Volgens mij heeft Oscar al globaal aangegeven wat er wel en niet kan. Maar gezien de discussie over " artikel 5",
uit de Circulaire Buitengewoon Opsporingsambtenaar:
Voor de duidelijkheid: de genoemde artikelen zijn de artikelen van het RVV waarvoor een BOA ook bij "niet stilstaand verkeer" bevoegd is. Artikel 5 Wvw lijkt mij dus niet onder de uitzondering voor "niet stilstaand verkeer" te vallen.
Dus het lijkt mij erg sterk dat er Boa's Domein 1 zijn die zelf kunnen handhaven op artikel 5 bij rijdend verkeer, ongeacht wat zij zelf beweren tegen collega's. Maar ik ben geen expert, dus misschien kan iemand als Oscar dit bevestigen/ontkennen.
Beste Zwelgje, Artikel 5 waarop hier gedoeld wordt heeft betrekking op plaats op de weg (art. 5 RVV en niet art. 5 WvW)
1. Plaats op de weg Artikel 51.Fietsers gebruiken het verplichte fietspad of het fiets/bromfietspad.
2.Zij gebruiken de rijbaan indien een verplicht fietspad of een fiets/bromfietspad ontbreekt.
3.Zij mogen het onverplichte fietspad gebruiken. Bestuurders van snorfietsen uitgerust met een verbrandingsmotor mogen het onverplichte fietspad slechts gebruiken met uitgeschakelde motor.
4.Bestuurders van fietsen op meer dan twee wielen die met inbegrip van de lading breder zijn dan 0,75 meter en van fietsen met aanhangwagen die met inbegrip van de lading breder zijn dan 0,75 meter mogen de rijbaan gebruiken.
5.Bestuurders vanaf 16 jaar van snorfietsen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, subonderdeel d, van de wet mogen het trottoir en het voetpad gebruiken indien zij beschikken over een gehandicaptenparkeerkaart of een bij ministeriële regeling aangewezen kaart ten behoeve van het vervoer van gehandicapten.
6.Bestuurders jonger dan 16 jaar van snorfietsen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, subonderdeel d, van de wet gebruiken het trottoir of het voetpad indien zij beschikken over een gehandicaptenparkeerkaart of een bij ministeriële regeling aangewezen kaart ten behoeve van het vervoer van gehandicapten.
Gr