Leuk om over na te denken! Hierbij mijn bijdrage:
-Minder RAV´s, grotere organisaties maar meer opkomstlocaties en satelietposten, waardoor middelen dynamischer inzetbaar zijn. Ambulances zijn minder vaak op de post en vaker VWS op strategische locaties.
- Ambulances vullen bij op de SEH waardoor de ´turn-around time´ wordt verminderd. Diensten worden drukker, ook in de niet-stedelijke gebieden.
- Een wettelijke aanrijtijd van zes minuten bij spoed.
- Altijd een ambulance bij spoed. Dit kan een ALS-ambulance zijn of een BLS-ambulance. Rapid responders zijn passe. Daarvoor in de plaats komen solo-responders (PA of NP) maar deze hebben een eigen takenpakket: geen primaire uitruk, maar secundaire ondersteuning op verzoek van zowel A-ambulances als B-ambulances, en nazorg bij EHTP/geen vervoer.
- Scheiding van planbare zorg en acute hulpverlening, elk wordt gedaan door een aparte tak van de RAV. Elke tak kent differentiatie van middelen naar complexiteit van de patient. Zo worden naast ontslagritten en poliklinische afspraken ook klinische overplaatsingen, MICU, PICU, NICU-transporten door de planbare zorgtak gedaan en is er ook ruimte voor sociaal liggend vervoer en repatrieringen. En concentreert de acute zorgtak zich alleen op spoedmeldingen, die worden afgehandeld door primiair A-ambulances en B-ambulances en secundair door solo-responders, of een MMT.