wind gevoelige tenten op last van de politie af te lassen.
Ook zijn er nauwe contacten met de media, die verslag doen van het noodweer en de prognoses doorgeven. Radio, televisie en teletekst zijn de belangrijkste media voor het doorgeven van de waarschuwingen maar ook internet wordt veel geraadpleegd. Wanner een weeralarm van kracht wordt brengt het KNMI een speciale site in de lucht met extra weer- en achtergrond informatie, actuele neerslagbeelden van de radar en het laatste nieuws over het extreme weer.
Weeralarm slaat aan
Het KNMI begon na een proefperiode van een paar jaar in het jaar 2000 met het uitgeven van het Weeralarm. Bij een onderzoek naar aanleiding van een Weeralarm door bureau Intomart bleek dat al gelijk in het begin bijna driekwart van de bevolking wist wat het Weeralarm betekende. Ruim een derde daarvan nam maatregelen om gevaar of overlast te voorkomen en de meerderheid vindt dat achteraf zinvol.