Bij een controle van vrachtbagage door de douane in Australië wordt een houten doos aangetroffen van meer dan 100 jaar oud. Omdat er vermoedelijk insecten in zitten, wordt de hele boel tot twee keer toe opengemaakt en onderzocht. Er blijkt een originele brief in te zitten van zo'n 200 jaar oud, gericht aan een koning in die tijd. Uiteindelijk blijken er motten in het hout te zitten en het hele handeltje wordt 14 dagen in een vriezer van -18 graden Celsius gedeponeerd.
Ik ben erg nieuwsgierig geworden naar hoe dat daar in de wet geregeld is. Een archeoloog zit vol spanning te wachten op een vondst, die hij met extreme voorzichtigheid wil bekijken en opbergen, en dan wordt de boel bij de douane opengemaakt en blootgesteld aan daglicht en zuurstof? Deze werkwijze vind ik heel bijzonder, is er iemand die me daar iets meer over kan vertellen?