Cursusdag 1: De eerste cursusdag als als omschrijving de naam "De functie van meetplanleider". We begonnen de ochtend met een stuk uitleg over de brandweerorganisatie als geheel, de basisbrandweerzorg en hoe deze is ingericht bij OGS-incidenten, dus welke middelen er gemiddeld genomen ter beschikking staan om een OGS incident te bestrijden, hoe dit opschaalt etc. etc. Hierbij werd ook de verdere opschaling met de GRIP-structuur besproken, en waar in het gehele proces de meetplanleider (MPL) en adviseur gevaarlijke stoffen (AGS) staan. Zeker voor mij zonder brandweerachtergrond een handig deel van de cursus om zo even een beetje up to speed te zijn over hoe de brandweer in het geval van OGS inzetten werkt. Hoe het in de praktijk specifiek bij mijn veiligheidsregio gaat is iets om later op terug te komen.
Na de koffie zijn we verder de diepte in gegaan op de functie meetplanleider aan de hand van een casus waarin er een afaschatting gemaakt moet worden van het effectgebied. Hieruit blijkt dat de AGS en MPL niet zonder elkaar kunnen, de AGS is aanwezig in het brongebied en is een cruciale bron van informatie voor de meetplanleider, zijn inschatting van het effectgebied op basis van meteo, stof, type incident etc. hangt erg af van de voor hem beschikbare informatie. Aangezien de MPL op afstand zit (vaak in een meldkamer) is het soms lastig om deze informatie te verkrijgen. Kort door de bocht is een meetplanleider alleen zinnig als er spake is van een (groot) effectgebied, in alle andere gevallen is er vooral de AGS die bij de bron een advies geeft.
Als meetplanleider ga je dus met name bezig om het effectgebied af te schatten, kijken of er klachten/meldingen zijn (zgn klachtenplot), je hebt overleg met bijv. een GAGS (Geneeskundig Adviseur gevaarlijke stoffen) of een OT (Operationeel team) om zo advies te kunnen geven over het effectgebied en wat de te verwachten effecten zijn in dit gebied. Afhankelijk van het scenario moet daar bijvoorbeeld ontruimd (WAS, sirenes) geschuild of anders worden. De rest van de ochtend hebben we besteed aan mogelijke scenario's waarbij er sprake kan zijn van een groot effectgebied. Grappig genoeg is dat vaak niet de "standaard" brand...
Kaarten lezenNa de lunch was het tijd om vooral wat hands on dingen te doen gerelateerd aan het afschatten van een effectgebied. Ondanks de verregaande digitalisering maken we, zeker tijdens de opleiding om begrip op te doen, nog ouderwets gebruik van topografische kaarten en old-school mallen die hierover gelegd kunnen worden. Aangezien voor sommige van ons het (nauwkeurig!) aflezen van kaarten al weer een tijd geleden was is hier wat tijd aan besteed.
Bij een OGS incident met effectgebied is de grote en richting van het effectgebied grotendeels afhankelijk van het weer. Voor volgende week staat een uitgebreide sessie over meteo op de planning, maar voor een eerste inschatting is met name de richting van de wind het belangrijkste. Op basis van de eerste weersinformatie kun je een zogenaamde startmal neerleggen, wat er ook voor verder informatie komt, dit gebied is zeer waarschijnlijk daar een onderdeel van. Op basis van de startmal kun je verder gaan werken en met behulp van meer informatie over de bron en het weer een nauwkeurige mal op de kaart leggen. Afhankelijk van weersstabiliteit, windsnelheid etc kun je een grotere of kleinere mal "kiezen" waarna er een betere inschatting is van het potentiele effectgebied. Kiezen staat bewust tussen aanhalingstekens, er is best een stricte handleiding waar een goed handvat is om een bepaalde keuze te maken, echter kan een lokale situatie (flatgebouw benedenwinds, grote rivier) soms een hint zijn dat een mal niet helemaal accuraat zal zijn.
MeetploegenOp basis van de mal kun je meetploegen gaan aansturen. Gebruikelijk is een 3 tot 4 meetploegen voor het effectgebied, welke je op de contouren van de mal kunt laten meten om zo te verifieren of de mal klopt. Meten ze een te hoge concentratie (te hoog tov. verwacht) dan zul je de mal moeten vergroten, meten ze niets dan kun je ze verder de wolk insturen om te kijken of de wolk wellicht kleiner is dan de mal zou voorspellen (in de praktijk schijnt dit laatste het meest voor te komen).
Verder hebben we in de middag behoorlijk wat tijd besteed aan wat er nu mogelijk te meten is, en hoe de communicatie hierover gaat vanuit de meetplanleider naar de meetploegen, en uiteraard ook hoe deze informatie weer terug komt. Dit is sterk wisselend per regio, dus ik ga komende week een oefening meedraaien om te kijken (en te oefenen) hoe dit bij ons gaat.
Al met al een nuttige en leerzame dag
@jasir, zie PM ivm anonimiteit.