Pijnlijk antwoord, want het staat namelijk niet in de grondwet. Daarin staat alleen vrijheid van meningsuiting en pers (art 7). Een en ander is geregeld in artikel 10 ERVM en art 19 IVBPR.
Klopt.
Het recht van burgers op vrije nieuwsgaring is niet als zodanig opgenomen in de zogeheten grondrechten die aan het begin van de Nederlandse Grondwet zijn opgesomd, maar er is een wel een relatie met de vrijheid van meningsuiting. Die is verankerd in artikel 10EVRM, artikel 19 IVBPR, artikel 7 Nederlandse Grondwet en artikelen 19 en 25 Belgische Grondwet. Aan het vormen en uiten van een mening gaat idealiter het verzamelen van basisinformatie vooraf. Het recht kan ook in verband worden gebracht met de plicht van de overheid tot het betrachten van openheid en openbaarheid dat verderop in de Nederlandse Grondwet staat, pas in artikel 110. Openbaarheid is hier geen recht van de burger, maar een plicht van de overheid. De Vereniging voor Klachtrecht noemt het recht op vrije nieuwsgaring een behoorlijkheidsnorm waaraan het overheidsoptreden moet voldoen.We hebben het dus over ‘vrijheid van nieuwsgaring’ (informatie verzamelen) en niet over ‘persvrijheid’ (mogen zeggen wat je wil); dat stadium komt feitelijk pas na dat nieuwsgaren. Eerst informatie verzamelen en mening bepalen; dan pas wat publiceren. Je kan pas iets publiceren als je in staat bent gesteld om je mening te vormen. De overheid dient zo open mogelijk te zijn; denk ook bijvoorbeeld aan het publiceren van rechtbankvonnissen, en wetten zoals de WOB. Natuurlijk: 'zo open mogelijk'; niemand verwacht aan te mogen schuiven bij een intern crisisoverleg van AIVD. Er zullen dus altijd zaken zijn die je ook niet met een WOB verzoek boven tafel krijgt.
De pers heeft een bijzondere maatschappelijke functie bij de realisering van de vrijheid inlichtingen te verzamelen en door te geven en van de vrijheid van meningsuiting. Voor de vorming van de openbare mening over het doen en laten van de overheid is die functie van wezenlijk belang. Het is daarom wenselijk dat journalisten, wanneer dat mogelijk is, hun journalistieke werk ook kunnen doen op plaatsen waar het publiek niet kan worden toegelaten. Journalisten kunnen zich dan met hun politieperskaart als zodanig legitimeren.
In de politiewet is opgenomen (en er zijn gerechtelijke uitspraken) dat om praktische redenen de politie een gebied mag afzetten (denk even: brand, explosiegevaar etc). Maar om toch de burger de mogelijkheid te geven een mening te vormen dienen journalisten binnen die afzetting te worden toegelaten. Zij vergaren dan het nieuws en publiceren dat, zodat de burger kennis kan nemen van de gebeurtenissen. Feitelijk zijn de journalisten dan de vertegenwoordigers van 'de rest van de burgers'.
Zowel bij de handhaving van de openbare orde als bij de uitvoering van justitiële politietaken kunnen zich situaties voordoen, waarin maatregelen moeten worden getroffen om feitelijke hinder door omstanders bij het politieoptreden tegen te gaan. Soms blijkt het bijvoorbeeld nodig, een gedeelte van de openbare weg voor het publiek af te sluiten. Bij ordeverstoringen komt het ook voor, dat de politie aan een ieder het bevel geeft zich te verwijderen. Zulke maatregelen kunnen voor journalisten een beperking meebrengen van de mogelijkheid ter plekke informatie te vergaren. De algemene taakomschrijvingen geven de politie de bevoegdheid maatregelen te treffen om te voorkomen dat omstanders in gevaar komen of de politie voor de voeten lopen
De maatregelen mogen er niet op gericht zijn bepaalde publikaties onmogelijk te maken; dat zou in strijd zijn met de in artikel 7 Grondwet gewaarborgde vrijheid van meningsuiting. Onder “publikaties” worden ook verstaan: foto- en filmreportages en radio-opnamen.In NL is dat in de praktijk geregeld met de PPK. Daaraan kan een politieagent zien met iemand te maken te hebben die aantoonbaar voor massa media werkt (in tegenstelling tot iemand van een wijkkrantje, en een perskaart uit de kleurenprinter).
'Voor een regenachtige zaterdagmiddag" lees links:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Vrije_nieuwsgaring en
https://www.nvj.nl/wat-wij-doen/dossiers/pers-politie-en-justitie/leidraad-over-de-positie-van-de-pers-bij-politieoptreden/Peen