All,
Ik probeer met deze post te reageren op alle voorafgaande.
Het gaat om de definitie van het begrip "paraatheid". Als paraatheid betekent aantal minuten per dienst dat een ambulance-eenheid beschikbaar is voor inzet dan maakt het inderdaad niets uit of het moment van inzet vervroegd wordt met 1.38 minuten en hebben jullie gelijk dat mijn redenering op dat punt niet klopt. Laat ik het dan anders proberen (voor me zelf) uit te leggen en beginnen bij het begin.
In Nederland wordt de ambulancesector al jaren vastgepind op de 15 minuten grens. Al in 2003 heb ik daarover in Medisch Contact een opinie-artikel geschreven en geprobeerd de politieke koers op dat punt aangepast te krijgen. Lees Onverantwoorde ambulancezorg (2003)
http://goo.gl/I3MSHIn 2004 heb ik me verzet tegen de weigering van VWS en de IGZ om burgers met AED toe te staan als first-responders vanuit de overtuiging dat de 15 minutengrens te laat is voor de echte noodgevallen in casu hartstilstanden. Lees Spoedeisende hulp door de brandweer (2004)
http://goo.gl/iAYrCIn 2007 heb ik opnieuw in een opinie artikel in Medisch Contact geprobeerd de 15 minutengrens ter discussie gesteld te krijgen in de landelijke politiek. Lees Terug naar de realiteit (2007)
http://goo.gl/y5K9tIk hoop dat het duidelijk is dat ik het volkomen eens ben met diegenen op dit forum die vallen over de 15 minuten norm in relatie tot de echte spoedgevallen in de ambulancezorg en dat het duidelijk is dat bestuurlijk Nederland inclusief de landelijke koepels en beroepsverenigingen tot op heden nog steeds vasthouden aan deze in mijn (en jullie) ogen volstrekt inadequate planningsnorm.
Nu kun je als MMA in zo'n situatie twee dingen doen: berusten en denken "dan maar niet" of je kunt proberen op andere manieren de 15 minutennorm te beslechten. Dat laatste heb ik gemeend te moeten doen en samen met de collega's van de rijdende dienst, de MKA en het management, zijn we sinds 3 jaar bezig om alle maatregelen te nemen die we kunnen bedenken om, als iedere seconde echt telt, zo snel mogelijk ter plaatse te zijn.
We weten allemaal dat maar een heel klein deel van de 112 hulpvragen in de MKA tijdkritisch is. Onze schatting is dat het om 3%-5% gaat. In ons geval betekent dat op 25.000 112 meldingen per jaar dat we 3 tot 4x per etmaal te maken krijgen met een reanimatiesituatie. Dat zijn de situaties waarin we die 2-3 minuten tijdswinst willen maken omdat die, in combinatie met de snelle start van gestandaardiseerde telefonische reanimatie instructies, echt het verschil kunnen uitmaken tussen een stilstaand hart wat nog gedefibrilleerd kan worden of niet.
Even wat landelijke cijfers:
opbouw rit met A1 urgentie: 1.52 (aanname en uitgifte)+1.02 (uitruktijd)+6.36 (aanrijtijd)=9.32 responstijd
opbouw rit met A2 urgentie: 3.14 (aanname en uitgifte)+1.19 (uitruktijd)+10.37 (aanrijtijd)=15.25 responstijd
(Bron: Ambulances In-zicht 2011).
Hollands Midden wijkt nauwelijks af van de landelijke cijfers (A1 responstijd 9.35 en A2 responstijd 15.40).
In de MKA Hollands Midden werd in 2011 ProQA ingevoerd. Hiermee werd het mogelijk om op gestandaardiseerde wijze te trieeren en melderinstructies te geven en werd structurele controle en analyse van het meldkamerproces mogelijk.
Binnen ProQA wordt gewerkt met 6 toestandsbeeldklassen: Omega(verwijzing), Alfa (BLS/cold-respons), Bravo (BLS/hot-response), Charlie (ALS/cold-respons), Delta (ALS/hot-respons) en Echo (evidente reanimatie).Zie verder
http://goo.gl/wLyrhNa analyse van 10 maanden ProQA triage konden we nagaan hoe lang het duurde per toestandsbeeldklasse na vaststelling van locatie en terugbelnummer om tot een inzetcode te komen:
Omega(0,4%): 2.28 minuut
Alfa (20%): 1.45 minuut
Bravo (20,8%): 1.35 minuut
Charlie (16,6%): 2.02 minuut
Delta (39,8%): 1.27 minuut
Echo (2,3%): 1.09 minuut
met een gemiddelde triage tijd van 1.38 minuut na vaststellen van locatie en terugbelnummer over alle 112 meldingen. Dit is dus de tijd die we over het totaal zouden kunnen winnnen met DIA.
Omdat er echter sprake is van een spreiding tussen de 1.09 minuut (Echo) en de 2.28 minuut (Omega) en binnen deze klassen ook nog weer een spreiding bestaat van -1 tot +2 minuten, verwachten we met DIA tussen de 0.38 en 3.38 minuten winst te kunnen boeken op de totale responstijd. Omdat dit echter pas kan worden vastgesteld nadat we een tijd hebben gewerkt met DIA kunnen we daarover pas over een aantal weken meer en hardere uitspraken doen. De 2-3 minuten die al werden genoemd moeten in dit verband niet als gerealiseerd maar als verwacht worden beschouwd.
Ik besef dat het een hoop gegoochel met cijfers lijkt maar op dit moment kan ik het niet beter uitleggen.
Ik hoop wel dat duidelijk is dat we als Hollands Midden maximaal transparant willen zijn over onze cijfers en prestaties en dat alles omdat we er van overtuigd zijn (al jaren) dat de 15 minutennorm dringend toe is aan bijstelling.