De kranen zakken niet meer doordat ze op dit moment geklemd zitten tussen wal en ponton. Dit is grotendeels mogelijk doordat de giek van de kleine kraan op de wal rusten en het onderstel als een soort wig werkt. Bij de grote kraan is nu een voordeel dat de giek een hoog eigen gewicht heeft.
Uitgaande van :
1. Het bekende eigen gewicht van de ponton
2. De gewichten van het ballast water en in welke tanks
3. De plek en het gewicht van het losse materieel aan dek, voornamelijk die wagen voor de ballast gewichten van de kraan
4. De op de vier hoekpunten van het ponton opgenomen actuele diepgangen
Kun je aan de hand van de bekende hydrostatische kenmerken van het ponton en de locatie van de kraan snel uitrekenen welke kracht de kraan uitoefent op het ponton.
Met het bekende gewicht van de giek een de ligging van het zwaartepunt van de giek kun je globaal berekenen hoe en waar de giek wordt ondersteund.
Dat is niet alleen interessant om een idee te krijgen van de actuele situatie mbt de ondersteuning van de giek over de puinhopen en middels de kraan maar vooral van belang mbt het losmaken van de giek van de kraan (voornamelijk de dwarskrachten, door de giek uitgeoefende moment van de giek op de kraan en de eventuele langskrachten) en de gevolgen hiervan voor zowel de giek als de kraan.
Het loskoppelen van de giek zal daarom grondig moeten worden voorbereid en de nodige aandacht vragen tijdens de eigenlijke uitvoering.