Brazilië vreest escalatie protest
BRASILIA/SAO PAULO -
In tal van Braziliaanse steden is rond de laatste betogingen geplunderd en is de sfeer gewelddadiger geworden. De Braziliaanse president Dilma Rousseff heeft daarom vrijdag crisisberaad gehouden met de belangrijkste betrokken bewindslieden zoals minister van Justitie José Eduardo Cardozo, maar ze deelde daar na afloop niets over mee. Vorige week was Rousseff nog erg ingenomen met 'het feest van de democratie' en feliciteerde ze de demonstranten die een beter Brazilië wilden.
In het hele land gingen donderdag zo'n 1,25 miljoen mensen de straat op. Er vielen zeker twee doden, een betoger werd overreden in de zuidelijke deelstaat Sao Paulo en een man bezweek door traangas in de noordelijke deelstaat Pará.
In grote steden hebben relschoppers en plunderaars een spoor van vernielingen achtergelaten. Sociale media meldden vrijdag dat een protestbeweging die in Sao Paulo voor gratis openbaar vervoer ijvert, MPL-SP (Movimento Passe Livre), en die tot de initiatiefnemers van de betogingen behoort, niet meer mee betoogt. Leden van MPL-SP werden belaagd en de voorgenomen prijsstijgingen van het openbaar vervoer zijn van de week ingetrokken. De protestbeweging ziet daarom voorlopig van betogingen af, aldus een van de leiders Lucas Monteiro.
In onder meer Rio de Janeiro, Porto Alegre en de hoofdstad Brasilia waren er confrontaties tussen de politie en radicale betogers. Volgens de krant O Globo plunderden relschoppers in Rio juwelierszaken en vernielden ze onder meer bushaltes en stoplichten. Alleen al in Rio de Janeiro raakten tientallen mensen gewond. In Brasilia trokken betogers door de wijk met regeringsgebouwen. De politie gebruikte hier traangas en de wapenstok om de actievoerders uiteen te drijven.
De betogingen begonnen eerder deze maand in Sao Paulo, waar mensen boos de straat opgingen om te demonstreren tegen de prijsverhogingen in het openbaar vervoer. Daarna breidden de betogingen zich uit naar andere steden in het land. De bevolking protesteert nu ook tegen de corruptie, de slechte onderwijs- en gezondheidsvoorzieningen, de hoge kosten van levensonderhoud en peperdure projecten als het WK voetbal volgend jaar.