Hoe het exact zit betreft regels & criteria voor inzet op (groot) open water met een brandweerboot durf ik niet te zeggen. Wel kan ik het e.e.a. uitleggen over hoe het in het merendeel van de veiligheidsregio's (als het ze niet allemaal zijn!) eraan toegaat betreft inzet zonder brandweerboot.
Grijpredding
De basiseenheid van de brandweer (een TS, tankautospuit) voert een eventuele grijpredding in waadpak uit. Hierbij geldt de regel dat de drenkeling zich niet verder dan 15 meter uit de kant bevindt, met een maximale waterdiepte van 1,5 meter.
Oppervlakteredding (ORT)
Een oppervlaktereddingsteam bestaat uit 6 personen: Een chauffeur, bevelvoerder, 2 redders & 2 helpers. Een inzet wordt gedaan door 1 redder & 1 helper, het andere 2-persoonsteam staat standby. Het materieel van het ORT bestaat uit een 'droogpak', een veiligheidslijn, een reddingsvest en eventueel een redplank. Voor redding door een ORT geldt de regel dat het slachtoffer zichtbaar dient te zijn, en zich maximaal 200 meter van de kant mag bevinden.
Duikteam
Een duikteam bestaat uit 4 personen: Een duikploegleider (DPL), een chauffeur (assistent duikploeg) en 2 duikers. Eén duiker doet de redding, de andere duiker staat volledig uitgerust standby. Het duikteam wordt geassisteerd door een (lokale) TS. Een brandweerduiker kan (mag) tot een maximale diepte van 15 meter duiken. De signaallijn (touw) is hier de grens, zo'n 50-75 meter op een haspel.