Tweede Kamer der Staten-Generaal 2Vergaderjaar 2013–2014
Aanhangsel van de HandelingenVragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden2781Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de Minister van Veiligheid en Justitie over het bericht dat steeds meer agenten kampen met schulden (ingezonden 9 juli 2014).
Antwoord van Minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 27 augustus 2014). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2013–2014, nr. 2658.
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat steeds meer agenten met schulden kampen?
1Antwoord 1
Ik vind het, vanuit de mogelijke risico’s die dat met zich mee kan brengen voor de uitvoering van de politietaak, onwenselijk als politieagenten problematische schulden hebben. De politie helpt medewerkers daarom bij het voorkomen en oplossen van problematische schulden. In mijn antwoor-den op onderstaande vragen ga ik hier verder op in.
Vraag 2
Kunt u een overzicht vanaf 2005 verstrekken van het aantal agenten dat jaarlijks in de schulden terecht komt? Hoe vaak is daarbij sprake van loonbeslag?
Antwoord 2
Een dergelijk overzicht kan ik niet verstrekken aangezien deze cijfers niet beschikbaar zijn. Uit een recente analyse van loonbeslagen blijkt dat het aantal loonbeslagen op circa 600 medewerkers ligt.
Vraag 3
Kunt u aangeven hoe de procedures geregeld zijn rondom het melden van schulden door agenten? Is deze hetzelfde voor de gehele nationale politie?
1«Agenten met schulden», Reporter Radio, 6 juli 2014 (
http://www.radio1.nl/item/205324-Reporter%20Radio%20-%20Agenten%20met%20schulden.html)
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, Aanhangsel 1
Antwoord 3
In het nieuwe beleidskader schuldhulpverlening voor de nationale politie, dat begin dit jaar in werking is getreden, is het melden van en de hulpverlening rondom problematische schulden geüniformeerd. Belangrijk hierin is de toegenomen inzet op preventie door goede voorlichting en het stimuleren van openheid en bespreekbaarheid van schuldproblemen. Voorts is de medewerker met problemen primair zelf verantwoordelijk, zowel voor het melden als voor de oplossing. De hulpstructuur start bij de leidinggevende van de medewerker. De Nationale Politie ondersteunt de medewerker en wijst de weg naar gekwalificeerde hulpverlening. Daarbij wordt uitsluitend gewerkt met organisaties die zijn aangesloten bij de Nederlandse vereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren.
Vraag 4, 5
Herkent u het beeld dat politieagenten zeer terughoudend zijn met het melden van schulden omdat dit consequenties kan hebben voor hun loopbaan en zelfs kan leiden tot ontslag? Is het waar dat het in sommige politieregio’s praktijk is dat agenten ontslagen worden bij een tweede loonbeslag? Kunt u aangeven waar en hoe vaak dit is gebeurd?
Antwoord 4, 5
Nee, dit beeld herken ik niet. De organisatie spant zich in om vroegtijdig signalen van financiële problemen op te pikken. Te denken valt aan signalen als een verzoek tot het eerder uitbetalen van vakantiegeld of het willen maken van meer overuren. Bij financiële problemen wordt samen met de medewer-ker gezocht naar oplossingen onder andere om loonbeslag te voorkomen. In geval van loonbeslag worden er afspraken gemaakt met de medewerker over het oplossen van deze problematiek. Ontslag is slechts een uiterste maatre-gel.
Vraag 6
Deelt u de mening dat agenten zich te allen tijden vrij moeten voelen schulden te melden? Deelt u voorts de mening dat zij daarnaast op alle noodzakelijke ondersteuning moeten kunnen rekenen vanuit de politieorgani-satie?
Antwoord 6
Ja, die mening deel ik. Het beleid en de communicatie daarover is erop gericht om medewerkers voldoende mogelijkheden en ruimte te bieden om vrijuit te kunnen spreken in het geval van financiële problemen. Voorts zijn leidinggevenden toegerust om signalen bij van financiële problemen te herkennen, hierover in gesprek te gaan of te verwijzen naar de juiste instanties. Daarnaast zullen op korte termijn de huidige 16 regionale sociale fondsen samengaan in een landelijke stichting Sociaal Fonds Politie. Dit fonds wordt toegankelijk voor alle medewerkers die in financiële problemen zijn gekomen.
Vraag 7
Kunt u een overzicht verstrekken van het aantal agenten dat naast het werk bij de politie een bijbaan heeft? Kan het hebben van een bijbaan volgens u een risico vormen voor de kwaliteit van het politiewerk, bijvoorbeeld door oververmoeidheid?
Antwoord 7
Ik kan u een dergelijk overzicht niet verstrekken omdat het hebben van een bijbaan niet standaard wordt vastgelegd. Het besluit algemene rechtspositie politie verplicht politiemedewerkers melding te maken van die nevenwerk-zaamheden die de belangen van de dienst voor zover deze in verband staan met de functievervulling, kunnen raken. Het is politiemedewerkers niet toegestaan nevenwerkzaamheden te verrichten waardoor de goede vervulling van hun functie in gevaar komt.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, Aanhangsel 2
Vraag 8
Deelt u de mening dat politieagenten dusdanig voor hun belangrijke werk moeten worden betaald dat zij niet in de schulden terecht komen? Vindt u in dat perspectief dat de jarenlange nullijn moet worden losgelaten?
Antwoord 8
De politie heeft een belangrijke taak in de bescherming van de maatschappe-lijke veiligheid en in de handhaving van de rechtsorde in Nederland. Ik heb grote waardering voor het politievak. Politiemedewerkers verdienen dan ook een passende beloning voor hun belangrijke werk te krijgen. Ik ben van mening dat er sprake is van een dergelijke passende beloning en dat politiemedewerkers in het algemeen een dusdanig inkomen hebben zij niet in de schulden hoeven te komen.
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, Aanhangsel 3
Tekst vanuit PDF document gehaald via BRON:
http://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/kamervragen/detail.jsp?id=2014Z13187&did=2014D28969