Enigzins vergelijkbaar geval
http://www.cineacnoord.tv/antwoorden/index.htm05BSD08822
Rotterdam, 20 juni 2005.
Beantwoording van de schriftelijke vragen van de heer H.P.L. Cremers betreffende de vrijheid van nieuwsgaring Cineac Noord
Aan de Gemeenteraad.
(...)
Gelet op het onderwerp worden de vragen geacht gesteld te zijn aan de burgemeester. Hieronder volgen de vragen van de heer Cremers, voorzien van mijn antwoorden.
(...)
Vraag 3:
Onderschrijft u het recht van burgers en zeker journalisten om buiten politieafzettingen vrijelijk te filmen in de openbare ruimte?
Antwoord:
Burgers en journalisten hebben het recht om buiten politieafzettingen vrijelijk te mogen filmen in de openbare ruimte, zolang het werk van de politie niet wordt belemmerd of verstoord. Deze laatste toevoeging ziet vooral op situaties waarin de politie optreedt zonder dat er sprake is van politieafzettingen.
Aan alle medewerkers van het korps Rotterdam-Rijnmond zal het volgende nog eens nadrukkelijk onder de aandacht worden gebracht:
1. Er is vrijheid van nieuwsgaring. Het is een ieder geoorloofd om politieoptreden te fotograferen of te filmen, zolang dat het werk van de politie niet belemmert of verstoort.
2. Het is derden niet geoorloofd om het gebied binnen politieafzettingen te betreden.
Wanneer journalisten binnen de afzettingen willen fotograferen of filmen kan dat alleen als zij in het bezit zijn van een politieperskaart én als het werk van de politie daardoor niet wordt belemmerd of verstoord.In de praktijk wordt vaak gewerkt met een buiten- en een binnenring. Publiek wordt buiten de buitenring gehouden, terwijl journalisten op vertoon van hun politieperskaart in het gebied tussen de buiten- en de binnenring mogen komen.
3. Als journalisten of burgers het werk van de politie hinderen, bijvoorbeeld door zeer dicht bij optredende politiemensen te komen staan, kan de politie vorderen dat er voldoende afstand wordt gehouden om de politie vrij en ongestoord te laten werken. Als aan die vordering geen gehoor wordt gegeven kan tot aanhouding worden overgegaan. Dit uitgangspunt geldt uiteraard ook voor fotograferende of filmende journalisten of burgers.
4. Door de politie wordt de Stichting Politieperskaart geďnformeerd over het gedrag van een journalist als deze het werk van de politie in ernstige mate heeft gehinderd.5. Filmende journalisten en burgers dienen aangehouden te worden, wanneer zij strafbare feiten plegen.
6. De politie is niet gerechtigd tot het wissen van films of foto’s. Het inbeslagnemen van fotorolletjes of films dient plaats te vinden binnen de bepalingen van het Wetboek van Strafrecht.
(...)
Burgemeester van Rotterdam,
I.W. Opstelten