Met 'Amok' direct op het onheil af.Door: Jopke Rozenberg-van Lisdonk
Zodra de alarmbellen in de meldkamer afgaan, worden de patrouillerende bewakers naar de ‘plaats delict’ gestuurd: een mogelijke inbraak. De ingang van het pand vertoont braaksporen. Door tussenkomst van de meldkamer roepen de bewakers de Koninklijke Marechaussee op. Tegelijkertijd omsingelen ze geruisloos het gebouw. Hiervan merkt de indringer niets en hij werkt onverstoorbaar door tot hij in de kraag wordt gevat. “Dit is zo ongeveer de oude aanpak”, vertelt Dave van Deutekom, senior trainer bij de Defensie Bewakings- en Beveiligingsorganisatie (DBBO). “Op deze manier ging kostbare tijd verloren, waardoor de schade alleen maar groter werd. Dat moet anders, vonden we.”
Directe actieVoor het zoeken naar een effectieve werkwijze in dergelijke situaties werd een projectteam in het leven geroepen met Van Deutekom als voorzitter. Al snel kwam dat in contact met de politie die na een uitgebreid, wereldwijd onderzoek de zogenoemde Amok-procedure adopteerde. De term is afgeleid van het Maleise woord ‘Amuk’ dat staat voor een moorddadige aanval. De procedure biedt uitkomst in onvoorspelbare situaties, zoals bij een dader met de intentie om zoveel mogelijk slachtoffers te maken. De kern van de Amok-procedure zit hem in het direct ondernemen van actie, in plaats van de tijd nemen om vooraf een plan te bedenken of hulp van derden in te roepen. Door directe actie wordt de dader in zijn handelen gestoord, waardoor meer slachtoffers of verdere schade zoveel mogelijk wordt beperkt.
Van Deutekom: “De procedure is dan ook tevens bruikbaar als interventiemethode bij het bewaken en beveiligen van objecten als F-16’s.”
Snel denkenDe training van de 1500 Defensiebewakers start in augustus en duurt één jaar. De veertien Amok-kerninstructeurs, die in maart door de politie zijn opgeleid, trainen het personeel in zicht-, waarneming- en verplaatsingstechnieken en het opereren in duo’s van twee bewakers of één met hond. “Omdat de Amok-procedure een dynamische in plaats van statische manier van opereren is, moet je snel kunnen denken en handelen”, gaat de senior-trainer verder. “We trainen onze mensen in het anticiperen op onverwachte situaties, waarbij de eigen veiligheid niet uit het oog mag worden verloren. Bij het binnen gaan van een pand weten we namelijk nooit wie of wat we precies aantreffen. Hoeveel personen lopen er rond? Zijn ze gewapend? Waar bevinden ze zich op dat moment? Je stapt dus een heel onvoorspelbare omgeving in, waarbij je in principe continu in beweging bent om de verdachte te stoppen en het object te beschermen.”
Blind vertrouwenHet werken volgens de Amok-procedure vereist blind vertrouwen in elkaar. Je opereert als duo, waarbij één bewaker voortdurend vooruit kijkt, terwijl de ander er vlak achter loopt en onophoudelijk het zicht rondom hen controleert. Ook leren de bewakers onder andere de ‘quick look’-techniek te gebruiken, waarbij ze zonder stilstaan snel en goed kijken en waarnemen. “Tijd voor overleg is er tijdens de operatie niet of nauwelijks”, vertelt Van Deutekom. “De zogenoemde doel-aanpak analyse maak je dan ook onderweg naar de plaats delict, op basis van informatie van en communicatie met onder andere de landelijke meldkamers.” De centrale training om de Amok-procedure onder de knie te krijgen, eindigt in een training ‘on the job’. Op de door hun te beveiligen objecten (zie kader) leren de bewakers de fijne kneepjes van het vak.
Eigen werkwijzeNaar verwachting is de nieuwe interventiemethode over maximaal anderhalf jaar operationeel in gebruik binnen de gehele Defensie Bewakings- en Beveiligings Organisatie. ‘Amok’ komt daarmee tevens tegemoet aan de wens uniformiteit binnen de diensten van DBBO te introduceren. Sinds 2011 vormen de voormalige bewakingseenheden van landmacht, luchtmacht en marine namelijk één DBBO. Tot die tijd hadden de drie krijgsmachtdelen ieder hun eigen werkwijze. De bewakers en beveiligers blijven hun kennis en kunde op zowel juridisch gebied als in de praktijk, zoals gebruikelijk, jaarlijks onderhouden.
Hiervoor volgen ze gedurende zes lessen, verspreid over het jaar, de structurele integrale beroepsvaardigheidstraining, waarbij behalve theorie ook de schietinstructie en alle aanhouding- en zelfverdedigingtechnieken aan bod komen. In de vorm van een examen leggen ze daarbij ieder jaar de proeve van bekwaamheid af.
Van Deutekom: “Ons personeel heeft straks voldoende bagage om onberekenbare situaties het hoofd te bieden. ‘Amok’ is wat dat betreft een welkome aanvulling.”
Classificatie DefensieobjectenDe Defensieobjecten zijn geclassificeerd in de categorieën één tot en met vier, die het bewakingsbelang aangeven. Een volledig bewapende F-16 valt bijvoorbeeld in de hoogste categorie, schade hieraan wordt niet geaccepteerd. Het gebruiken van geweld door bewakers om dergelijk materieel te beschermen is indien noodzakelijk toegestaan. Kazernes, oefenterreinen en sommige kantoorgebouwen vallen in categorie vier, waaraan beperkte schade wordt geaccepteerd. Geweld bij de beveiliging ervan is niet toegestaan, tenzij de eigen veiligheid in gevaar is.
Wat is de DBBO?De Defensie Bewakings- en Beveiligingsorganisatie (DBBO) bestaat sinds 1 januari 2011 en valt onder de Divisie Vastgoed & Beveiliging binnen het Commando DienstenCentra (CDC). Primair is DBBO verantwoordelijk voor de 24-uurs bewaking en beveiliging van Defensieobjecten, zowel in Nederland als in het Caribisch gebied.
Daarnaast adviseert de organisatie over de organisatorische, bouwkundige en elektronische beveiligingsmaatregelen voor de gehele defensieorganisatie.
Bron:
http://www.defensie.nl/actueel/defensiebladen/de_pijler/2012/46201525/De_Pijler_nummer_5_juni_2012