http://www.ghorzob.nl/nl?cm=79%2C189%2C191%2C200&listciid=1255&session=9dd50fa8159b8d401175aa662ce84edb19 oktober 2009
Medische hulpverlening in grensgebied verbeterd
De Stuurgroep Grensoverschrijdende Spoedeisende Medische Hulpverlening presenteert op 16 oktober 2009 de resultaten van drie jaar samenwerking tussen de medische hulpdiensten in het grensgebied van Midden Limburg en Zuidoost-Brabant en in de regio Overpelt.
De samenwerking betreft een pilot project, waarbij de dagelijkse praktijk centraal stond: de afgelopen drie jaar zijn de ervaringen van grensoverschrijdende inzetten en oefeningen geregistreerd en geëvalueerd. De verbeterpunten die hieruit voortvloeien moeten de grensoverschrijdende medische hulpverlening verbeteren.
Aan de pilot werkten mee de Regionale Ambulancevoorziening (RAV) Limburg Noord en Zuidoost-Brabant, de Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) Limburg-Noord en Zuidoost-Brabant, het Maria Ziekenhuis Overpelt en de Medische Urgentie Groep (MUG) regio Overpelt.
Best practices
Uit de samenwerking zijn veel lessen getrokken. Een lijst van ‘best practices' levert praktische tips op, die ook voor andere regio's van belang kunnen zijn. Het gaat daarbij om tips over uiteenlopende zaken als melding en alarmering, verplaatsing naar het incident, verlenen van individuele geneeskundige hulp en transport van slachtoffers naar een ziekenhuis.
Resultaten
De pilot heeft een aantal concrete resultaten opgeleverd:
• Door de samenwerking in het project hebben sleutelpersonen binnen de verschillende organisaties elkaar leren kennen en zijn de lijnen korter geworden. De samenwerking tussen de organisaties heeft hierdoor structureel vorm gekregen en is sterk verbeterd.
• Er zijn actiekaarten ontwikkeld om de inzet van medische hulpverleners in het buurland te stroomlijnen.
• Het MUG voertuig uit Overpelt is uitgerust met C2000 en GPS apparatuur en een locator zodat de Nederlandse meldkamers het voertuig visueel kunnen volgen.
• Er zijn scholings-, trainings- en oefenbijeenkomsten georganiseerd, waaraan ongeveer 100 hulpverleners uit Nederland en België hebben deelgenomen.
Conclusies en aanbevelingen
Het rapport constateert dat Nederlandse ambulances niet op Belgisch grondgebied kunnen opereren,
omdat zij door het Belgische meldkamersysteem niet worden erkend. Het opheffen van deze belemmering is een van de aanbevelingen in het rapport. Voor het welslagen van het project is wederkerigheid immers van groot belang.
De kwaliteit van de samenwerking heeft veel te maken met kennis van elkaar en van elkaars werkwijze. Een belangrijke aanbeveling betreft de scholing van hulpverleners. Een vast lesprogramma, met een scholingsplan voor minimaal twee jaar is hiervoor cruciaal.
Tot slot doet de Stuurgroep een dringend beroep op de nationale overheden om, bij voorkeur in het kader van het op handen zijnde Benelux-verdrag, de financiële knelpunten uit de weg te ruimen. Door ondertekening van dit verdrag wordt ook een aantal juridische knelpunten rond de spoedeisende medische hulpverlening opgelost.